HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
Is de kerk een tijdelijke
zaak?
De Bijbel is niet een boek dat je zomaar even van kaft tot kaft leest. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God:
Bijbelstudie 319 - Is de kerk een tijdelijke zaak?
Zal de kerk eens ophouden te bestaan?
Hoe oud is de kerk van de Here Jezus Christus de kerk die in
de bijbel ook genoemd wordt "de gemeente van de levende God"? En zal
die kerk eens ophouden te bestaan?
Er zijn heel wat mensen die denken, dat de kerk nog niet zo erg oud is
en dat ze over niet al te lange tijd wel tot het verleden zal behoren.
Men denkt dan dat de kerk is gesticht door Jezus Christus, of ook wel
dat zijn leerlingen dat na Hem hebben gedaan: dus een kleine 2000 jaar
geleden. Vroeger nl. in de tijd vóór Christus zou
je dan alleen het jodendom hebben gehad en daarna kwam er iets anders:
de kerk.
Als dat waar is, is de kerk eigenlijk maar een tijdelijke zaak, die ook
wel gauw zal aflopen. Men spreekt immers nu al van het
post-christelijke tijdperk: de na-christelijke tijd. De kerk van Jezus
Christus, de gemeente van de levende God is dan niet anders dan een
stervende kerk.
De bijbel spreekt anders De kerk heeft zelf daarover altijd anders
gesproken. In de apostolische geloofsbelijdenis staat immers: "ik
geloof een heilige, algemene, christelijke kerk". Niet: ik zie een kerk
of: ik ontdek een kerk. Ook al zouden we van de kerk totaal niets zien,
dan geloven we dat die kerk er is. En we belijden nog meer. In de
Heidelb. Catechismus wordt gezegd: "dat de Zoon van God Zich een
gemeente vergadert, beschermt en onderhoudt van het begin van de wereld
tot aan het einde (H.C. vr./antw. 54) de ervan". Zo ook de Nederl.
Geloofsbelijdenis: "deze kerk is er geweest van het begin der wereld af
en zal er zijn tot het einde toe.
Want Christus is een eeuwig Koning, die niet zonder onderdanen zijn kan
hoewel zij soms een tijdlang zeer klein en ogenschijnlijk (Art. 27 NGB)
verdwenen is".
Hoe kan de kerk in haar belijdenisgeschriften zo spreken? Omdat de
bijbel zo spreekt. De kerk was er al voordat de Zoon van God mens werd;
ze is er nu en ze zal er blijven. Een post-christelijke tijd? Een
verdwijnende, stervende kerk? De schijn bedriegt ook hier. Want we
leven in een christelijke tijd, omdat Jezus Christus Koning is.
Hoe indrukwekkend zegt de apostel Paulus dat in de brief aan de
Efeziërs: "Christus is gezet aan Gods rechterhand, boven alle
overheid en macht. Alles is onder zijn voeten gesteld. En Hij is als
Hoofd boven al aan de gemeente gegeven". (Efeze 1 : 15-23) En in de
brief aan de Colossenzen:..." Hij is vóór alles
en alle dingen hebben hun bestaan in Hem: en Hij is het Hoofd van het
lichaam, de gemeente". (Col. 1: 15-18)
Heel het boek Openbaring spreekt over de Koningsmacht van Jezus (Openb.
1-3) Christus als Hoofd van zijn gemeente. Eerst wordt de Here Jezus
Christus daar getekend midden tussen de zeven kandelaren, met de zeven
sterren in zijn rechterhand: Hij is het Hoofd van de kerk en die zeven
plaatselijke kerken zijn aan Hem verbonden en
dóór Hem aan elkaar. In Hem zijn ze
één. Hij zorgt ook voor de bediening van het
evangelie: die sterren in zijn rechterhand zijn immers de "engelen", de
boodschappers, de predikers die verbonden zijn aan die afzonderlijke
kerken. (Openb. 4, 5)
Vervolgens lezen we in dit bijbelboek hoe de Here Jezus Christus nu
regeert in het midden van de troon van God de Vader, over alles wat in
de wereld gebeurt. Hij zal de satan en al de satanische machten
overwinnen. Daarna komt Hij terug om levenden en doden te oordelen
(Openb. 21, 22) en dan spreekt dit bijbelboek weer over de gemeente,
het nieuwe Jeruzalem, de kerkstad, "getooid als een bruid, die voor
haar man versierd is". Over de gemeente als bruid van Christus spreekt
ook Efeze (5 : 25-27) Paulus: "Christus zal haar voor zich plaatsen,
stralend, zonder vlek of rimpel".
