HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
Nagedacht
over lijden
De Bijbel is niet een boek dat je zomaar even van kaft tot kaft leest. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God:
Bijbelstudie 606 - Waarom zoveel lijden en onrecht?
HIER:
OORSPRONG VAN HET KWAAD
Maar als het Opperwezen zich voornam dat volmaakte mensen voor eeuwig
op aarde zouden leven onder paradijselijke omstandigheden en als dat
nog steeds zijn voornemen is, waarom is er dan nu geen paradijs? Waarom
ondergaat de mensheid in plaats daarvan al zoveel eeuwen lijden en
onrecht?
De menselijke geschiedenis is ongetwijfeld een en al ellende,
veroorzaakt door oorlog, imperialistische veroveringen, uitbuiting,
onrecht, armoede, rampen, ziekte en de dood. Waarom zijn er zoveel
slechte dingen gebeurd met zoveel onschuldige slachtoffers? Als God
almachtig is, waarom heeft hij deze enorme hoeveelheid lijden dan
duizenden jaren toegelaten? Aangezien God het universum zo goed
ontworpen en geordend heeft, waarom zou hij dan op aarde wanorde en
verwoesting toelaten?
Een voorbeeld
Laten wij eens een voorbeeld gebruiken om te illustreren waarom een God
van orde op aarde wanorde zou toelaten. Stelt u zich eens voor dat u in
een bos wandelt en een huis tegenkomt. Wanneer u het huis inspecteert,
ziet u dat het in een staat van wanorde verkeert. De ruiten zijn
gebroken, het dak is ernstig beschadigd, de houten veranda zit vol
gaten, de deur hangt aan één scharnier, en er is
geen gas en water.
Zou u, gezien al deze defecten, tot de conclusie komen dat dit huis
nooit door een intelligente ontwerper gemaakt zou kunnen zijn? Zou de
wanorde u ervan overtuigen dat het huis alleen bij toeval kon zijn
ontstaan? Of als u de conclusie zou trekken dat het wel door iemand
ontworpen en gebouwd was, zou u van mening zijn dat deze persoon niet
bekwaam en doordacht te werk was gegaan?
Wanneer u het bouwwerk grondiger bekijkt, ziet u dat het oorspronkelijk
goed was gebouwd en dat het heel doordacht en met zorg was ontworpen.
Maar het was nu gewoon verwaarloosd en op weg een bouwval te worden.
Waarop zouden de defecten en de problemen kunnen duiden? Ze zouden een
aanwijzing kunnen zijn dat (1) de eigenaar is gestorven; (2) hij een
bekwaam bouwer is maar geen belangstelling meer voor het huis heeft; of
dat (3) hij zijn eigendom tijdelijk heeft verhuurd aan mensen die er
geen waardering voor hebben. Het laatste komt overeen met de situatie
in verband met deze aarde.
Wat er is
misgegaan
Uit het vroege bijbelse verslag vernemen wij dat het niet Gods
bedoeling was dat mensen zouden lijden en sterven. Onze eerste ouders,
Adam en Eva, stierven slechts omdat zij God ongehoorzaam waren (Genesis
hoofdstuk 2 en 3). Toen zij ongehoorzaam werden, deden zij niet langer
Gods wil. Zij onttrokken zich aan Gods zorg. In feite maakten zij zich
los van God, „de bron van het leven”. —
Psalm 36:9.
Net als een machine die langzamer gaat draaien en tot stilstand komt
wanneer hij van zijn krachtbron wordt afgesneden, begonnen hun lichaam
en hun geest te degenereren. Als gevolg daarvan takelden Adam en Eva
af, werden oud en stierven ten slotte. Wat gebeurde er toen? Zij gingen
terug naar waar zij vandaan kwamen: „Stof zijt gij en tot
stof zult gij terugkeren.” God had hen gewaarschuwd dat de
dood de consequentie zou zijn van ongehoorzaamheid aan zijn wetten:
„Gij [zult] beslist sterven.” — Genesis
2:17; 3:19.
