De Bijbel is niet een boek wat je zomaar even van kaft tot kaft leest. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God,
Hier vind je alle pagina’s van de ontspannende Terebint studie-serie :
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12 13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23 24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34 35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
(naar
begin van deze serie) (naar de inleiding op deze serie)
2 Petrus 2 vers 19
Om het maar even helder te zeggen: van je zonden, van de hel,
van
de macht van de satan. Dat liegt er niet om. Je kunt het er wel niet
mee eens zijn, maar dat maakt het feit niet anders.
Je bent in de macht van
satan
Jij bent in de macht van de satan. Je doet wat hij je zegt.
Misschien luister je naar stemmen in je hoofd. Stemmen die je bepaalde
opdrachten geven. Misschien vind jij dat je helemaal niet naar iemand
luistert en dat jij zelf wel bepaalt wat je wel en wat je niet doet.
Zolang jij niet naar God luistert, luister je automatisch naar de
satan. Dat doe je niet altijd bewust. De Bijbel zegt dat je
óf
een slaaf bent van de zonde óf een slaaf van de
gerechtigheid.
Romeinen 6 vers 16 - 'Weet u niet dat, voor wie u zich als slaven stelt
om te gehoorzamen, u slaven bent van hem die u gehoorzaamt,
óf
van de zonde tot de dood, óf van de gehoorzaamheid tot
gerechtigheid?' Door wie je overmeersterd bent, diens slaaf ben je
geworden. 2 Petrus 2 vers 19 - 'want door wie men overmeesterd is,
diens slaaf is men geworden.'
Na de dood is het niet
over en uit
Door wat er bij de zondeval is gebeurd, is de mens
overmeesterd
geworden door de satan en zo in zijn macht gekomen. Door de zonde is de
mens aan de dood onderworpen geworden. Het loon van de zonde is de
dood. Romeinen 6 vers 23 - 'Want het loon van de zonde is de dood.' De
begrafenissen die altijd maar doorgaan zijn er het onomstotelijk bewijs
van. Met de dood is echter nog niet alles afgelopen. In
Hebreeën 9
vers 27 staat: 'Het is de mensen beschikt éénmaal
te
sterven en daarna het oordeel.' Dat is de hel, de plaats van de eeuwige
pijn. Wie daarvan niet gered wil worden, denkt niet goed na.
Redding is alleen
mogelijk door Jezus Christus
De enige die jou kan redden is Jezus Christus. Hij wilde de
straf
over de zonden op Zich nemen om jou de mogelijkheid te geven aan de
macht van de zonde te ontkomen. Hij heeft de satan verslagen om jou de
mogelijkheid te geven uit zijn macht te ontkomen en daarmee het eeuwig
verblijf in de hel te ontgaan. Wat jij moet doen is erkennen dat jij
jezelf niet kunt redden uit de ellende waarin je je nu bevindt en dat
je je aan Jezus Christus toevertrouwt. We willen je daarbij graag
helpen.
Geloof en vertrouwen
nodig om gered te worden
“Het evangelie is een goddelijke kracht tot redding van ieder
die
erin gelooft.” (Romeinen 1,16) Het heil, de redding, is de
bevrijding van alles wat het leven verminkt, beperkt en vernietigt. De
kracht die God gebruikt om te redden, is “het evangelie van
zijn
Zoon” (Romeinen 1,9). Dit evangelie, het goede nieuws, laat
zien
dat God alles schenkt: zijn vergeving, zijn leven, zijn vreugde. Daarom
is het heil niet voorbehouden aan hen die aan bepaalde voorwaarden
voldoen. Het is voor de goeden en de slechten, voor wijzen en dwazen.
God redt “ieder die gelooft”.
Zou het geloof dan de voorwaarde zijn om deze gave van God te
ontvangen? Als dat waar zou zijn, zouden mijn leven, mijn geluk en mijn
heil uiteindelijk van mezelf afhangen. Mijn aanvaarding of mijn
weigering zou dan allesbepalend zijn. Deze gedachte stemt niet overeen
met wat de bijbel onder geloof verstaat. Het geloof is niet een middel
dat je gebruikt om iets te verkrijgen. Het is veel eenvoudiger: een
eenvoudig vertrouwen dat steeds weer verbazing wekt: zonder dat ik ook
maar één voorwaarde vervuld heb, herstelt God
zijn
vriendschap met mij.
