HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
Of
je het er mee eens bent of niet - Jezus is God
De Bijbel is niet een boek dat je zomaar even van kaft tot kaft leest. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God:
Bijbelstudie 711 - Of je het er mee eens bent of niet - Jezus is God
De vraag die voor ons ligt, luidt: “Is Jezus God?”
De
vraag is dus niet: “Is Jezus de Zoon van God?”,
want daarop zouden velen zonder aarzeling een bevestigend antwoord
geven. Maar zij bedoelen daarmee, dat Hij “een zoon van God
is, zoals ieder ander mens”. Zij geloven namelijk niet, dat
Hij op een hele bijzondere en unieke wijze de Zoon van God is. Met
andere woorden: zij ontkennen, dat Hij gelijk is aan God de Vader.
In deze studie willen wij graag aantonen dat Jezus God is, door in de
eerste plaats enige Schriftplaatsen aan te halen die dit duidelijk
verklaren. Daarna zullen wij zien, dat er vele uitspraken in de Schrift
te vinden zijn, die Zijn Godheid bevestigen, zonder dit openlijk te
verklaren. Tenslotte zullen wij nog enkele verzen bestuderen die vaak
gebruikt worden om Zijn godheid te ontkennen, maar die in werkelijkheid
het tegendeel bewezen.
Sommige verzen
verklaren duidelijk dat Jezus God is
Johannes 1:1
“In den beginne was het Woord,
en het Woord was bij God, en het Woord was God”.
In vers 14 van hetzelfde hoofdstuk lezen wij, dat het Woord vlees
geworden is en onder ons gewoond heeft. Met andere woorden: het Woord
is de Heere Jezus Christus!
Het hierboven aangehaalde vers leert ons drie belangrijke dingen over
de Heere Jezus.
1.Hij was “in den beginne”. Hij Zelf had nimmer een
begin. In wat wij zouden kunnen noemen ‘het beginloze
begin’, was Hij reeds.
2.Hij was “bij God”. Dat wil zeggen: Hij was een
afzonderlijk Persoon, levend bij God de Vader.
3.Hij “was God”.
Door deze duidelijke uitspraken is de absolute godheid van de Heere
Jezus Christus boven alle twijfel verheven.
Er zijn sekten
die een Bijbelvertaling gebruiken, waarin het laatste deel van vers 1
luidt: “… en het Woord was een god”.
Maar deze vertaling is vals en in strijd met de grondtekst
Johannes 5:23
“Opdat zij allen de Zoon eren
gelijk zij de Vader eren. Wie de Zoon niet eert, eert ook de Vader
niet, Die Hem gezonden heeft”.
Dit vers zegt ons, dat de Zoon op dezelfde wijze en in dezelfde mate
moet worden aanbeden en geëerd als de Vader. “Wie de
Zoon niet eerst, eerst ook de Vader niet”. Als Jezus niet God
was, zou deze uitspraak zonder meer godslasterlijk zijn.
Als valse leraars aan mijn deur komen om hun verderfelijke leringen te
propageren, vraag ik hen gewoonlijk: “Eert u de Zoon, zoals u
de Vader eert?”. Meestal proberen zij dan van onderwerp te
veranderen, maar daarvoor geef ik hun de kans niet. Het heeft geen
enkele zin over welk onderwerp ook met hen te spreken, als zij deze
vraag niet bevestigend beantwoorden.
Johannes 10:30:
“Ik en de Vader zijn
één”
Mensen, die de godheid van Christus loochenen, verklaren dit vers door
te zeggen dat Hij en Zijn Vader eensgeestes, eensgezind en eenswillend
waren. Maar de Joden, die leefden in de tijd dat Jezus hier op aarde
was, wisten beter. Zij wisten, dat de Heere Jezus met deze uitspraak
bedoelde, dat Hij gelijk God was (vs. 31,32). Als de Joden Zijn woorden
verkeerd begrepen hadden, dan had de Heere Jezus hun beschuldigingen
gemakkelijk kunnen weerleggen, door te zeggen dat het allemaal op een
misverstand berustte. Maar dat deed Hij niet, omdat zij exact begrepen
hadden, wat Hij bedoelde!
Johannes 14:8,9
“Filippus zeide tot Hem: Here,
toon ons de Vader en het is ons genoeg. Jezus zei tot hem: Ben Ik zo
lang bij u, Filippus, en kent gij Mij niet? Wie Mij gezien heeft, die
heeft de Vader gezien; Hoe zegt gij: Toon ons de Vader?”
Als Jezus alleen maar een mens was, zou het de hoogste vorm van
onbeschaamdheid en godslastering geweest zijn te zeggen: “Wie
Mij gezien heeft, die heeft de Vader gezien”. Maar de
eenvoudige waarheid is, dat de eniggeboren Zoon, de Heere Jezus
christus, de Vader heeft doen kennen aan de mensen (Joh. 1:18). De
mensen zagen God in menselijke gedaante, als zij zagen naar de Heere
Jezus.
Romeinen 9:5
“Uit hen (Israël) is,
wat het vlees betreft, de Christus, Die is boven alles, God, te prijzen
in eeuwigheid”.
Deze verzen 4 en 5 beschrijven de grote voorrechten, die
Israël als natie had. Zij waren Gods uitverkoren volk en Gods
deelde Zijn heerlijkheid met hen. Hij sloot een verbond met hen en gaf
hun de wet. Zij hadden de tempeldienst en Gods beloften en zij stamden
af van de aartsvader. Maar het belangrijkste van alles is dat de
Messias uit dit volk voortgekomen is. De Messias Die boven alles God
is, te prijzen in eeuwigheid. Uit dit wonderbare vers blijkt, dat onze
Heiland zowel God als Mens is.
Kolossenzen 2:9
“Want in Hem woont al de
volheid der godheid lichamelijk”
Dit vers zegt ons, dat de volle inhoud van de goddelijke natuur woont
in Christus, in Zijn mensheid. Met welk een zorg openbaart en bevestigt
de Heilige Geest de godheid van de Heere Jezus. Al de volheid Gods
woont in Christus, in Zijn menselijk lichaam. Deze woorden leren
duidelijk, dat de Heere Jezus God is, in een lichaam van vlees en
bloed. Dit is een piramidebewijs:
De godheid
De
godheid lichamelijk
De volheid der godheid lichamelijk
Al de volheid der godheid lichamelijk
Hebreeën 1:8
“Uw troon, o God, is in alle
eeuwigheid en de scheper der rechtmatigheid is de scepter van Uw
Koningschap”.
