HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
Van God verlaten
De Bijbel is niet een boek dat je zomaar even van kaft tot kaft leest. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God:
Bijbelstudie 424 - Van God verlaten - Psalm 22
Innige band tussen Christus en zijn gemeente
Psalm 22 is
één van de "psalmen van David" die in het Nieuwe
Testament vaak worden aangehaald. Ook Hebreeën 2 geeft een
citaat uit deze psalm om te wijzen op de innige band tussen Christus en
zijn gemeente: Hij schaamt Zich niet hen broeders te noemen: "Uw naam
zal ik aan mijn broeders verkondigen (Hebr. 2: 11, 12); in het midden
der gemeente zal ik U lofzingen." Dat is een aanhaling van psalm 22 :
23.
Wie wordt met die "ik" bedoeld die Gods naam aan zijn broeders zal
verkondigen? Dat is in Hebr. 2 helemaal geen vraag: daar wordt die
psalmregel zonder meer toegepast op Christus, Gods eniggeboren Zoon,
"die voor een korte tijd beneden de engelen gesteld was (Hebr.2 : 9)
vanwege het lijden des doods", maar die nu "met heerlijkheid en eer
gekroond" is.
De schrijver van deze brief werd geleid door de Heilige Geest, toen hij
schreef, dat de Christus deze woorden (ps. 22 : 23) sprak. Een psalm
die duidelijk heenwijst naar de komende Christus wordt vaak een
"messiaanse psalm" genoemd. Dat wil zeggen: zo'n psalm wordt helemaal
vervuld in de Messias, dus in Jezus Christus. De "ik" die aan het woord
is in vers 23, is de Christus zelf, de grote zoon van de dichter David.
Toch ziet een messiaanse psalm niet uitsluitend op Christus; de dichter
dacht ook aan zichzelf. Bij hem moet altijd de eerste toepassing
gezocht worden en dan de volledige toepassing bij de Messias. Daarbij
vallen beide elementen vaak samen. Bij psalm 22 is dat erg duidelijk.
Deze psalm kan vrij eenvoudig worden ingedeeld: na het opschrift (vs.
1) volgt een gedeelte (vs. 2 t/m 22) waarin de dichter zijn bange nood
klaagt en God bidt om uitredding.
Het tweede gedeelte (vs. 23-32) is het dankgebed van de dichter, omdat
hij zeker is van de verhoring van zijn smeekgebed.
In het eerste gedeelte klaagt David over zijn verlatenheid (vs. 2), een
verlatenheid die Christus later uitschreeuwen zal, toen Hij door God
verlaten was aanhet kruis: "Mijn God, mijn God waarom hebt Gij Mat th.
27: 46 Mij verlaten?" Als de Here Jezus aan het kruis klaagt, dat God
Hem verlaten heeft, is dat werkelijk waar. God heeft Hem verlaten,
"opdat wij door God aangenomen en nooit meer door Hem verlaten zouden
worden". Zo mag de gemeente dat zeggen, wanneer ze het heilig avondmaal
viert.
Maar zo als God aan het kruis Christus verlaten heeft, zo heeft Hij
David zeker niet verlaten. God verlaat en vergeet zijn kinderen niet.
Dat blijkt ook uit de psalm zelf: in vers 22 kan de dichter zeggen dat
God hem heeft geantwoord.
De klacht, geuit in vers 2, vindt haar vervulling dus niet in het leven
van David, maar in het leven van Jezus. David spreekt, door de Geest
geleid, over een nakomeling van hem, waarvan hij naam of tijd niet
weet, maar wiens beeld hem helder voor ogen staat bij het dichten van
deze psalm. Daardoor zijn er meer gedeelten in deze psalm die
rechtstreeks heen- wijzen naar Christus.
We denken aan de uiterste vernedering die de "ik" ondergaat in vers 7:
"een worm en geen man", aan de spottende toeschouwers uit vers 8 en 9,
zoals dat letterlijk vervuld is aan Christus. In het evangelie (Matth.