Niet alleen onze eerste ouders stierven, maar al hun nakomelingen, heel
het mensengeslacht, zijn eveneens onderworpen aan de dood. Hoe komt
dat? Doordat kinderen volgens de erfelijkheidswetten de kenmerken van
hun ouders erven. En wat alle kinderen van onze eerste ouders hebben
geërfd, was onvolmaaktheid en de dood. Romeinen 5:12 vertelt
ons dat „door één mens [Adam, de
voorvader van de mensheid] de zonde de wereld is binnengekomen en door
de zonde de dood, en aldus de dood zich tot alle mensen heeft
uitgebreid omdat zij allen gezondigd hadden [doordat zij
onvolmaaktheid, dat wil zeggen, zondige neigingen, hadden
geërfd]”. En aangezien zonde, onvolmaaktheid en de
dood het enige is wat mensen kennen, bezien sommigen ze als natuurlijk
en onvermijdelijk. Toch werden de oorspronkelijke mensen geschapen met
het vermogen en het verlangen voor eeuwig te leven. Daarom vinden de
meeste mensen het vooruitzicht dat hun leven door de dood afgesneden
zal worden, zo frustrerend.
Waarom zo lang?
Waarom
heeft God de mensen zo lang hun eigen gang laten gaan? Waarom heeft hij
al die eeuwen lijden laten bestaan? Eén essentiële
reden is dat er een bijzonder belangrijke strijdvraag werd opgeworpen:
Wie heeft het recht om te regeren? Behoort God de Regeerder van de
mensen te zijn, of kunnen zij zichzelf met succes regeren, los van hem?
Mensen werden geschapen met een vrije wil, dat wil zeggen, met het
vermogen te kiezen. Zij werden niet als robots gemaakt, of als dieren
die voornamelijk door instinct worden geleid. Mensen kunnen dus kiezen
wie zij zullen dienen (Deuteronomium 30:19; 2 Korinthiërs
3:17). Daarom geeft Gods Woord de raad: „Weest als vrije
mensen, en gebruikt toch uw vrijheid niet als een dekmantel voor
slechtheid, maar als slaven van God” (1 Petrus 2:16). Maar
hoewel mensen de prachtige gave van de vrije keuze hebben, moeten zij
wel de consequenties aanvaarden van wat zij verkiezen te doen.
Onze eerste ouders maakten de verkeerde keuze. Zij verkozen
onafhankelijk van God te zijn. Het is waar dat God het eerste
opstandige mensenpaar onmiddellijk nadat zij hun vrije wil hadden
misbruikt, ter dood had kunnen brengen. Maar dat zou niet de kwestie
hebben opgelost in verband met Gods recht om over mensen te regeren.
Aangezien het eerste mensenpaar onafhankelijk van God wilde zijn, moet
de vraag worden beantwoord: Kon die handelwijze tot een gelukkig,
succesvol leven leiden? De enige manier om dat te ontdekken, was onze
eerste ouders en hun nageslacht hun eigen gang te laten gaan, want dat
was hun keuze. De tijd zou leren of de mensen waren geschapen om
onafhankelijk van hun Schepper zichzelf met succes te regeren.
Zelfs oprechte
wereldheersers zijn niet in staat geweest een vredige, paradijselijke
wereld tot stand te brengen
De bijbelschrijver Jeremia wist wat het gevolg zou zijn. Geleid door
Gods krachtige heilige geest, of werkzame kracht, schreef hij naar
waarheid: „Ik weet, o HERE, dat het niet aan de mens staat
zijn weg te kiezen, noch aan een man om te gaan en zijn schreden te
richten. 24 Tuchtig mij, HERE, doch naar recht; niet in uw toorn, opdat
Gij mij niet te gering maakt.” (Jeremia 10:23, 24). Hij wist
dat mensen de leiding moeten hebben van Gods hemelse wijsheid. Waarom?
Eenvoudig omdat God mensen niet geschapen heeft om zonder zijn leiding
succesvol te zijn.
De gevolgen van duizenden jaren menselijke heerschappij tonen zonder
twijfel aan dat mensen niet in staat zijn hun eigen aangelegenheden
zonder hun Schepper te regelen. Nu zij het hebben geprobeerd, kunnen
zij alleen zichzelf de schuld geven voor de catastrofale gevolgen. De
bijbel maakt duidelijk: „De Rots [God], volmaakt is zijn
activiteit, want al zijn wegen zijn gerechtigheid. Een God van
getrouwheid, bij wie geen onrecht is; rechtvaardig en oprecht is hij.