Hier lezen wij, wat God de Vader sprak tot de Zon. Hij noemde de Zoon
God en zei tot Hem, dat Zijn troon zou duren tot in alle eeuwigheid en
dat Hij in Zijn koninkrijk zou regeren met rechtmatigheid. In de verzen
10 tot 12 van ditzelfde hoofdstuk lezen wij verder dat God de Vader
verklaard heeft, dat de Zoon alle dingen geschapen heeft, dat Hij
eeuwig is en nooit zal veranderen.
1 Johannes 5:20
“Doch wij weten, dat de Zoon
van God gekomen is en ons inzicht gegeven heeft om de Waarachtige te
kennen en wij zijn in de Waarachtige, namelijk in Zijn Zoon Jezus
Christus. Deze is de waarachtige God en het eeuwige leven”.
Toen de apostel Johannes deze brief schreef waren er valse leraars, die
de godheid van Christus loochenden. In dit vers waarschuwt hij zijn
lezers voor elke leer, die de absolute godheid van Christus aantast.
Sprekend over de Zoon van God zegt hij: “Deze is de
waarachtige God en het eeuwige leven”.
Vele verzen
verklaren indirect dat Jezus God is
Behalve deze teksten, die duidelijk de godheid van Christus leren, zijn
er een groot aantal teksten, die deze waarheid bevestigen. Hier volgen
enkele voorbeelden:
Efeze 1:2
“Genade zij u en vrede van
God, onze Vader, en van de Heere Jezus Christus”
Hier wordt gezegd dat genade en vrede komen van God, onze Vader, en van
de Heere Jezus Christus. De Vader en de Zoon zouden niet in staat zijn
dezelfde dingen te geven, indien zij niet volkomen aan elkaar gelijk
waren. Zie ook Fil. 1:2, 2 Thess. 1:2, 1 Tim. 2:2.
Efeze 1:3
“Gezegend zij de God en Vader
van onze Heere Jezus Christus, Die ons met alle geestelijke zegen in de
hemelse gewesten gezegend heeft in Christus”.
Hier wordt God beschreven als de God en Vader van onze Heere Jezus
Christus. Als Mens erkende de Heere Jezus, dat God Zijn God was. Als
God verklaarde de Heere Jezus, dat God Zijn Vader was op een unieke
wijze, zoals met niemand anders het geval is. Zie ook 1 Thess. 3:11, 2
Thess. 2:16,17.
Johannes 15:24
“Maar nu hebben zij, hoewel
zij ze (Mijn werken) gezien hebben, toch Mij en Mijn Vader
gehaat”.
Hier plaatste de Heere Jezus Zichzelf op één lijn
met God de Vader, want Hij zei, dat de mensen gezien en gehaat hadden
zowel Hem als de Vader. Zie ook Matt. 28:19, Joh. 5:17,18.
Titus 2:13
“Verwachtende de zalige hoop
en de verschijning der heerlijkheid van onze grote God en Heiland,
Christus Jezus”.
De schrijver spreekt niet over twee verschillende Personen. Onze grote
God en Zaligmaker zijn één en dezelfde Persoon,
namelijk Jezus Christus.
Mattheus 14:35
“Die in het schip waren vielen
voor Hem neder en zeiden: Waarlijk, Gij zijt Gods Zoon”.
De Heere Jezus liet toe, dat mensen Hem als God aanbaden. Zie ook Matt.
28:9,17, Luk. 24:52, Joh. 20: 28,29.
Als Hij niet
God was, dan zou Hij door Zich te laten aanbidden, op gruwelijke wijze
de wet gebroken hebben. Op straffe des doods verbood de wet immers, om
andere goden te hebben en zich voor die te buigen (Ex. 20:3,4). Maar
het Nieuwe Testament leert duidelijk, dat de Heere Jezus moet worden
aanbeden
“Aan de geheiligden in
Christus Jezus, de geroepen heiligen met allen, die allerwegen de Vader
van onze Heere Jezus Christus aanroepen”. (1 Kor. 1-2)
“Opdat in de Naam van Jezus
zich alle knie zou buigen… en alle tong zou belijden: Jezus
Christus is Heere, tot eer van God de Vader!” (Fil. 2:1-11).
“En Hem (de Zoon) moeten alle engelen Gods
huldigen” (Hebr. 1:6).
“Hem, Die ons
liefheeft… Hem is de heerlijkheid en de kracht tot in alle
eeuwigheden! Amen” (Openb. 1:5,6,13-18).
Er zijn vele verzen, die tonen, dat dezelfde dingen waar zijn voor God
en voor de Heere Jezus. Bijvoorbeeld: Zijn alomtegenwoordigheid.
Johannes 1:18
“De eniggeboren Zoon, Die aan
de boezem des Vaders is”
De Heere Jezus was op aarde, toen Johannes deze woorden sprak, maar Hij
was tegelijkertijd ook aan de boezem van de Vader. Zie ook Matth. 18:20
en 28:20.
Wij zien de almacht van de Heere Jezus in Mattheus 8:26, waar Hij een
beval gaf aan de wind en de geloven, en er was een grote stilte.
Zie ook Matth. 26:18 en Fil. 3:21.
Verder zien we in de Evangeliën telkens weer, dat Christus
alwetend is. Hij wist wat de mensen dachten, zelfs als zij geen woord
spraken. In Lukas 5:22 bijvoorbeeld, wist Hij was de Farizeeën
dachten en in Mattheus 16:8 kende Hij de gedachten en overleggingen van
Zijn discipelen, Zie ook Joh. 11:13,14; 16:39; 21:12.
De eeuwigheid van de Heere Jezus wordt duidelijk geopenbaard in
Johannes 1:1, Hebreën 1:8-12 en Openbaringen 1:8.