Het geloof is bijna niets. Je kunt het bijna niet zien. Jezus
zegt dat het zo klein is als een mosterdzaadje (Lucas 17,6).
Tegelijkertijd is het “kostbaarder dan goud” (1
Petrus 1,7)
en “hoogheilig” (Judas 20). Samen met hoop en
liefde,
blijft het altijd bestaan (1 Korintiërs 13,13). In de zevende
eeuw
stelde Maximus de Belijder het geloof en het koninkrijk van God aan
elkaar gelijk: “Het geloof is het koninkrijk van God zonder
zichtbare vorm; het koninkrijk is geloof dat de goddelijke vorm heeft
aangenomen.” Hij voegt eraan toe dat het geloof “de
onmiddellijke en volkomen eenheid van de gelovige met God waarin hij
gelooft”, verwerkelijkt. Het geloof is geen toegangskaart
voor
het koninkrijk van God. God is zelf aanwezig in het geloof. Wie gelooft
en het evangelie vertrouwt, is al verbonden met God.
Vóór Christus’ komst was het
geloof niet de
gebruikelijke houding die men aannam om zich met God te verbinden. Er
waren uitzonderlijke gelovigen, zoals Abraham en Mozes: op het
beslissende moment van de doortocht door de Rode Zee “stelde
het
volk vertrouwen in de Heer en in Mozes, zijn dienaar” (Exodus
14,31). In het dagelijkse leven woog trouw echter zwaarder dan geloof.
De gemeenschap van het eerste verbond werd niet gevormd door de
‘gelovigen’, maar door de
‘nederigen’,
‘de rechtvaardigen’, ‘de
heiligen’ (Psalm 34).
Pas met het evangelie van Christus wordt het geloof, dat eerst iets
uitzonderlijks was, normaal. Jezus’ leerlingen kunnen zich
dan
ook eenvoudigweg ‘de gelovigen’ noemen (Handelingen
2,44).
Het evangelie laat zien dat God mateloos en zonder reserve
genade
schenkt. Het heil wordt gratis aangeboden, er zijn geen voorwaarden die
vervuld moeten worden. Het is voldoende als je gelooft. Niemand is
uitgesloten van Gods liefde, zoals Paulus schrijft: “Wij
hebben
onze hoop gesteld op de levende God, die een redder is voor alle
mensen, in het bijzonder voor de gelovigen.” (1
Timoteüs
4,10)
Wat moet ik doen als ik
niet kan geloven?
Het Nieuwe Testament spreekt bijna net zoveel over twijfel
als
over geloof. Het verbaasde de apostelen niet dat het moeilijk is om te
geloven. De profeten hadden het hun al voorzegd. Paulus en Johannes
citeren Jesaja: “Heer, wie heeft geloof geschonken aan onze
boodschap?” (Johannes 12,32 en Romeinen 10,16) Johannes voegt
eraan toe: “De reden waarom ze niet konden geloven, vinden we
eveneens bij Jesaja, waar hij zegt: Hun ogen heeft Hij verblind, hun
hart heeft Hij versteend, opdat ze met hun ogen niet zien en met hun
hart niet tot inzicht komen.” (Joh 12,39-40) De vier
evangelies
verwijzen allemaal naar deze tekst uit Jesaja 6. Geloven gaat niet
vanzelf.
Het Johannesevangelie laat het geloof zien tegen de
achtergrond
van het tegengestelde. Vanaf het begin wordt Christus genegeerd:
“In zijn eigen huis is Hij gekomen, en zijn eigen mensen
hebben
Hem niet opgenomen.” (Joh 1,10-11) Het is waar dat Jezus op
een
gegeven moment veel volgelingen had. Maar al heel snel houden de
meesten op in Hem te geloven: “Toen keerden velen van zijn
leerlingen Hem de rug toe en trokken niet langer met Hem
mee.”