Zij hebben van hùn zijde verderfelijk gehandeld; zij zijn
zijn kinderen niet, het gebrek ligt bij henzelf.” —
Deuteronomium 32:4, 5.
God zal
spoedig ingrijpen
Nu God eeuwenlang een uitvoerige demonstratie van het falen van
menselijke heerschappij heeft toegelaten, kan hij ertoe overgaan in de
menselijke aangelegenheden in te grijpen en een eind te maken aan
lijden, verdriet, ziekte en de dood. Nu hij mensen heeft toegestaan op
het toppunt van hun prestaties te komen op het gebied van de
wetenschap, de industrie, de geneeskunde en andere terreinen, hoeft God
de mensen niet nog eens eeuwen de tijd te geven om onafhankelijk van
hun Schepper te bewijzen of zij een vredige, paradijsachtige wereld tot
stand kunnen brengen. Dat hebben zij niet gedaan en dat kunnen zij
niet. Onafhankelijkheid van God heeft geleid tot een afschuwelijke,
doodaanbrengende wereld vol haat.
Er zijn weliswaar oprechte regeerders geweest die de mensheid wilden
helpen, maar hun pogingen hebben gefaald. Overal ziet men tegenwoordig
de bewijzen van een ineenstorting van menselijke heerschappij. Daarom
geeft de bijbel de raad: „Stelt uw vertrouwen niet op edelen,
noch op de zoon van de aardse mens, aan wie geen redding
toebehoort.” — Psalm 146:3.
Maar God kan
ons toch helen, genezen, beter maken ?
God wil in Zijn Vaderlijke zorg niet altijd genezen
Veel mensen hebben de de indruk dat wonderen op afroep beschikbaar
zijn, mits men maar gelooft. Dat is niet het godsbeeld van Zondag 10
van de Heidelbergse Catechismus.
Laat ik vooropstellen dat er tijdens genezingdiensten van wonderen
gebeuren. Echter, door wie worden deze wonderen verricht? Dat iemand
tijdens het verrichten van het wonder Jezus’ Naam aanroept,
zegt nog helemaal niets. De zonen van Sceva, een Joodse overpriester,
durfden dit ook te doen (Hand. 19:13-20). Wanneer iemand een wonder
verricht, is de reactie van de omstanders op dit genezingswonder bijna
altijd dezelfde: het werkt, dus het is echt waar! Wat is dan waar?
De Bijbel legt ook een nauwe relatie tussen het verrichten van wonderen
door de prediker en zijn prediking. Dit is tevens een criterium waaraan
wij vandaag wonderen verricht door predikers moeten toetsen.
Vlak voor Zijn hemelvaart draagt Jezus aan Zijn discipelen de prediking
van het Evangelie aan alle volken op (Mark. 16:15-20). Deze opdracht
gaat vergezeld met de belofte dat er tekenen zullen volgen (16:17).
Markus vermeldt in het laatste vers (16:20) van zijn Evangelie de
vervulling van deze belofte. Opnieuw staat dat markante woord
”volgen” centraal, maar dit woord wordt dan ook
nader uitgelegd: de tekenen bevestigen het Woord!
Het tweede dat
opvalt, is dat de gelovigen niet over de tekenen beschikken,
integendeel: „De Heere wrocht mede en Hij bevestigde het
Woord door tekenen.”
In de nieuwtestamentische periode nemen de apostelen een bijzondere
plaats in de eerste gemeente in. Zij leren met gezag. Door de handen
van de apostelen geschiedden wonderen en tekenen (Hand. 4:29-33 en
5:12). Paulus, de ’dertiende apostel’, verricht ook
veel tekenen en wonderen en typeert deze als „de tekenen van
een apostel” (2 Kor. 12:12). Wanneer Tabitha ernstig ziek
wordt, proberen de discipelen in haar omgeving niet eerst zelf een
gebedsgenezing te bewerken, maar ze roepen een oudste en ontbieden de
apostel Petrus (Hand. 9:36-43). Aan het verrichten van tekenen en
wonderen is een apostel herkenbaar (Hebr. 2:3-4).