Laten wij ook
denken aan de wonderen van de Heere Jezus
Hij
deed wonderen, die niemand anders ooit gedaan had (Joh. 15:24) en Hij
gaf ook anderen de macht om wonderen te doen (Matth. 10:8). Maar een
woord van voorzichtigheid is hier wel noodzakelijk. Wonderen zijn
slechts een bewijs van de werkzaamheid van een of andere
bovennatuurlijke kracht. Die kracht kan van God zijn, maar het ook van
de duivel zijn.
Er zijn twee redenen, waarom de wonderen van de Heere Jezus bewijzen,
dat Hij God is.
1.De schrijvers van de Oudtestamentische geschriften profeteerden, dat
de Messias deze wonderen zou doen en zij zeiden ook, dat de Messias God
zou zijn (Zie Jes. 9:6: “En men noemt Hem… Sterke
God”).
2.De aard van Zijn wonderen was zodanig, dat alleen God ze tot stand
kon brengen. Indien de duivel ze gedaan had, zou hij voortdurend zijn
eigen werken en doeleinden bestreden hebben.
De Heere Jezus
deed de volgende werken van God:
Scheppen
- Joh. 1:3,10, Kol. 1:16, Hebr. 1:2
Onderhouden van de schepping - Hebr. 1:3
Vergeven van
zonden
- Matth. 2:5-7
Opwekken van
doden
- Joh. 5:21, 6:40,54
Verrijzen uit de
dood
- Joh. 2:19,21, 10:18
Zalig
maken
- Verg. Jes. 43:11 met Matth. 1:21,
1 Tim. 1:15
Verzen, die betrekking hebben op God in het Oude Testament en op
Christus in het Nieuwe Testament
Er is nog een andere manier om te bewijzen dat Jezus God is. Sommige
verzen in het Oude Testament, die hebben op God, worden in het Nieuwe
Testament aangehaald en toegepast op Christus. In Jesaja 44:6
bijvoorbeeld, spreekt Jehova over Zichzelf als de Eerste en de Laatste.
In Openbaring 1:17 spreekt de Heere Jezus over Zichzelf op dezelfde
wijze. In Jesaja 6 zag de profeet de Heere (Jehova) gezeten op een
troon, hoog en verheven. Vers 3 zegt: “Heilig, heilig, heilig
is de Heere (Jehova) der heirscharen, de gehele aarde is vol van Zijn
heerlijkheid”. De apostel Johannes zegt ons, dat deze Persoon
de Heere Jezus is: “En dat Jesaja, omdat hij Zijn
heerlijkheid zag en van Hem (de Messias) sprak” (Joh. 12:41).
Vergelijk
ook:
Jesaja
8:13,14
met 1 Petrus 2:8, 3:14,15
Jesaja
40:3
met Mattheus 3:3
Jesaja
48:12
met Openbaring 22:13
Maleachi
3:1
met Markus 1:2
Jezus past in het Johannesevangelie één van de
Oudtestamentische namen van God, de IK BEN, vele malen op Zichzelf toe.
Zie Joh. 4:26, 6:20, 8:24,28,58, 13:19, 18:5-8.
Verzen die door tegenstanders worden gebruikt om te ontkennen dat
Christus God is
Tenslotte
willen wij enkele verzen onderzoeken, die door dwaalleraars gebruikt
worden om de godheid van Christus te loochenen
Johannes 5:19
“Jezus dan antwoordde en zeide
tot hen: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u: de Zoon kan niets doen van
Zichzelf, of Hij moet het de Vader zien doen; want wat Deze doet, doet
ook de Zoon evenzo”
Dit is één van hun favoriete verzen. Zij zeggen:
“Zie je wel, dat Christus ook zelf zegt dat Hij niets van
Zichzelf kan doen!”. Hij is gewoon een mens gelijk wij. Maar
is dat waar?
In de eerste plaats kunnen wij geen van allen naar waarheid zeggen, dat
wij niets van onszelf kunnen doen. Wij kunnen van God afdwalen, wij
kunnen Hem ongehoorzaam zijn, wij kunnen doen wat wij zelf willen en
wij kunnen Hem verloochenen. Maar dat kan de Heere Jezus niet. Hij was
in moreel opzicht zo volmaakt en zo overgegeven aan de wil van God, dat
Hij niets kon doen buiten de instructies om, die Hij ontving van Zijn
Vader. Dan gaat het vers verder om Zijn godheid te benadrukken, door te
zeggen: “… want wat Deze (de Vader) doet, doet de
Zoon evenzo”. Dit vers is dus één van
de sterkste bewijzen in de Bijbel dat de Heere Jezus volkomen
gelijkwaardig is aan God de Vader.
Johannes 5:30
“Ik kan van Mijzelf niets
doen; gelijk Ik hoor, oordeel Ik... Want Ik zoek niet Mijn wil, doch de
wil van Hem, Die Mij gezonden heeft”.
Dit is een anders vers, dat dikwijls gebruikt wordt door mensen, die
zeggen dat Christus niet God is. De Heere Jezus zegt hier voor de
tweede maal dat Hij niets van Zichzelf kan doen. Is dat een
bewijs dat Hij niet God is? Nee, het bewijst, dat Hij volmaakt is en
niet kan zondigen en niets kan doen, dat afwijkt wat de wil van de
Vader.
Johannes 14:28
“Gij hebt gehoord, dat Ik tot
u gezegd heb: Ik ga heen en kom tot u. Indien gij Mij liefhadt, zoudt
gij verblijd hebben, omdat Ik tot de Vader ga, want de Vader is meerder
dan Ik”.
De dwaalleraars werpen zich op dit vers als een onweerlegbaar bewijs
dat Jezus niet God is. Maar zij trekken dit vers uit zijn verband en
daardoor ontgaat hen de ware betekenis.
Toen de Heere Jezus deze woorden sprak was Hij op aarde en werd Hij
vervolgd door zondige mensen. De Vader daarentegen was in de hemel,
waar geen schepsel Hem kon bespugen of kruisigen. Indien de discipelen
de Heere Jezus liefhadden, zouden zij zich verblijd hebben, dat Hij
spoedig zou terugkeren naar de hemel, war mensen Hem nooit meer zouden
kunnen slaan. Zolang als de Heere Jezus op aarde was, was de Vader meer
dan Hij, d.w.z. meer in positie, maar niet meer in Zijn Persoon. Toen
de Heere Jezus terugkeerde tot de hemel, was de Vader niet langer
meerder dan Hij.