(Joh 6,66) Jezus probeert hen niet tegen te houden. Hij merkt op:
“Dat is de reden waarom Ik zei dat niemand naar Mij toe kan
komen
tenzij hem dit door de Vader geschonken is.” (Joh 6,65)
Christus probeerde niemand met argumenten over te halen om
bij
Hem te blijven. Het geloof heeft namelijk een diepte die de
intelligentie en de emoties overstijgt. Het schiet wortel in onze
diepten, waar “afgrond tot afgrond roept” (Psalm
42,7),
waar de afgrond van ons menszijn Gods afgrond raakt. “Niemand
kan
naar Mij toe komen tenzij de Vader, die Mij gezonden heeft, hem naar
Mij toe haalt.” (Joh 6,44) Het geloof komt voort uit een
onafscheidelijke samenwerking tussen Gods handelen en de menselijke
wil. Niemand gelooft tegen zijn wil en ook gelooft niemand zonder dat
God hem het geloof geeft.
Het geloof is een gave van God, maar niet alle mensen
geloven.
Zou dit betekenen dat God sommigen erbuiten houdt? In de tekst waarin
Johannes Jesaja citeert over de onmogelijkheid om te geloven, geeft hij
ook een hoopvolle uitspraak van Jezus weer: “Ikzelf moet van
de
aarde omhoog geheven worden en zo haal Ik allen naar Mij
toe.”
(Joh 12,31) Omhoog geheven aan het kruis en omhoog geheven in Gods
heerlijkheid, ‘haalt’ Jezus naar zich toe, zoals de
Vader
dit doet. Hoe kan Hij ieder mens bereiken? Dat kun je onmogelijk
uitleggen. Maar waarom zouden we Hem niet vertrouwen in iets dat ons
begrip te boven gaat?
Het Johannesevangelie laat tot op de laatste bladzijde zien
hoe
kwetsbaar het geloof is. Thomas’ twijfel is spreekwoordelijk
geworden. Het is echter doorslaggevend dat hij, zonder te geloven, in
de gemeenschap van de gelovigen blijft. En natuurlijk zetten deze
gelovigen hem er niet uit! Thomas wacht, de Opgestane toont zich aan
hem, en hij gelooft. Dan zegt Jezus: “Gelukkig zij die zonder
gezien te hebben, toch tot geloof komen.” (Joh 20,29) Het
geloof
is geen prestatie. Het komt onverwacht, niemand weet hoe. Het is een
vertrouwen dat verbazing wekt.
De Terebint
Komt in het gehele Middellandse-Zeegebied voor, vooral ook in Syrië en Palestina. De meeste bomen zijn te vinden in het westelijke deel van Palestina, zoals ten westen van Nazaret en in het Karmelgebied, minder op het gebergte van Juda, daarentegen wel weer in het Overjordaanse, terwijl de grootste exemplaren in de omgeving van Hebron* voorkomen. De Terebint is een grote boom, die echter niet zo hoog wordt, met knoestige stam en wijdvertakt.
Creëer momenten van rust en bezinning | Handreiking voor persoonlijke meditatie |
01. Zoeken en vinden van
de balans tussen werken en rusten; 02. Geestelijk en fysiek de batterij weer opladen; 03. Tijd en rust om aandacht aan je innerlijk te besteden; 04. De mogelijkheid om je geest te verzorgen; 05. Zonder schuldgevoel tijd voor jezelf nemen; 06. Bezinning op lang gekoesterde wensen en dromen; 07. Vermijden van geestelijke burn-out verschijnselen; 08. Tijd nemen om verdriet te verwerken of 'leven' op orde te krijgen; 09. Hervinden van plezier, inspiratie en creativiteit in je werk of geloofs-leven; 10. 0ntdekken van de Heilige Geest die in je woont. |
1.
Reserveer wat tijd voor meditatie (een kwartier tot een half uur). 2. Kom tot rust: word stil, concentreer je. 3. Bid de Geest om ontvankelijkheid voor het Woord van de Here. 4. Lees de gekozen bijbeltekst, als nieuw. En nog eens. En nog eens. 5. Leef je in in de woorden en beelden van de tekst. 6. Stel al biddend vragen: ‘Here, wat wilt U mij hier leren? Op welk punt wilt U mijn leven aanraken en veranderen?’ 7. Bid om de doorwerking van Christus’ aanwezigheid in je leven. 8. Loof en prijs de drie-enige God. |
READ THE BOOK - THE BIBLE CHANGE YOUR LIFE
de |
en | fr | it | nl | es | pt | no | sv | pl | cz | sk | hu | ro | bg | hr | ru | tr | ar |
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM - AUDIO