Overigens laat het Nieuwe Testament ook een andere kant zien. Zo wordt
Paulus tijdens zijn Evangelieprediking ziek, maar niet door een
gebedsdienst genezen. Timótheüs lijdt aan kwalen en
wordt niet door Paulus op het gebed genezen, maar naar de middelen
verwezen (1 Tim. 5:23). Paulus moet zijn collega Trofimus ziek in
Milete achterlaten (2 Tim. 4:20). Paulus organiseert echter geen
gebedsgenezingdienst!
Op afroep
Ook hedendaagse genezers hebben verschillende ernstig zieken
onder handen gehad die echter niet genezen werden. Zij zelf maken
hiervan geen gewag. Integendeel, op alle aankondigingen wordt de
stellige indruk gewekt dat de wonderen op afroep beschikbaar zijn, mits
men maar gelooft... Voor wie gelooft, is genezing beschikbaar. Wat als
ik niet word genezen, terwijl ik wel biddend naar zo dienst ging?
Schiet mijn geloof dan tekort? Heb ik te weinig of verkeerd gebeden?
Ons leven kan een wending nemen waarvoor wij geen verklaring hebben.
Hiermee raken we een wezenlijke notie in de prediking van zulke
genezers. „Ziekte komt van de demonen, God wil niet dat Zijn
kinderen ziek zijn.” Hoewel zulke genezers geen boodschap
hebben aan de troost van Zondag 10, citeer ik hieruit toch een paar
woorden: „dat gezondheid en krankheid niet bij geval, maar
van Zijn vaderlijke hand mij toekomt.”
Hier botsen dus twee godsbeelden. De god van veel hedendaagse genezers,
die niet willen dat hunn kinderen ziek zijn, en mijn God en Vader, Die
verschillende van Zijn kinderen toelaat ziek laat worden. De troost van
dit belijden is dat ik in mijn ziekte me mag wenden tot mijn God en
Vader, Die mij genezen kan, maar in Zijn vaderlijke zorg en liefde mij
niet altijd genezen wil. Al begrijp ik mijn God en Vader niet, zelfs
met de vragen en het verdriet mag ik nog schuilen bij het hart van deze
almachtige God en getrouwe Vader.
In het rusten op Gods Vaderhart bevind ik de diepe betekenis van
Paulus’ woorden: „U is uit genade gegeven in de
zaak van Christus, niet alleen in Hem te geloven, maar ook voor Hem te
lijden” (Fil. 1:29). Een genadegave om te lijden! Door God
verwaardigt om een deel van Jezus’ kruis te dragen. Deze
Bijbelse notie staat haaks op ons leefklimaat, waarin het lijden naar
verre oorden is verbannen. In onze samenleving staat gezondheid op
nummer 1. Maar het is ook een tijd waarin mensen in een huiskamer, op
een ziekbed of in een psychiatrische inrichting dagelijks
Jezus’ woorden zich biddend toe-eigenen: „Zo iemand
achter Mij wil komen, die verloochene zichzelf. Hij neme zijn kruis op
en volge Mij!”
Zou God niet ingrijpen?
Als God bestaat, waarom grijpt Hij niet in? Waarom laat Hij de ene na
de andere ramp gebeuren? Waarom laat Hij mensen de vernieling in gaan?
Deze waaromvragen zijn met talloze te vermenigvuldigen. Dergelijke
vragen brengen mensen tot de conclusie dat er geen almachtige of goede
God bestaat.
• Een goede God zou nooit hebben gewild dat er zoveel ellende
in de wereld is.
• Een almachtige God zou het kwaad kunnen tegenhouden en het
lijden voorkomen.
Oog in oog met zoveel lijden concluderen mensen dat een goede,
liefdevolle, almachtige God niet bestaat. Maar wat lost dat eigenlijk
op? Wat is het alternatief? Helpt het te weten dat de sterren ons lot
bepalen? Of dat we geregeerd worden door een monsterachtig kwaad, dat
willekeurig toeslaat?