Johannes 10:32-36
“Jezus antwoordde hun: Ik heb
u vele goede werken doen zien vanwege Mijn Vader; Om welk van die
werken wilt gij mij stenigen? De Joden antwoordden Hem: Niet om een
goed werk willen wij U stenigen, maar om godslastering, en omdat Gij,
een Mens, Uzelf God maakt. Jezus antwoordde hun: Is er niet geschreven
in uw wet: Ik heb gezegd: gij zijt goden? Als Hij hen goden genoemd
heeft, tot wie het Woord Gods gekomen is, en de Schrift niet gebroken
kan worden, zegt gij dan tot Hem, Die de Vader geheiligd en in de
wereld gezonden heeft: Gij lastert, omdat Ik gezegd heb: Ik ben Gods
Zoon?”
De Heere Jezus wijst Zijn vijanden op Psalm 82:6, waar God de richteren
van Israël aansprak als goden of
‘machtigen’. De richteren waren slechts mensen en
het beste wat van ieder van hen gezegd kon worden was, dat het Woord
van God tot hen gekomen was. Toch noemde God hen
“goden”.
Veel meer kan gezegd worden van de Zoon. De Vader heeft Hem uitverkoren
en in de wereld gezonden. Dit betekent dat Hij bestond bij God de Vader
in de hemel eer Hij tot deze aarde kwam. Indien God de richteren
“goden” noemde, hoeveel te meer is de Heere Jezus
waardig om God genoemd te worden.
Kolossenzen 1:15
“Hij is het beeld van de
onzichtbare God, de Eerstgeborene van de ganse schepping”.
Dit woord “eerstgeborene” wordt op twee
verschillende manieren in de Bijbel gebruikt. Soms betekent het een
eerste in tijd, bijvoorbeeld Jezus was het eerstgeboren Kind van Maria
(Matth. 1:25). Het wordt ook gebruikt om iemand aan te duiden, die de
eerste in positie is. Dit blijkt uit wat God zei van David:
“Ik zal hem tot een eerstgeborene stellen, tot de hoogste van
de koningen der aarde” (Ps. 89:28). David was de
laatstgeboren zoon van Isaï, niet de eerstgeborene. Maar God
besloot om hem te maken tot Zijn eerstgeborene en onmiddellijk daarop
verklaart Hij, wat Hij bedoelt: “de hoogste van de koningen
der aarde”. In deze laatste betekenis is Jezus de
“Eerstgeborene van de ganse schepping”.
God heeft Hem een plaats gegeven boven de ganse schepping. Maar dat Hij
zelf niet een deel van die schepping is, blijkt duidelijk uit vers 16,
waar wij lezen dat “alle dingen door Hem en tot Hem geschapen
zijn”. Hij is de Architect, de Uitvoerder en het Doel van de
gehele schepping.
Openbaring 3:14
“Dit zegt de Amen, de getrouwe
en waarachtige Getuige, het Begin der Schepping Gods”.
Hier spreekt de Heere Jezus over Zichzelf als het Begin der schepping
Gods. Sommige leraars beweren, dat dit betekent dat Hij het eerste
geschapen Wezen was. Maar zij vergeten dat ‘begin’
ook kan betekenen, dat Hij de oorsprong is van alles, wat God geschapen
heeft. Hij begon met de schepping en riep de werelden tot aanzijn.
De conclusie
Bewijzen voor de godheid van Christus zijn overvloedig in de Schrift te
vinden. Zij, die dit trachten te ontkennen, bevinden zich in een zeer
lastige positie. Zij moeten met de vertalingen van verzen knoeien om ze
in te passen in wat zij willen leren. Zij moeten verzen uit hun verband
trekken om argumenten te vinden voor hun dwaalleringen. Zij staan voor
de verschrikkelijke keuze: óf de Bijbel is waar en Jezus is
God, óf de Bijbel is een bedrog en Jezus is een bedrieger en
godslasteraar.
Het Woord van God leert telkens en telkens weer, dat de Heere Jezus
Christus is, God geopenbaard in het vlees, en dat Hij als zodanig
gelijk is aan God de Vader en de Heilige Geest.
Wie
is Jezus nu eigenlijk?
We kennen Hem als God en als de vleesgeworden Zoon van God. Wij zijn
misschien meer geneigd om aan Jezus te denken zoals Hij hier op aarde
rondwandelde dan aan Jezus in zijn hemelse heerlijkheid. We gaan aan de
hand van bijbelteksten bestuderen hoe Hij in het Woord van God, de
bijbel, aan ons overkomt.
Wij mogen geloven in Jezus Christus, de eerstgeborene der ganse
schepping:
Col. 1:15-18: “Beeld van God, de onzichtbare, is hij,
eerstgeborene van heel de schepping: in hem is alles geschapen, alles
in de hemel en alles op aarde, het zichtbare en het onzichtbare,
vorsten en heersers, machten en krachten, alles is door hem en voor hem
geschapen. Hij bestaat vóór alles en alles
bestaat in hem. Hij is het hoofd van het lichaam, de kerk. Oorsprong is
hij, eerstgeborene van de doden, om in alles de eerste te
zijn...”
Eerstgeborene geeft verschillende dingen aan. In de eerste plaats geeft
het geen volgorde maar rangorde aan. Hij is niet Degene die het eerst
“geboren” is, maar Degene die op de eerste plaats
staat van degenen die geboren zijn. Het begrip geboren zijn slaat niet
op een geboorte als God, want God heeft altijd bestaan. En de Zoon van
God heeft ook altijd bestaan. Nee, dat geboren zijn slaat op Zijn
geboorte in het vlees, toen Hij door de Heilige Geest in Maria verwekt
werd. Toch hebben alle dingen hun ontstaan in Hem, zowel letterlijk in
de schepping als geestelijk in de wedergeboorte. Het tweede
eerstgeborene (uit de doden) duidt aan dat Hij de eerste was, die nadat
Hij door mensen gekruisigd en begraven was, uit de dood opstond.
Pre-existentie
(bestaan vóór de schepping van de wereld
De Zoon van God heeft ook altijd bestaan. Gen. 1:26: “God
zei: Laten wij mensen maken”. Zie ook Col. 1: “Hij
bestaat vóór alles....”