De kerk
blijft, al lijkt ze soms klein
Het is erg bemoedigend de
bijbel zó te horen spreken
Ná de zondeval sprak God zijn Woord tot Adam; zo werkte Hij
in Adam het geloof. Dát geloof zal er nog zijn op de jongste
dag, om- dat het Woord van God stand houdt in eeuwigheid. Dat
éne Woord van God blijft en wordt gehoord de eeuwen door.
Daarvan getuigt (Jes. 40 : 6-8) zowel het Oude als het Nieuwe
Testament. Daarvoor zal Jezus (1 Petr. 1 : 22-25) Christus zorgen. Alle
macht is Hem gegeven en daarom zal geen (Matth. 28 : 20) macht ter
wereld dat Woord kunnen wegwerken uit de wereld. En (Matth 16: 18)
daarom ook niet de kerk van Jezus Christus, waar dat Woord wordt (Rom.
9: 22-29) verkondigd.
Ja, soms schijnt de kerk hier op aarde erg klein. Na de zondvloed telde
(1 Petr. 3 : 20) ze slechts acht leden (Noach en zijn gezin); en Elia
dacht dat hij alleen was overgebleven. (1 Kon. 19 : 9-18) Voordat de
Here Luther de bijbel deed hervinden, werd dat Woord van God bijna
nergens meer gekend. De kerk was toen doordrenkt van ongeloof en
bijgeloof. En toch ook toen was er geloof. Er waren ook toen altijd nog
mensen die hetzelfde geloofden als Abraham, Isaac en Jacob; als Petrus,
Johannes en Paulus.
De bijbel noemt dat (Titus 1 : 3) "ons gemeenschappelijk geloof" of
"het geloof dat eenmaal aan de (Judas 3) heiligen is overgeleverd',
(Efeze 4 : 4-6) Daarom is de kerk er altijd: want ze wordt niet
vergaderd door mensen, maar door de Zoon van God. En wie nu niet naar
Hem hebben willen luisteren, wie spreken over "het einde van het
Christendom (Joh. 5 : 24-29) of over "het einde van de kerk" of over
een "post-christelijke (Openb. 1 : 4-7) tijd", die zullen straks naar
Hem moeten luisteren. .
De kerk
vóór Pinksteren
We kunnen als we spreken over de manier waarop de Zoon van God Zich een
gemeente vergadert daarbij twee hoofdperioden onder" scheiden. .
Hij deed dat vóór Pinksteren,
vóór zijn dood en opstanding, anders dan
ná Pinksteren. En ook in die hoofdperioden is er nog weer
verschil te ontdekken. We kunnen de tijd vóór
Pinksteren weer in verschillende perioden verdelen.
Het eerste
kerkgezin
Het eerste kerkgezin was tegelijk ook de kerk. Adam geloofde de belofte
van God, uitgesproken in wat we noemen de "moederbelofte". (Gen.3 : 15)
Dat blijkt hieruit, dat hij zijn vrouw 'mannin', na de zondeval EVA,
(Gen. 2 : 23) 'leven' noemt. Hij noemt haar niet meer naar zichzelf,
naar de "man", maar als antwoord op Gods belofte: naar haar nageslacht.
Ze wordt "moeder van alle levenden".
Daarbij treedt Adam zelf terug. Hij erkent dat hij het heeft bedorven
en wijkt terug voor de laatste Adam, de komende Christus. (I Cor. 15 :
45) De huiselijke eredienst is hier de kerkdienst.
Van Adam tot
Noach
Geloof staat tegenover ongeloof. In Kaïn en diens geslacht
groeit het (Gen. 4) ongeloof. Maar tegenover het geslacht van
Kaïn staat dat van Seth. (Gen. 4 : 26) En in de tijd van Enos
begint daar de publieke eredienst: het aanroepen (Gen. 5 : 24) van de
naam van de HERE. De kerk groeit, maar ze dreigt onder (Gen. 6 : 1, 2)
te gaan in de ongelovige wereld. Henoch profeteerde daar tegen naar het
schijnt tevergeefs. En toch: het geloof blijft en er blijft een kerk,
ook al wordt ze erg klein. Slecht acht mensen worden gered.
Van Noach tot
Abraham
Ook na de zondvloed gaat de vergadering van de kerk door. Er blijft
eenheid van het ware geloof. Maar het lijkt een "post-gelovig"
tijdperk. Van het geloof en van de kerk schijnt niets meer te zien.