Iemand sprak eens naar aanleiding van de vernietigingskampen: nu kan ik
niet meer in God geloven. Maar een ander die zo'n kamp had overleefd,
corrigeerde deze opmerking met: nu kan ik niet meer niet in God
geloven. Want wie moet anders het kwaad uit de wereld helpen?
De Bijbel bevat ook waaromvragen. En ze komt niet met eenvoudige
oplossingen. Het kwaad en het lijden blijven vragen oproepen. In de
Bijbel komen genoeg mensen aan het woord die ermee hebben geworsteld.
Maar het uitgangspunt is voortdurend dat God liefdevol, goed en
almachtig is. En dat Hij het kwaad de baas is. Van mensen uit gezien is
dat onbegrijpelijk. De Bijbel houdt liever de raadsels van God dan de
verklaringen van mensen.
De oorzaak van het kwaad en het lijden wordt niet in God gezocht. Maar
het kwaad wordt aangewezen in de mens. Stel dat God in een mum van tijd
al het kwaad uit de wereld zou verwijderen. Wat zou er dan van onszelf
overblijven? Immers, wie van ons is vrij van kwaad? Het kwaad speelt in
ieder mensenleven een rol.
Ook wordt in de Bijbel de invloed aangewezen van kwade machten. Onder
leiding van een afgevallen engel oefenen die achter de coulissen van de
dagelijkse werkelijkheid een krachtige invloed uit. Achter het kwaad in
mensen schuilt een macht die haat koestert tegen God. Deze kwade macht
heeft alles te maken met het kwaad en het lijden. Er is een oorlog
gaande tussen goed en kwaad. Tussen God en de satan.
God is goed!
God is goed, het ligt niet aan Hem. Hij heeft het kwaad niet gemaakt,
noch de ellende die het veroorzaakt. Hij heeft de wereld goed gemaakt.
Toen God de mens schiep zei Hij dat tegen Hem kiezen kwaad betekende,
en ook de dood zou meebrengen. Mensen hebben hun van oorsprong vrije
wil gebruikt om tegen God in te gaan, Hem te negeren, en de band met
Hem te verbreken. Zo is de vernietigende macht in de wereld gekomen,
met alle verwoestende gevolgen van dien. God heeft het kwaad niet
gewild, maar Hij maakt er wel gebruik van. Hij kan mensen tot inkeer
brengen door hen over te geven aan de kwalijke gevolgen van hun gedrag.
Soms kunnen ook de goeden onder de kwaden moeten lijden. Lijden heeft
bij mensen zelfs eigenschappen ontwikkeld die er anders nooit uit
gekomen zouden zijn: moed, uithoudingsvermogen, opoffering, bewogenheid.
God is woedend!
Na de keuze van de mens tegen God, ligt de wereld ook onder de vloek
van God. God is woedend over de zonde, hij is gekrenkt in zijn liefde.
Dus naast een liefdevolle en scheppende God kennen we God ook als een
straffende en oordelende God. De vloek van God is een activiteit van
God, de achterliggende reden is natuurlijk de val in zonde die we zelf
hebben gezocht Wij zijn dus verantwoordelijkheid en hebben Gods vloek
over ons afgeroepen.
De Bijbel leert dat het lijden God nooit koud laat. Hij doet er zelf
ook wat aan!
God grijpt wel
degelijk in!
Als je de bijbel goed leest, dan zie je dat God wel degelijk ingrijpt.
Hij laat ons niet aan ons eigen lot over… Hij waarschuwt ons
aan een stuk door. Daarmee wordt de schuld van de mens alleen maar
helderder. Een paar voorbeelden: God waarschuwde Adam (en Eva). God
waarschuwde Kaïn voor de moord op Abel. Jezus waarschuwde de
Farizeeën. Paulus laat zien dat, omdat mensen enig besef van
goed hebben, de mens gewaarschuwd is, al wel niet luisterend naar God,
maar hij kan luisteren naar de geschiedenis van het kwaad.
Als de mens een ingrijpende God wil, omdat de waarschuwende God niet
genoeg is, berooft de mens zichzelf van verantwoordelijkheid en daarmee
van zijn mensheid, want het eigene van de mens is: antwoorden op God en
beantwoorden aan God. Het mooiste van de geschapen mens is dat hij een
verantwoordelijk wezen is!!