Joh. 1:1-3 “In
het begin was het woord, het Woord was bij God en het Woord was God.
Het was in het begin bij God. Alles is erdoor ontstaan en zonder dit is
niets ontstaan van wat bestaat”.
Wij geloven
in: ...eniggeboren zoon van de levende God
Joh. 1:14:
“Het Woord is mens geworden en heeft bij ons gewoond, vol van
goedheid en waarheid, en wij hebben zijn grootheid gezien, de grootheid
van de enige Zoon van de Vader”.
Joh. 3:16:
“God had de wereld zo lief, dat hij zijn enige Zoon heeft
gegeven, opdat iedereen die in hem gelooft niet verloren gaat, maar
eeuwig leven heeft”.
Wie is Jezus?
De eniggeboren Zoon van de levende God, onze Heer en Verlosser
Matt 16:16:
“Toen vroeg hij hun: “En wie ben ik volgens
jullie?” “U bent de messias, de Zoon van de levende
God,” antwoordde Simon Petrus.
Maagdelijke
geboorte
Matt. 1:20; 23:
“... De engel zei: “Jozef, zoon van David, wees
niet bang je vrouw Maria bij je te nemen, want het kind dat ze draagt
is verwekt door de Heilige Geest”. De maagd zal zwanger zijn
en een zoon baren...”
Luc. 1:35:
“Daarom zal het kind dat geboren wordt, heilig worden genoemd
en Zoon van God”.
Het was de wil van God, dat Zijn Zoon voor de verlossing van de wereld
het gehele menselijke bestaan doorlopen zou, om dit bestaan ook
helemaal als mens te beleven. De enige manier om dit te kunnen
verwezenlijken was dat Hij als een mensenkind geboren zou worden en
daardoor behalve Zoon van God (Joh. 1:34) ook de Mensenzoon (Joh. 1:52)
zou worden.
Als Hij alleen uit de mens geboren zou worden, dan had Hij nooit de
macht van de zonde kunnen verbreken. Er mocht dan ook geen man aan te
pas komen om een kind te verwekken, maar het zou door rechtstreeks
ingrijpen van God Zelf moeten gebeuren en tegelijk moeten inpassen in
de goede moraal van die tijd. Een geboorte buiten een huwelijksrelatie
zou ontucht hebben betekend. Jozef had er daarom wel moeite mee, toen
zijn vrouw Maria zwanger bleek te zijn. Daarom moest er een engel aan
te pas komen om hem te vertellen hoe de vork in de steel zat. Jezus is
dus wel in het vlees geboren, maar niet door het vlees verwekt.
Islamieten zitten met dit grote misverstand dat God een Zoon zou hebben
die langs vleselijke weg verwekt zou zijn. Jezus was Mensenzoon, Hij
was in alle dingen gelijk als wij, maar daarbij zondigde Hij niet.
Hebr. 7:26:
“Een hogepriester als hij hadden we ook nodig, iemand die
heilig, schuldeloos en zuiver is, van de zondaars afgescheiden en ver
boven de hemel verheven”.
1 Petr. 2:22, 23:
“die geen enkele zonde beging en over wiens lippen geen
leugen kwam. Hij werd gehoond en hoonde zelf niet, hij leed en dreigde
niet, hij liet het oordeel over aan hem die rechtvaardig
oordeelt”.
Lijden – kruisiging - sterven – begrafenis van
Jezus (Joh. 19:15,16 en 30)
Dit vinden we allemaal terug in de evangeliën. Veel mensen
geloven ook dat dit gebeurd is. Bach schreef de Matteus Passion, heel
beroemd en beluisterd door heel veel mensen. Alleen eindigt deze met de
begrafenis van Jezus.
Opstanding uit
de dood
Dit heeft men vanaf het begin willen ontkennen. De Joodse Raad bediende
zich van leugens Matt. 28:11-15, maar de bijbel voert overtuigende
bewijzen aan dat het graf Hem niet heeft kunnen houden:
1 Cor. 15:3-8:
“...dat hij is begraven en op de derde dag is opgewekt, zoals
in de Schriften staat, en dat hij is verschenen aan Kefas en vervolgens
aan de twaalf leerlingen. Daarna is hij verschenen aan meer dan
vijfhonderd broeders en zusters tegelijk, van wie er enkelen gestorven
zijn, maar de meesten nu nog leven. Vervolgens is hij aan Jakobus
verschenen en daarna aan alle apostelen. Pas op het laatst is hij ook
aan mij verschenen, aan het misbaksel dat ik was”.
Matt. 28:6:
“Hij is niet hier, hij is immers opgestaan, zoals hij gezegd
heeft. Kijk maar, dat is de plaats waar hij gelegen heeft”.
(Luc. 24:6)
Hand. 4:33:
“De apostelen bleven met grote kracht getuigen van de
opstanding van de Heer Jezus, en God begunstigde allen
rijkelijk”.
Zijn verhoging aan de rechterhand van God
In de hoofdstukken 14, 15 en 16 van het Johannes evangelie heeft de
Heer Jezus op verscheidene manieren aangekondigd dat Hij deze aarde
weer zou verlaten om terug te gaan tot de Vader.
Joh. 14:2-3:
“Wanneer ik een plaats voor jullie gereedgemaakt heb, kom ik
terug. Dan zal ik jullie met me meenemen, en dan zullen jullie zijn
waar ik ben”.
Marc. 16:19:
“Nadat hij dit tegen hen had gezegd, werd de Heer Jezus in de
hemel opgenomen en nam hij plaats aan de rechterhand van God”.
Hebr. 10:12:
“... terwijl hij, na zijn eenmalig offer voor de zonden,
voorgoed zijn plaats aan Gods rechterhand heeft ingenomen...”
Hebr. 1:3,4:
“In hem schittert Gods luister, hij is zijn evenbeeld, hij
draagt de schepping met zijn machtig woord; hij heeft, na de reiniging
van de zonden te hebben voltrokken, plaatsgenomen aan de rechterzijde
van Gods hemelse majesteit, ver verheven boven de engelen omdat hij een
eerbiedwaardiger naam heeft ontvangen dan zij”.
