Een
goed hart
1
Samuël
15:1 - 16:13
Saul was twintig jaar lang een
goede koning.
Daarna luisterde hij niet meer
naar God.
God had er spijt van dat Hij Saul
koning
gemaakt had. Saul voelde zich ook
verdrietig.
God stuurde Samuël naar een man
die Isaï
heette. Toen Samuël bij Isaï kwam
zei hij:
‘Ik wil graag jouw zonen ontmoeten.’
Toen Samuël de zonen van Isaï zag,
dacht hij: ‘Ik kijk niet naar de
buitenkant van een mens. Ik kijk
naar
de binnenkant, Ik kijk naar het
hart.’
Samuël vroeg Isaï: ‘Is er
misschien nóg een zoon?’
Isaï zei: ‘Ja, en zijn naam is
David. Hij is
buiten in het veld bij de schapen.’
Samuël
wilde hem zien.
Toen David bij Samuël kwam, zei
God:
‘Samuël, dit is de nieuwe
koning.’Samuël
zalfde David met
olie en David werd
gevuld met kracht van God.