Zelfs (Joz. 24 : 2, 3 en 14) in het gezin van Terah, de vader van
Abraham is de afgodendienst binnengeslopen. Het lijkt even erg te
worden als vóór de zondvloed. Maar een zondvloed
zal er volgens Gods belofte niet meer komen. (Gen. 8 : 21) Toch bewaart
de HERE zijn kerk. Hij roept Abraham weg uit zijn "beschermde
omgeving", die voor hem en dus voor de kerk een gevaarlijke omgeving
is. Abraham moet met alles breken en alleen op de HERE zijn God
vertrouwen: alleen geloven wat God heeft beloofd. God kiest Abraham
uit. Dat heeft Abraham ook niet verdiend. Die uitverkiezing van Abraham
is alleen maar genade. De andere volken heeft de HERE laten gaan op hun
eigen gekozen wegen.
Wel zegt de (Hand. 14: 16) HERE dat deze noodzakelijke afzondering van
Abraham tijdelijk zal (Efeze 2 : 11, 12) zijn. Het volk dat uit Abraham
zal voortkomen: Israël, zal tijdelijk alleen de kerk zijn van
het oude verbond.
Maar als de beloofde Zoon van Abraham komt , het nageslacht, de (Gen.
12: 1-3) Messias , zullen alle volken der aarde in Hem gezegend worden.
Dat (Gen. 22 : 18) betekent echter ook dat de haat van de volken zich
zal richten tegen (Gal. 3 : 6-9) de Messias en tegen allen die Hem als
hun Heer erkennen. Maar het geloof zal blijven , en dus ook: de kerk
zal blijven.
Van
Sinaï tot de wegvoering in ballingschap
God maakt het volk uit Abraham tot zijn volk. Hij richt met Abraham en
zijn nageslacht zijn verbond op. Ook dat is uitverkiezing. Want dit
volk gaf niet de geringste aanleiding tot Gods verkiezing. (Deut. 4:
37) Van Sinaï tot de wegvoering in ballingschap was
Israël , tijdelijk , een (Deut. 7: 6, 7, 8) door God
afgezonderd volk, midden tussen de andere volken. De (Deut. 9 : 4, 5)
HERE beveiligde het door allerlei wetten tegen afdwaling van Hem. (Ex.
19 : 3-6)
Hij gaf ook de dienst van de verzoening. Bij die dienst in de
tabernakel (Efeze 2 : 14, 15) (later de tempel) waar de ark
van het verbond was, en de hogepriester en de andere priesters de
offers brachten, wees alles op de Messias die komen zou. Zo bewaarde
God zijn volk tot de komst van Christus. En tegelijk begeleidde en
beschermde Hij het door zijn wet, zodat het de Christus zou kunnen
verwachten en ontvangen. De wet moest het volk, dat zichzelf nog niet
redden en bewaren kon, in die tijd naar de Christus leiden. Paulus zegt
dat de wet een (Gal. 3 : 23-25) “tuchtmeester" is geweest tot
Christus. Tuchtmeester (letterlijk pedagoog) was de naam van een slaaf
die b. v. de zoon van zijn heer naar school moest brengen en toezicht
op hem moest houden. De jongen zou anders kunnen verdwalen of zich
misdragen.
Zo leidde de HERE zijn volk; Hij hield die oudtestamentische kerk in
stand, ook als door het ongeloof en de ongehoorzaamheid van
Israël het geloof en de kerk verdwenen schenen te zijn. Maar
zelfs in de sombere tijd van de profeet Elia zegt de HERE: "Ik zal in
Israël (1 Kon. 19 : 18) zevenduizend overlaten, alle
knieën die zich niet hebben gebogen voor de Baal." Daaruit
blijkt weer heel sterk dat God in zijn genade kiest wie Hij wil.
Israël was niets beter dan de omringende volken. Maar het werd
door God uitgekozen om de Messias voort te brengen, (Ps. 147 : 19, 20)
terwijl andere volken werden gepasseerd. Dat is Gods recht en zijn
genade.
Van de
ballingschap tot de komst van Jezus Christus
Ook in en na de ballingschap houdt God zijn kerk in stand. Hij geeft
profeten als Jeremia, Ezechiël en Daniël
vóór en tijdens de ballingschap. Gelouterd door
de ballingschap mag een deel van het volk terugkeren naar Kanaan.