Bekleed met alle macht in hemel en op aarde
Na zijn opstanding bevestigde Jezus hersteld te zijn in zijn almacht:
Matt. 28:18:
“Jezus kwam op hen toe en zei: “Mij is alle macht
gegeven in de hemel en op de aarde”.
Het werk van
Jezus Christus
Gods wil doen - bekendmaken
Joh. 4:34:
“Maar Jezus zei: “Mijn voedsel is: de wil doen van
hem die mij gezonden heeft en zijn werk voltooien”.
Luc. 4:18-21:
“De Geest van de Heer rust op mij, want hij heeft mij
gezalfd. Om aan armen het goede nieuws te brengen heeft hij mij
gezonden, om aan gevangenen hun vrijlating bekend te maken en aan
blinden het herstel van hun zicht, om onderdrukten hun vrijheid te
geven, om een genadejaar van de Heer uit te roepen”. Hij
rolde de boekrol op, gaf hem terug aan de dienaar en ging weer zitten;
de ogen van alle aanwezigen in de synagoge waren op hem gericht. Hij
zei tegen hen: “Vandaag hebben jullie deze schrifttekst in
vervulling horen gaan”. (aanhaling uit Jesaja)
Hand. 10:38:
“…hoe God… Jezus uit Nazaret met de
heilige Geest heeft gezalfd en met kracht heeft bekleed. Hij trok als
weldoener door het land en genas iedereen die in de macht van de duivel
was, want God stond hem bij”.
Verzoening en
verlossing
Rom. 5:11:
“En meer nog, dat wij God prijzen danken we aan onze Heer
Jezus Christus, door wie we nu al met God zijn verzoend”.
1 Joh. 2:2:
“Hij is het die verzoening brengt voor onze zonden, en niet
alleen voor die van ons, maar voor de zonden van de hele
wereld”.
Hebr. 9:11, 12:
“Christus daarentegen is aangetreden als hogepriester van al
het goede dat ons is toebedacht: hij is door een indrukwekkender en
volmaakter tent – die niet door mensenhanden gemaakt is en
niet behoort tot onze schepping – voor eens en altijd het
hemelse heiligdom binnengegaan, en dan niet met bloed van bokken en
jonge stieren maar met zijn eigen bloed. Zo heeft hij een eeuwige
verlossing verworven”.
Hebr. 5:9:
“En toen hij naar de uiteindelijke volmaaktheid gevoerd was,
werd hij voor allen die hem gehoorzamen een bron van eeuwige
redding…”
Rechtvaardig
oordeel
Hand. 17:30, 31:
“God slaat echter geen acht op de tijd waarin men hem niet
kende, maar roept nu overal de mensen op om een nieuw leven te
beginnen, want hij heeft bepaald dat er een dag komt waarop hij een
rechtvaardig oordeel over de mensheid zal laten vellen door een man die
hij voor dat doel heeft aangewezen. Het bewijs dat het om deze man
gaat, heeft hij geleverd door hem uit de dood te doen
opstaan”.
2 Kor. 5:10:
“Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus
verschijnen, zodat ieder van ons krijgt wat hij verdient voor wat hij
in zijn leven heeft gedaan, of het nu goed is of slecht”.
Niets kan ons
van Hem scheiden (eeuwig leven)
Rom. 8:38, 39:
“Ik ben ervan overtuigd dat dood noch leven, engelen noch
machten noch krachten, heden noch toekomst, hoogte noch diepte, of wat
er ook maar in de schepping is, ons zal kunnen scheiden van de liefde
van God, die hij ons gegeven heeft in Christus Jezus, onze
Heer”.
Joh. 5:24: “Waarachtig, ik verzeker u: wie luistert naar wat
ik zeg en hem gelooft die mij gezonden heeft, heeft eeuwig leven; over
hem wordt geen oordeel uitgesproken, hij is van de dood overgegaan naar
het leven”.
Pleitbezorger
1 Joh. 2:1, 2:
“Kinderen, ik schrijf u dit opdat u niet zondigt. Mocht een
van u echter toch zondigen, dan hebben wij een pleitbezorger bij de
Vader: Jezus Christus, de rechtvaardige. Hij is het die verzoening
brengt voor onze zonden, en niet alleen voor die van ons, maar voor de
zonden van de hele wereld”.
Rom. 8:34:
“Wie zal hen veroordelen? Christus Jezus, die gestorven is,
meer nog, die is opgewekt en aan de rechterhand van God zit, pleit voor
ons”.
1 Tim. 2:5, 6:
“Er is maar één God, en maar
één bemiddelaar tussen God en mensen, de mens
Christus Jezus, die zichzelf gegeven heeft als losgeld voor allen, als
het getuigenis voor de vastgestelde tijd”.
Niet mijn wil
Jezus was op aarde in alles volkomen gericht op de wil van zijn Vader.
Het was zijn diepste verlangen om zijn Vader te gehoorzamen. Jezus zegt
nadrukkelijk in de bijbel dat de Vader Hem zond en dat Hij de wil van
de Vader doet en Vaders woorden spreekt en Vaders daden doet. We kunnen
ons er over verwonderen: Die Twee zijn echt Een! Als we de Zoon zien en
horen, horen en zien we zijn Vader. Jezus doet niet met tegenzin wat
zijn Vader wil. Hij spreekt er zelf over hoe heerlijk Hij het vindt om
Hem te gehoorzamen: “Mijn spijze is de wil te doen desgenen,
die Mij gezonden heeft, en zijn werk te volbrengen”. Joh.
4:34.
Je zou je kunnen afvragen: Als Jezus dan zo volkomen op de Vader is
geconcentreerd, moeten wij dat dan ook niet zijn? Waarom zouden wij ons
meer moeten concentreren op Jezus? Doet dat niet tekort aan de Vader?
Abba, Vader
Een van de belangrijkste dingen die Jezus op aarde deed, was bidden.
Hij moest voortdurend in contact staan met zijn Vader in de hemel.