De woede over de zonde is bij God wel afgewenteld op zijn eigen Zoon.
Hij is naar de mensen toegekomen, met al hun ellende en verdriet. Hij
heeft het zich zo sterk aangetrokken, dat Hij Zijn Zoon naar de wereld
gestuurd heeft: Jezus Christus. Die werd mens als andere mensen. Hij
was bekend met honger, dorst, angst en wanhoop. Hij werd gemarteld en
eindigde Zijn leven met de waaromvraag op zijn lippen.
God is
betrokken!
Het lijden is God dus niet vreemd. Hij is er hoogst persoonlijk bij
betrokken en doorheen gegaan. Hij onderging alle ellende sterker dan
ooit iemand het zou ondervinden. Jezus onderging het als Zoon van God
en als volkomen onschuldig mens. Volgens de Bijbel heeft Hij door zijn
onuitsprekelijk lijden het kwaad bij de wortel aangepakt. Hij deed dit
door uitsluitend het goede er tegenover te stellen. Jezus heeft al het
kwaad van de wereld gedragen. Hij ging eronder gebukt en Hij is er
kapot aan gegaan. Wonderlijk genoeg, niet als slachtoffer, maar als
Redder. Dat maakte Hij duidelijk door zijn laatste woorden: het is
volbracht! En nog duidelijker door zelfs uit de dood op te staan.
Daarmee liet Hij zien dat het kwaad en het lijden niet het laatste
woord hebben. En dat er een nieuwe wereld komt waar moeite en verdriet
voorgoed zijn uitgebannen.
God is Redder!
Deze overwinning van Jezus Christus op de dood heeft houvast gegeven
aan talloze christenen. Vooral bij hen die in de loop van de eeuwen
hebben geleden en als martelaar zijn gestorven. Het probleem van kwaad
en het lijden kunnen wij niet oplossen. Ieder mens worstelt ermee, ook
in de Bijbel. Maar in Christus Jezus wordt wel een antwoord gegeven.
Christenen geloven dus dat God intens betrokken is bij het lijden. Hij
is niet ongevoelig voor het lijden, maar Hij gaat er ook niet aan
onderdoor. Hij staat er hoe dan ook boven, als de Levende God, die op
weg is naar een nieuwe wereld zonder rampen, zonder pijn en moeite en
zonder dood. God zal hoogstpersoonlijk alle tranen drogen.
Lees ook eens: Hoe zit dat eigenlijk met 'ziekte' ?
Om over na te denken:
In de bijbel lezen we dat Jezus vele zieken genas. Waarom eigenlijk niet allemaal en niet allemaal? Een vraag waar velen mee worstelen.
Denk
maar aan wat er in Lukas 7:21 staat:: “En in dezelfde ure
genas Hij er velen van ziekten en kwalen, en boze geesten; en velen
blinden gaf Hij het gezicht.” Volgens de engelse
Bijbelgeleerde J. Gill betekent dit niet dat er sommigen waren die Hij
niet van hun ziekten genas. Maar, “dat Hij allen genas die
kwamen of tot Hem gebracht werden.” En dat waren er velen.
Dat dit de juiste verklaring is blijkt wel uit Markus 3:10:
“Want Hij had er velen genezen, alzo dat Hem al degenen, die
enige kwalen hadden, overvielen, opdat zij Hem mochten
aanraken.” Hier wordt eerst gezegd dat Hij er velen genas.
Maar wie waren die ‘velen’? Antwoord: al degenen
die enige kwalen hadden. De NBG vertaalt het zo: “Want Hij
genas velen, zodat allen, die kwalen hadden, op Hem aandrongen om Hem
te kunnen aanraken.”
Natuurlijk heb je gelijk dat de Heere Jezus niet alle mensen in
Israël genezen heeft, tijdens Zijn omwandeling op aarde.
Immers, na Zijn Hemelvaart lezen we dat Petrus de kreupele aan de
schone poort genas. Het betrof hier een man die al verlamd was vanaf
zijn geboorte (Hand.3:2-7). Blijkbaar was deze man al verlamd toen
Jezus de tempel in- en uit ging. Werd hij toen nog niet naar deze poort
toe gedragen door zijn familie? Of ging de Heere een andere poort door
toen hij daar wel was? We weten het niet.