27 : 39-43) van Johannes staat dat het verdelen van de kleren van Jezus
en het (Joh. 19 : 23, 24) werpen van het lot over zijn onderkleed door
de soldaten bij het kruis de vervulling is van Ps. 22: 19.
Ook het doorboren van zijn handen en voeten (vs. 17) heeft alleen
betrekking op het kruislijden van Christus. Daarnaast zijn er in de
psalm gedeelten die ook betrekking hebben op David zelf. Zo wan- neer
gevraagd wordt om redding van het zwaard, van het geweld van de hond,
om verlossing uit de muil van de leeuw, met andere woorden, als
gevraagd wordt om verlossing van de vijanden, is dat toepasselijk in
het leven van David. Maar ook in dat van de Christus. Ook Hij bad in
Gethsemane: Vader indien het mogelijk is laat deze beker Mij
voorbijgaan. (Matth. 26 : 39)
In het tweede deel van de psalm wordt de toon heel anders. De klacht
gaat over in een danklied. Uit dankbaarheid voor de verlossing gaat de
dichter Gods naam verkondigen aan zijn broeders; in het midden van de
gemeente gaat hij God lofzingen. Dat past in Davids leven, maar dat
past (zegt Hebr. 2) vooral in het leven van Christus. Direct na zijn
opstanding op Pasen begint Christus daarmee.
Hij geeft opdracht aan Maria van Magdala te gaan "naar mijn broeders
(Joh. 20 : 17) en hun te zeggen: Ik vaar op naar Mijn Vader en uw
Vader, naar mijn God en uw God." En de engel moet aan enkele vrouwen
(Matth. 28 : 7) op die Paaszondag de boodschap overbrengen: "Gaat
terstond op weg en zegt aan zijn discipelen, dat Hij is opgewekt uit de
doden."
De discipelen zijn zijn broeders, zijn Vader is hun Vader en zijn God
is hun God. Daarom komt psalm 22 terug in Hebreeën 2: Christus
schaamt zich niet ons zijn broeders te noemen. Hij is de eeuwige,
eniggeboren Zoon van de Vader, maar zijn broeders en zusters zijn de
door God uit genade aangenomen kinderen. (Heid. Cat. zond. 13,
vr./antw.33.) 4)
Doorgedacht over deze
psalm
Deze Psalm is een individueel klaaglied en de meest indrukwekkende
onder de klaagpsalmen. Het gaat over iemand die in doodsnood is.
Vijanden omringen hem van alle kanten en brengen hem zo in het nauw dat
hij door God verlaten schijnt. Hier is er sprake van iemand in nood,
iemand die lijdt.
Lijden komt meestal onverwachts en het doorkruist de plannen die we
maken. Onze levensverwachting wordt plots heel anders. Waar staan we
nu?
Soren
Kierkegaard: De herhaling
Ik leef als een
overledene. Mijn ziel is als de dode zee, die geen vogel kan
overvliegen, want midden in zijn vlucht trekt ze hem aan, naar beneden,
naar de ondergang en de verderfenis. Zo openbaart zich de vertwijfeling
in de gloeiende haard van het geloof. In de vertwijfeling kan ik mezelf
niet aanvaarden zoals ik ben, eindig en beperkt, ik wil een enkeling,
een zelf zijn, want een zelf te zijn is het grootste, de oneindige
toegeving die aan de mens gedaan werd. De mens is geen massa, geen
volk, geen mensheid. De mens is een uitzonderlijke enkeling.
Men steekt de vinger in de aarde om te ruiken in welk land men is, ik
steek de vinger in het bestaan (er-zijn) – het ruikt naar
Niets. Waar ben ik? Wat betekent toch de wereld? Wat betekent dit
woord? Wie heeft me in het geheel erin bedrogen en laat mij er nu in
staan? Wie ben ik? Hoe ben ik in de wereld gekomen? … Is er
geen verantwoordelijke Leider? Tot wie moet ik mij met mijn klacht
richten?