Alleen door Hem kon Hij zijn werk op aarde aan. Alleen door de
voortdurende bemoediging van zijn Vader was Jezus in staat om te doen
waarvoor Hij gekomen was; mensen winnen voor het Koninkrijk van de
Vader. Daarvoor moest Hij zijn leven geven. Als Jezus bidt, spreekt Hij
God aan als zijn Vader. “Ik dank U, Vader, Heer des hemels en
der aarde….” Matt. 11:25. In het hogepriesterlijke
gebed zegt Hij “heilige Vader” en
“rechtvaardige Vader”. Daaruit spreekt ontzag. Er
is tussen Zoon en Vader een ontzaglijke vertrouwelijkheid. Jezus
spreekt God ook aan als “Abba”, wat papa betekent.
Dit doet Hij op een heel moeilijk moment, in de hof van Getsemane, vlak
voor Hij gevangen genomen wordt.
Als er in ons leven lijden is en wij ons leven als een donker dal
ervaren of een tunnel zonder licht aan het einde, dan mogen we in
Jezus’ naam heel eenvoudig zeggen: “Pappa, zorg
voor mij”. En Hij vindt het vast niet erg als we verder
gewoon zwijgen.
Pleitbezorger/middelaar
Er zijn gelovigen die zeggen: “omdat Jezus voor onze zonden
aan het kruis is gestorven, kunnen wij weer met God omgaan. Op Golgotha
is de weg naar het Vaderhuis weer open gegaan”. Hoe waar dat
ook is en hoezeer we God ook mogen prijzen omdat Hij door Jezus weer
onze God en onze Vader wil zijn, toch klopt dit niet helemaal. Want als
je het zo zegt, zoals hierboven verwoord, dan zeg je eigenlijk:
“Toen, op Golgotha, waar Jezus stierf, is de weg naar God
weer begaanbaar geworden, en daarom kunnen we nu weer rechtstreeks met
God omgaan”.
Maar dat kan niet! Wij kunnen niet rechtstreeks met God omgaan. Jezus
zegt het zo: “Niemand komt tot de Vader dan door
Mij”. Joh 14:6. Dat “door Mij” moet je je
eens heel concreet proberen voor te stellen. Bijvoorbeeld zo: als je
een huis wilt binnengaan, en dat huis heeft maar
één deur, dan is die deur de enige toegang tot
dat huis. Niemand komt het huis binnen dan door die ene deur... Nu is
het mooi dat Jezus zichzelf ook een keer “de deur”
noemt: “Ik ben de deur; als iemand door Mij binnenkomt, zal
hij behouden worden” Joh. 10:9.
Dus als wij tot de Vader willen komen, moeten we altijd door de Zoon
heengaan! Er is geen andere manier. Dat dat mogelijk is, komt door die
eenmalige gebeurtenis op Golgotha, waar Jezus Christus stierf voor onze
zonden. Hij kwam, als Middelaar, tussen ons en de Vader in staan om de
gebroken omgang weer heel te maken.
Soms hebben twee partijen een conflict (b.v. een arbeidsconflict). Dan
wordt er vaak een mediator te hulp geroepen. Deze mediator bemiddelt
dan tijdelijk tussen de twee partijen, met de bedoeling dat ze zich
verzoenen. En als dat eenmaal gebeurd is, is zijn rol uitgespeeld: hij
vertrekt. Weg mediator. Met Jezus is dat niet zo. Hij is niet voor een
korte periode de Middelaar geweest tussen de Vader en ons, om
vervolgens tussen God en ons weg te stappen. Jezus is en blijft zolang
we leven onze Middelaar. Er is altijd maar één
manier om de Vader te leren kennen en met Hem om te gaan: door Jezus.
Zo heeft de Vader het gewild en zo wil Hij het nog altijd. Het is niet
allereerst zo dat we dankzij het volbrachte werk van Christus tot de
Vader kunnen komen, maar we komen tot Hem door de Persoon van Christus.
Zeker, Hij heeft de gerechtigheid voor ons verworven toen Hij aan het
kruis stierf voor onze zonden. Dat was zijn unieke werk. Maar het gaat
nu speciaal hierom: Christus is in eigen Persoon onze Gerechtigheid (1
Cor. 1:30). We moeten niet telkens via Golgotha naar God toe, maar via
Christus, die op Golgotha onze Gerechtigheid is geworden.
Joh. 14:6:
“Jezus zeide tot hem: Ik ben de Weg, de Waarheid en het
Leven; niemand komt tot de Vader dan door Mij”.
God's Het
Reddingsplan : Jezus Christus
Na de zondeval is de relatie van de mens met God verstoord.
Rom. 3:23-26:
“Iedereen heeft gezondigd en ontbeert de nabijheid van God;
en iedereen wordt uit genade, die niets kost, door God als een
rechtvaardige aangenomen omdat hij ons door Christus Jezus heeft
verlost. Hij is door God aangewezen om door zijn dood het middel tot
verzoening te zijn voor wie gelooft”.
Zonder verlossing/verzoening is er een uitzichtloos vonnis voor alle
mensen van de hele wereld. De weg naar de hemel is voor iedereen
afgesloten omdat de wereld zo volkomen in de zonde ligt. Zonder
bijzondere ingreep is redding uitgesloten. Gelukkig is die ingreep er
wel - van Gods kant. Gods genade is zo oneindig groot dat Hijzelf een
middel aanbiedt om te ontkomen aan het verderf. Er is verzoening nodig
om de omgang met God mogelijk te maken. De enige mogelijkheid voor de
mens om tot volkomen verlossing te komen ligt in het vergoten bloed van
Jezus Christus, de Zoon van God.
2 Cor. 5:18-20:
“Dit alles is het werk van God. Hij heeft ons door Christus
met zich verzoend en ons de verkondiging daarover toevertrouwd. Het is
God die door Christus de wereld met zich heeft verzoend: hij heeft de
wereld haar overtredingen niet aangerekend. En ons heeft hij de
verkondiging van de verzoening toevertrouwd. Wij zijn gezanten van
Christus, God doet door ons zijn oproep. Namens Christus vragen wij:
laat u met God verzoenen”.