Opnieuw geeft Hij dan profeten: Haggaï en Zacharia. Door hun
woord bemoedigt Hij het volk en roept het terug tot zijn dienst.
Er is wel veel tegenstand in die tijd en veel slapheid in de dienst van
(Haggaï 1) de HERE. (Zach. 1 : 1-6) Veel strijd, verdrukking
en grote vijandschap kenmerken de eeuwen (2 Kron.. 36 : 22, 23)
vóór de geboorte van Christus. Maar God gebruikt
zelfs heidense (Ezra 1 .1-4) vorsten om zijn kerk in stand te houden
(b. v. de Perzische koning Cyrus (Kores).
Zelfs een heel bijbelboek gaat over die wonderlijke bescherming van de
kerk van de HERE: het boek Esther. De jodenhater Haman staat Esther fel
tegenover de Jood Mordechaï. Mordechaï, die weigert
de Joden- hater eer te bewijzen, geeft door zijn houding deze Haman
gelegen- heid, om van de koning toestemming te krijgen het volk van de
Jo- den uit te roeien, ook dat deel dat naar Kanaan is teruggekeerd. Op
hoe wonderlijke wijze Iaat God dat plan mislukken!
Veel vijandschap tegen de kerk dus en daarnaast in die tijd het opko-
mend farizeïsme, dat de kerk dreigde te vernielen omdat het
alle heil verwachtté van eigen prestaties en van het stipt
vervullen van allerlei (Luc. 1 : 6) geboden. Maar er bleven altijd
mensen die gelovig uitzagen naar de (Luc. 2: 25, 36, 37, 38) komst van
de Messias: de kerk werd bewaard.
De kerk na
Pinksteren
Dan vervult God zijn beloften. Hij geeft zijn eigen Zoon tot verlossing
van zijn volk. (Hand. 2) Na zijn hemelvaart stort de Christus zijn
Geest uit in de gemeente. (Rom. 10 : 14, 15) Door zijn Geest en door
middel van het gepredikte woord vergadert de Zoon van God nu zijn
gemeente uit alle volken.
Vóór Pinksteren viel de kerk samen met
één volk: Israël. Jeruzalem met de
tempel was het middelpunt waarheen de Israëlieten gingen op de
grote feesten. Daar immers was de HERE in het bijzonder tegen- woordig
in het binnenste heiligdom, waar de ark van het verbond stond. Daar
bracht de hogepriester het offerbloed binnen voor de zonden van het
volk.
Maar op Goede Vrijdag is het tempelgordijn gescheurd. Het scheurde
(Matth. 27: 51) van bóven naar beneden: een duidelijk bewijs
dat Gods hand dat deed. Dat betekende het einde van de tempel en van de
priesterdienst. (Joh. 4 : 19-24)
Voortaan woont de HERE niet meer op één plaats:
De Heilige Geest (I Cor. 3: 16, 17) komt en maakt op alle plaatsen waar
een kerk is, die kerk tot zijn (Efeze 2 : 19-22) tempel.
Elke kerk
zelfstandig: maar één in Christus
De kerk van de Here is nu verspreid onder alle volken. Ze vormt nu niet
meer een zichtbare nationale eenheid, zoals toen. Elke gemeente is nu
zelfstandig: Zo spreekt de Christus in het boek Openbaring elke kerk
afzonderlijk aan: de kerk in Smyrna, in Sardes, in Tyathira. Hun
eenheid is nu onzichtbaar. Maar ze zijn wel één
door de band (Openb. 1: 13) aan Jezus Christus. Hij staat
temidden van de kandelaren.
De eenheid is er door zijn Woord, door het geloven van dat Woord, door
het leven naar dat Woord en door de kerk te vergaderen zoals dat Woord
het zegt. Vroeger scheen het licht van een zevenarmige kandelaar (Ex.
25 : 31-40) in tabernakel en tempel. Dat was een symbool van het licht
van (2 Kron. 4 : 7) verzoening en verlossing dat uitstraalde over het
volk. Nu schijnt dat licht overal waar Gods Woord zuiver wordt
gepreekt. En zoals we in een vorige studie zagen: als de apostel Paulus
een brief schrijft aan een landstreek waar een aantal kerken is, dan
richt hij die brief niet aan de kerk bv. in Galatië, maar aan
de kerken, de gemeenten. (Gal. 1 : 2)
Elke kerk is
zelfstandig en ontvangt een eigen kerkeraad, die voor die (Hand. 14 :
23) gemeente verantwoording schuldig is aan Christus
Tussen Christus en de plaatselijke kerk, tussen Christus en de
kerkeraden is er geen enkele instantie die de kerk regeert. Christus
heeft de zeven "sterren", dat zijn de ambtsdragers van de afzonderlijke
gemeenten, in de zijn rechterhand. Zo regeert Hij. Daarbij let Hij
(Openb. 2, 3) scherp op elke ge.meente afzonderlijk. In tere zorg kent
Hij van elke (Openb. 2 : 5) gemeente de moeiten, zwakheden en zonden.