Wat is de waarde van ons
geloof als we voelen dat het echt niet meer gaat?
Blijven we vertrouwen in
een almachtige en goede God? Hoe gaan we ermee om?
Op geen enkel punt is het christendom zo verward, zo hopeloos
vastgelopen, als waar het gaat om het menselijk lijden en de houding
die daar tegenover moet worden aangenomen. Het schijnt nergens toe te
dienen.
Er is niets dat ons zo diep raakt als onze godsdienst en wanneer we
daarin onzeker worden, wordt ons hele leven onzeker.
Iemand die zich verlaten
voelt door God, geeft daarmee te kennen dat er in z’n hart
een verlangen is naar God!
Hier openbaart zich Davids
wanhoop! Het dringende eli eli wil tot uitdrukking brengen dat de
psalmist zich tot zijn persoonlijke beschermgod richt, die pas in vers
9 Here wordt genoemd.
Alleen omdat die God zijn God is, kan er sprake zijn van een verlaten
zijn. Anderzijds is dat “mijn God” en heel zijn
gebed, een uiting waarmee David zich aan die God als zijn God
vastklemt. God is voor David geen afstandelijk
“opperwezen”, maar een God waarmee hij zich in alle
opzichten verbonden voelt.
Daarom ervaart hij het als een onbegrijpelijk en schrijnend verdriet
dat deze God hem in de steek laat. David wil ons duidelijk maken dat
zijn luid hulpgeroep hem in het geheel niet heeft gebaat. Nog niet in
ieder geval. David beoogt niet zo zeer op het
‘waarom?’ een antwoord te ontvangen - wordt in de
Psalm ook niet gegeven- als wel om God tot een andere houding te
bewegen (zie vs.20). Het is een uiting van de worsteling in zijn
strijd. Er wordt ook gezegd dat God ver is van zijn verlossing en van
zijn woorden. David zegt als het ware dat God te ver weg is om zijn
jammerklacht te horen.
‘en Gij
antwoord niet’
Dit wil niet zeggen dat
God niet luistert of geen aandacht geeft! David roept bij dag en bij
nacht, naar God, (zijn God!) en die antwoordt niet. Lees Psalm 28:1-3.
(Onzekerheid)
‘en ik kom niet tot stilte’. Met roepen of is het
zijn binnenste dat niet tot stilte kan komen? De onrust verheft zich.
Wat buigt gij u neder, o mijn ziel, en wat zijt gij onrustig in mij?Ps
42:12a
Hoevelen van ons leven in onrust ondanks dat de bijbel spreekt over
rust, blijdschap en nog vele andere heerlijkheden? Misschien sta je op
het punt je baan te verliezen, of denk je aan een scheiding, ziekte,
geldgebrek. Waar moet je het zoeken?
Hierbij kunnen we ook aan Job denken. Job ervoer zijn lijden als
uitzichtloos. Hij was gevangen in een web van waaruit geen ontsnapping
mogelijk was.
Hij wilde wel sterven, maar bleef in leven.
Lees Job 3:11-13! En het
antwoord van z’n vrienden, de
‘gelovigen’, die Gods rechtvaardigheid niet kunnen
rijmen met het lijden van Job, verzwaren alleen maar zijn last. Het
antwoord dat ze geven kan twee dingen betekenen:
Ten eerste: God is niet rechtvaardig en laat mensen willekeurig lijden, of, ten tweede, Job zal wel iets gedaan hebben dat hij dit lijden verdient. Want dan kan God rechtvaardig blijven!
Als we eerlijk zijn komen
deze gedachten ook in ons midden voor. Ook velen van ons vinden het
moeilijk om Gods liefde te rijmen met het lijden dat ons of anderen
overkomt. Je zou bijna kunnen denken aan een God die niet goed is, of
een goede God die niet Almachtig is. Maar we weten dat de bijbel ons
anders leert.