Uit Handelingen 5:15-16 blijkt dat er nog heel wat zieken in Jeruzalem
en omgeving waren, kort na de Hemelvaart van Christus, die nu door de
apostel Petrus genezen werden. In Handelingen 8:5-7 blijkt dat Filippus
hetzelfde mocht doen in Samaria. Overigens genezen de apostelen niet
uit eigen kracht maar God is aan het werk door hun handen. Ze
beschikten niet zelf over helende krachten.
Dat brengt ons bij een belangrijk feit. De apostelen konden alleen
genezen als God de kracht er toe gaf. Paulus kon bijvoorbeeld zijn
vriend Trofimus niet genezen. God liet het blijkbaar niet toe (2
Tim.4:20). Ook kon Paulus zichzelf niet van zijn oogkwaal afhelpen. We
krijgen in Gal.4:15 een duidelijke aanwijzing dat hij daar aan leed.
Sommigen denken dat de verergering van deze kwaal de manier was waarop
de Heilige Geest hem verhinderde om snel verder te reizen (Hand.16:6).
Maar, schrik niet, ook de Heere Jezus kon niet ‘zo
maar’ iemand genezen. In Matth. 13:58 staat: “En
Hij heeft aldaar niet vele krachten gedaan, vanwege hun
ongeloof.” Werkten de mensen verlammend op Hem? Nee! Wat dan?
Het antwoord lezen we in Johannes 5:19: “Jezus dan antwoordde
en zeide tot hen: Voorwaar, voorwaar zeg Ik u: De Zoon kan niets van
Zichzelven doen, tenzij Hij den Vader dat ziet doen; want zo wat Die
doet, hetzelve doet ook de Zoon desgelijks.”
De Heere Jezus moest voortdurend op de Vader letten om te weten of de
kracht er was om te genezen of niet. Zie Lukas 5:17: ”En het
geschiedde in een dier dagen, dat Hij leerde, en er zaten
Farizeeën en leraars der wet, die van alle vlekken van
Galilea, en Judea, en Jeruzalem gekomen waren; en de kracht des Heeren
was er om hen te genezen.” Dat laat zien, dat Hij waarachtig
mens was. Hij was even afhankelijk van ´s Vaders
kracht als Paulus, Petrus en allen na hen. We zeggen wel dat Zijn
Goddelijke natuur zich geheel had teruggetrokken. Hij wilde daar geen
gebruik van maken. Dat blijkt bij voorbeeld uit Markus 3:21:
“En als degenen, die Hem bestonden, dit hoorden, gingen zij
uit, om Hem vast te houden; want zij zeiden: Hij is buiten Zijn
zinnen.” Prof. J. van Bruggen legt uit dat zijn verwanten
dachten dat Jezus zichzelf niet meer in de hand had. En dat alleen
opsluiting Hem weer tot zichzelf zou brengen. Men kreeg deze indruk van
Hem omdat Hij maar doorging met genezen en geen tijd had om te eten.
Zie Mark.3:20. De Heere moet er uiterst vermoeid en slecht hebben
uitgezien. Zo leed Hij in Zijn menselijke natuur aan het lijden van de
mensen om Hem heen. Jesaja had al geprofeteerd dat Zijn gezicht ernstig
getekend zou worden door dit lijden. Zie Jes.52:14. Nee, Hij wilde Zijn
Goddelijke natuur niet te hulp roepen. Dat bleek wel heel bijzonder uit
de verlatenheid die hij ervoer aan het kruis. Hij wilde de wil van de
Vader doen, wat dat Hem ook zou kosten!
Het diepste antwoord op jouw vraag ligt dus in de gehoorzaamheid aan de
wil van God.
Trouwens, wist je dat elke gelovige een belofte heeft om middel in Gods
hand, tot genezing van een ander te zijn? Zie Jakobus 5:16:
“Belijdt elkander de misdaden, en bidt voor elkander, opdat
gij gezond wordt; een krachtig gebed des rechtvaardigen vermag
veel.”
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)