De ene gemeente kan kwijnen, zelfs verdwijnen, omdat Hij de kandelaar
van zijn plaats neemt, terwijl andere gemeenten tot bloei kunnen komen.
Dáár ligt de grote verantwoordelijkheid van de
ambtsdragers van een gemeente. Wat worden de ouderlingen in de kerk in
Efeze ernstig door Paulus (Hand. 20: 17-38) aangespoord, acht te geven
op de gemeente die hun is toevertrouwd.
Elke christen:
profeet, priester en koning
Er zijn in elke gemeente ambtsdragers (dominees, ouderlingen en
diakenen) die leiding geven. Maar er zijn geen priesters meer nodig als
bemiddelaars tussen de Here en de leden van de kerk. Want alle
gelovigen hebben de Heilige Geest ontvangen. Ze zijn geen "leken" zoals
in de roomskatholieke kerk onderscheid gemaakt wordt tussen' , cle-
rus", (de geestelijkheid, nl. de priesters), én de "leken".
De gelovigen zijn geen onmondigen, maar begaafd met de Geest en bekwaam
1 Joh. 2 : 27 I 4 : 1 om te oordelen "waar het op aan komt". Ze zijn
christen en als (Hand. 17: 11) zodanig profeet, priester en koning.
(Hand. 2 : 17)In de nieuwtestamentische kerk zijn alle leden volledig
verantwoordelijk (1 Petr. 2: 5, 9) en ze kunnen die
verantwoordelijkheid dragen.
Na Pinksteren breekt de kerk dan ook uit de omheining van het
volk (Hand: 1 : 8) Israël: Ze gaat via Jeruzalem, Judea,
Samaria, Antiochië almaar verder "tot aan het uiterste der
aarde". Ze breidt zich uit onder alle volken, alle talen.
De tijdelijke afscheiding van Abraham en het tijdelijk afgezonderd zijn
van de Joden als Gods volk is voorgoed voorbij: in Abrahams (Hand. 2:
39) nageslacht, Jezus Christus de zoon van Abraham, worden nu alle
volken gezegend. Het evangelie gaat over heel de aarde.
De
Nieuwtestamentische kerk: een verdwijnende kerk?
We kunnen ook hier enkele perioden onderscheiden, al kunnen we dat
slechts kort samenvatten:
Na
Pinksteren 'van strijd tot inzinking'
De kerk wordt eerst door het heidendom vervolgd en moet daartegen ook
voortdurend strijden. Daarna is er vooral strijd van binnenuit door het
optreden van dwaalleraars. Van de vele dwaalleraars uit die tijd zijn
de meeste bekenden Arius en Pelagius. Arius leerde dat alleen de Vader
volkomen God is, maar dat de Zoon een schepsel is, wel een
éérste of hoogste schepsel, maar niet eeuwig God.
Pelagius leerde dat de mens niet geheel verdorven is en zelfs een vrije
wil heeft om het goede te doen. De strijd was zwaar. Maar de leer van
Arius is gelukkig verworpen in de geloofsbelijdenis van Nicea. En
tegenover Pelagius heeft vooral Augus- tinus zich opgesteld: Hij kwam
op voor de souvereine genade van God.
Van inzinking
tot Hervorming
Ongeloof en bijgeloof grijpen om zich heen. Dwaalleraars verscheuren
opnieuw de kerk. De bisschop van Rome noemt zich "stadhouder van
Christus" en dreigt het enige Hoofd, Jezus Christus van zijn plaats te
dringen. Net alsof Christus als de grote Hogepriester zijn leven niet
gegeven heeft, plaatsen de priesters zich weer -alsof we nog tijdens
het Oude Testament leven -tussen de Here en de gelovigen. Opvattingen
van het avondmaal als .een hernieuwd offer (de mis), verering van
beelden, van Maria als "Koningin des Hemels", onschriftuurlijke ascese
in het monniken- en nonnenleven, het kwijtschelden van de zonden tegen
betaling (aflaathandel) en andere heidense insluipsels verduisteren de
waarheid van het evangelie.