9. Dit vers geeft de spottende woorden der vijanden weer
Ze spreken niet meer tot hem, maar over hem. En eigenlijk zeggen ze ook
nog dat God hem in de steek heeft gelaten. In Psalm 42 vers 11 zegt
David: Met een doodsteek in mijn beenderen honen mij mijn
tegenstanders, doordat zij de ganse dag tot mij zeggen: Waar is uw God?
Komt dit niet bekend voor? Op z’n moment zijn het
tegenstanders!
Voor David is dit misschien de pijnlijkste spot, omdat het hem in het
dierbaarste treft, en tevens de naam en de eer van zijn God aantast.
Hier ligt dan wel een sterke pleitgrond voor hem: Gods eigen eer is
ermee gemoeid.
10.11. Hier zegt David dat hij al van voor de geboorte God toebehoorde.
Vanaf de moederschoot was hij in Gods hand; dat weet hij! Hij vraagt
als het ware: Waarom moet mij dit overkomen? Wat heb ik gedaan? Ik
behoor U toch toe!
Moet ik dan lijden om te kunnen spreken?
Moet ik verdrietig zijn, opdat ik troosten kan?
Moet er dan steeds iets in mijn leven breken
opdat ik bij een ander iets herstellen kan?
Mag ik niet zo maar wat geluk ontvangen
gewoon wat klein geluk, het hoeft niet veel te zijn;
mag ‘k van de liefde enkel het verlangen
en van geluk niet anders kennen dan de pijn?
Ik weet het, God, ik heb geen recht van spreken
van hoop en van vertrouwen en van moed
wanneer ik warm lig toegedekt onder een deken
van veiligheid, en niets ontberen moet.
Maar zo-maar-wat geluk, God, strooi dat voor mijn voeten,
zodat ik ‘t pakken kan, als ik alleen maar buk,
en niet verbeten d’aarde om moet wroeten
naar een klein beetje gouderts van geluk...
De meesten kennen de
tekst: God doet alle dingen medewerken ten goede voor hen, die God
liefhebben. Rom 8:28
Dit is een mooie tekst
zolang je ‘m op anderen kunt toepassen, maar kunnen we nog
van deze tekst genieten als het onszelf niet meer voor de wind gaat?
Misschien zou het lijden draaglijker kunnen zijn als we begrijpen dat
God er een doel mee zou kunnen hebben. Eigenlijk weten we niet hoeveel
we aan het lijden te danken hebben.
Wie zijn moeilijkheden aanvaardt met zelfbeklag, maakt van zichzelf een
beklagenswaardig mens.
Zijn tegenslagen geen mogelijkheden? Mogelijkheden om te veranderen,
mogelijkheden om jezelf te leren kennen, om God beter te leren kennen
en de “mens” te leren kennen.
Soms is het goed om ons even van het dagelijks leven terug te trekken
juist om er verder in te kunnen doordringen. Alles even los laten om
het beter te kunnen vastgrijpen. Innerlijk meer bekwaam worden en
uiterlijk beter bruikbaar.
Paulus kreeg van Jezus
als het ware te horen: Ik zal de doorn in je vlees niet wegnemen, maar
ik zal iets beters voor je doen: Ik zal je kracht geven om er mee om te
gaan. Mijn genade is u genoeg
Toen hem de weg versperd werd te werken met een lichaam zonder doorn in
het vlees, zag hij de mogelijkheid ontstaan van een hoger levensplan,
namelijk het gebruiken van zijn zwakheid om te komen tot een hoger
resultaat. Hij kon de mensen beter begrijpen door de situatie waarin
hij verkeerde.
[Een groepje mensen stond aan het strand en vertelde elkaar van hun
verdriet en hun verliezen. De een sprak van een schip dat was vergaan
met man en muis, de ander sprak van een plekje op een vreemd strand,
het graf van iemand die hij liefhad, en ieder meende dat zijn eigen
verdriet het grootst was.
Maar iemand sprak met een diepe zucht: Ik heb toch het allergrootste
verlies geleden, want uit mijn hart is het geloof verdwenen.
En allen waren het erover eens dat dit de diepste van alle smarten was]
Zo stond ook Maria bij
Jezus' graf te huilen. Op de vraag: Waarom weent u? antwoordde zij: Ze
hebben mijn Heer weggenomen. Als Hij verdwenen is, dan wordt het hele
leven in de as gelegd. Dit is de ergste pijn: de pijn van de verbroken
gemeenschap met God.
12.Dit vers grijpt terug op vers 2; het is een soort conclusie van het
tot dusver gezegde. ‘Er is geen helper’. Zou er
echt geen helper zijn geweest? Zou in onze nood die klacht,
‘dat God niet antwoord, niet spreekt’
kunnen opkomen? Maar God spreekt wel degelijk. Het probleem is meestal
dat we niet weten hoe God antwoord en wat zijn antwoorden zijn. God
handelt meestal door mensen. Maar vaak bevalt het antwoord ons niet. Er
is geen helper.
In Psalm 69 zegt David: Ik wachtte op een teken van medelijden, maar tevergeefs, op troosters, maar ik vond hen niet.Ps 69:21b
De mens die lijdt heeft medeleven nodig, het gevoel dat anderen zijn verdriet met hem delen. De mens die lijdt heeft lichamelijke troost nodig, heeft mensen nodig die hem vasthouden i.p.v. loslaten. Het laatste waar de mens in nood behoefte aan heeft is te moeten aanhoren dat het verkeerd was wat hij/zij deed. Dat het lijden het gevolg is van zonde. Ons leed verveelt hen die niet meelijden!
Van drie mensen, aan wie
wij ons verdriet vertellen, vervelen wij er twee, en aan de derde doen
we een genoegen. Want rampzalig is de mens, die nooit smart heeft
gekend. Lijden leert troosten. Het is niet genoeg de zwakke op te
helpen; men moet hem ook daarna nog steunen.
22. En dan komt er een omkeer in Davids situatie. gij hebt mij
geantwoord! Men zegt wel eens: De tijd heelt wonden. Maar dat is niet
zo. De tijd heelt gaten, maar God heelt de mens. En David gaat verder
met een belofte.
23. En hij zegt: Ik zal uw naam onder mijn broeders
verkondigen. (Vermoedelijk zijn broeders die hij in zijn nood niet
heeft bemerkt, maar er toch wel waren). In het midden der gemeente wil
hij God lof toezingen. Hij spoort nu zelfs anderen aan om de
Here te loven en te verheerlijken (vs. 24). De reden hiervoor is vers
25 en 27.Lees! Dit in tegenstelling tot vs. 3. De mensen hebben David
veracht (vs. 8,9), God niet. God heeft hem niet links laten liggen,
want hij is God en geen mens!
Nog even samerngevat:
De klacht wordt gebed en
het gebed geeft de bidder zo een innerlijke rust en zekerheid dat het
vanzelf in lof-en danklied overgaat; de Psalmist is er zeker van dat
hij verhoord wordt en dankt er God bij voorbaat voor. Hij knoopt er
zijn toekomst verwachtingen aan vast. Met de laatste regel van de Psalm
lijkt David antwoord te geven op z’n eigen vraag in het
begin: ‘Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij
veraten’? Door alle vragen, ellende en doodsnood heen heeft
hij ontdekt dat het de Here is die betrokken is, dat het de Here is die
blijft handelen en de Here zijn werk doet.! In Psalm 42 vers 12b zegt
David: Hoop op God, want ik zal Hem nog loven, mijn Verlosser en mijn
God!
Niemand van ons, al is hij nog zo ‘n goed mens, zoals Job,
kan aan de slagen van het noodlot (lijden) ontkomen. Maar de vraag hoe
je er weer boven op komt, heeft zeker te maken met de vastbeslotenheid
waarmee je voor God hebt gekozen. Durven we het lijden te zien als een
uitdaging? Jezus heeft het ons voorgedaan. En Hij heeft kunnen
uitroepen: Het is volbracht!
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)