Maar de Here houdt zijn belofte. Het wereldwerk van Jezus Christus gaat
door. Toen de kerk hoe langer hoe verder afdwaalde van het evangelie,
werden Maarten Luther en Johannes Calvijn en anderen .door de Heilige
Geest aangegrepen en overwonnen. Wat Adam en Noach en Abraham en Petrus
en Paulus geloofden werd opnieuw pu- bliek geloofd. De Reformatie was
geen breuk, maar het wonder van de voortgang van de kerk. Overal waren
er in stilte, verborgen, gelo- vigen gebleven. Zelfs waar de
ambtsdragers in alles ontrouw geworden waren, daar bleven gelovigen:
ouders, moeders leerden hun kinderen nog uit Gods woord -zo bleef "het
geloof dat eenmaal de heiligen is overgeleverd" bewaard!
Van de
Hervorming tot vandaag
Als we alleen aan Nederland denken: na de hervorming scheen het ook
alsof telkens het Woord van God niet meer zou gelden: het licht van de
kandelaren (de kerken) scheen te worden uitgeblust. Maar ook toen
bewaarde de Here zijn kerk: Hij werkte wonderen.
Om één voorbeeld te noemen: God gebruikte als een
instrument o.a. een turfschipper, een zekere Klaas Kuijpenga ,een
ongeletterde' , zouden we zeggen ,om een afgedwaalde dominee, Hendrik
de Cock, weer op het rechte spoor te brengen. Die ging weer het Woord
van God preken in plaats van een mensenwoord. Het evangelie van Gods
vrije genade werd weer gebracht. Er kwam weer terugkeer naar de eenheid
van het ware geloof (Afscheiding 1834). Het Woord werd weer gebracht,
gehoord en werkte overal door: een vuur ging branden en breidde zich
uit.
Dat was weer een reformatie van de kerk, niet een breuk met de (Judas
3) kerk, geen nieuwe kerk. Het was terugkeer tot en bewaring van het
(Gal. 1 : 6-9) ene geloof, het ene evangelie. Een ander evangelie is er
niet.
Zo is het telkens gegaan en zo zal het gaan. De kerk is in wording. Ze
wordt vergaderd. Door de Zoon van God. Hij werkt dat wonder en daarom
zal de kerk nooit verdwijnen. Het post-christelijke tijdperk zal er
niet komen. Waarom niet? Omdat de Goede Herder (Openb. 22 : 13, 16)
vergadert én regeert. Hij is de Eerste én de
Laatste.
Soms schijnt de kerk in bepaalde landen verdwenen te zijn. En we zien
er nooit veel van. Een groot deel van de kerk is in de hemel: (Hebr. 12
: 22-24) daar zijn al die levende leden die er hier op aarde
vóór ons geweest zijn. Een ander deel moet nog
geboren worden. Hoeveel? We weten het niet. Een betrekkelijk klein deel
is vandaag op aarde. Door het geloof kun je daar iets van zien. Je kunt
zien waar ouderlingen en diakenen trouw hun werk doen zoals de bijbel
het voorschrijft.
Je kunt horen en zien waar dominees trouw het evangelie preken, het
duidelijke evangelie van God die in zijn vrije genade de zonde
vergeeft. Je kunt zien waar gelovigen leven bij de doop en naar
Christus' opdracht het avondmaal vieren. Je kunt zien waar moeders hun
kinderen van de Heiland en van het koninkrijk vertellen...
Maar je kunt dat alleen maar zien door het geloof, in het licht van de
Schriften, dat wil zeggen: door het licht van de Heilige Geest. De hele
geschiedenis , al het gewoel van de volken , heeft
één spil waar alles (Efeze 1 : 20-23) om draait:
de kerk van Jezus Christus.
Vóór dat Abraham er was, lang voordat de "zonen
van Israël er waren (Col. 1) en het volk Israël (de
kerk van toen) was ontstaan, had de HERE (Matth. 28 : 18) de plaats van
de volken, en dus van de kerk al bepaald, toen hij de (H.C. vr ./antw
.50) volken over de aarde verstrooide vanwege de torenbouw van Babel.
(Deut.) En daarom, wie gelooft en levend kerklid is, heeft altijd goede
moed.
Neem ook eens kennis van de "5-AVONDEN” EVANGELISATIESTUDIES:
.
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)