Het woord zoenmiddel (hilasterion) dat in Rom. 3:25 is gebruikt, is in
de grondtekst precies hetzelfde woord als voor het verzoendeksel dat
onder het Oude Verbond zo’n grote rol speelde in de eredienst
van het joodse volk. Het gouden verzoendeksel met aan
één stuk daarop de twee engelenfiguren van zuiver
goud, lag op de ark van het verbond die in het Heilige der Heiligen in
de Tabernakel en in de tempel in Jeruzalem. In Lev. 16 lezen we hoe de
hogepriester één keer per jaar op de Grote
Verzoendag het heiligdom binnenging en door het voorhangsel in het
Heilige der Heiligen kwam. Hij mocht daar niet binnenkomen zonder bloed
van een offerdier, want: Hebr. 9:22: “...als er geen bloed
wordt uitgegoten, vindt er geen vergeving plaats”. Dit bloed
stelde in feite het bloed voor van het ware Offerlam, Jezus Christus.
De hogepriester kwam in het Heilige der Heiligen voor het aangezicht
van God en sprenkelde van dat bloed op het gouden verzoendeksel dat de
twee stenen tafelen met de tien geboden bedekte. Dat was de
“Wet” die alle mensen aanklaagde en met de dood
bedreigde die tegen haar zondigden. Op grond van het vergoten bloed was
er verzoening mogelijk over de zonden. Volmaakt was dat niet, want het
moest telkens opnieuw gebeuren.
1 Joh. 1:7 “...
en reinigt het bloed van Jezus, zijn Zoon, ons van alle
zonde”.
Jezus bracht
het volmaakte offer
Heb. 9:24-26:
“Christus is immers niet binnengegaan in een heiligdom dat
door mensenhanden is gemaakt, in de voorafbeelding van het hemelse
heiligdom, maar in de hemel zelf, waar hij nu bij God voor ons pleit.
Hij brengt daar niet telkens opnieuw het offer van zijn leven; hij is
dus niet te vergelijken met de hogepriester die elk jaar het heiligdom
binnengaat, en dat met bloed dat niet het zijne is, want dan zou hij
sinds de grondvesting van de wereld telkens opnieuw hebben moeten
lijden. Nee, hij heeft zich bij de voltooiing van de tijden eenmaal
geopenbaard, om met zijn offer de zonde teniet te doen”.
Col. 2:13-14:
“U was dood door uw zonden en door uw onbesneden staat, maar
God heeft u samen met Christus levend gemaakt toen hij ons al onze
zonden kwijtschold. Hij heeft het document met voorschriften waarin wij
werden aangeklaagd, uitgewist en het vernietigd door het aan het kruis
te nagelen”.
De bijbel
geeft ons geen andere weg om verzoend te worden met God
Joh. 14:6 “Jezus
zei: Ik ben de weg, de waarheid en het leven. Niemand kan bij de Vader
komen dan door mij”.
Voorwaarden
voor de redding
De redding wordt ontvangen door berouwvolle bekering tot God, tot
vergeving van zonden en persoonlijk geloof in de Heer Jezus Christus.
Door het bad van de wedergeboorte en vernieuwing door de Heilige Geest,
gerechtvaardigd door genade, door het geloof, wordt de mens erfgenaam
van God, overeenkomstig de hoop van het eeuwige leven.
De weg naar God begint bij een heel bewust en zorgvuldig genomen
besluit om zich te bekeren van zijn zondige wegen en voortaan volgens
de wil van God te gaan leven. ‘Bekeren’ wil
eigenlijk zeggen: ‘een verandering van gedachte, berouw,
inkeer’. Je kunt het ook beschouwen als
‘ommekeer’: het zich afwenden van de wereldse weg
en het zich keren naar Gods weg. Johannes de Doper wees al op de
noodzaak van bekering. Hij predikte de doop der bekering tot vergeving
van zonden.
Luc. 3:3:
“Daar ging Johannes in de omgeving van de Jordaan verkondigen
dat de mensen zich moesten laten dopen en tot inkeer moesten komen, om
zo vergeving van zonden te verkrijgen,...”.
Matt. 3:2:
“Kom tot inkeer, want het koninkrijk van de hemel is
nabij!”
De apostelen predikten dezelfde boodschap na de uitstorting van de
heilige Geest op de eerste Pinksterdag:. Hand. 2:38: “Petrus
antwoordde: “Keer u af van uw huidige leven en laat u dopen
onder aanroeping van Jezus Christus om vergeving te krijgen voor uw
zonden. Dan zal de heilige Geest u geschonken worden,...”.
Alleen het voornemen om te breken met de zonde is op zichzelf genomen
niet voldoende om het eeuwige leven te beërven. Er is een
gezegde: het pad naar de hel is geplaveid met goede voornemens. Het
besluit moet worden genomen op grond van een persoonlijk geloof in de
Heer Jezus Christus:
Joh. 1:12:
“Wie hem wel ontvingen en in zijn naam geloven, heeft hij het
voorrecht gegeven om kinderen van God te worden”. (NBG:
“Doch allen, die Hem aangenomen hebben, hun heeft Hij macht
gegeven om kinderen Gods te worden”.)
Het aannemen van Jezus is een innerlijke aangelegenheid, al
kan het publiek gebeuren. De uitdrukking: ‘je hart aan de
Heer geven’ is een bijbelse uitdrukking:
Spr. 23:26b:
“Mijn zoon, geef mij uw hart”. (NBG) –
vertrouwen (NBV)
Matt. 22:37:
“Heb de Heer, uw God, lief met heel uw hart en met heel uw
ziel en met heel uw verstand”.
Het gevolg van het geven van je hart aan de Heer of het aannemen van
Jezus is: wedergeboorte – de macht krijgen een kind van God
te worden. Er wordt nieuw leven geboren – een nieuwe
schepping – die tot leven komt en gevoed moet worden.
Joh. 3:3:
“Jezus zei: “Waarachtig, ik verzeker u: alleen wie
opnieuw wordt geboren, kan het koninkrijk van God zien”. De
wedergeboorte is een werk van de heilige Geest.
Joh. 3:5: Jezus
antwoordde: “Waarachtig, ik verzeker u: niemand kan het
koninkrijk van God binnengaan, tenzij hij geboren wordt uit water en
geest”.
Juist omdat men er zelf helemaal niets aan kan doen dan erin geloven is
het pure genade, dat de Heer ons opnieuw geboren laat worden. Het is
daarom heel belangrijk goed voor dat jonge geestelijke leven te zorgen
zodat het kan groeien tot een volwassen Christen en we het eeuwige
leven mogen erven.
De bewijzen
van de redding
Het innerlijke bewijs van de redding is het directe getuigenis van de
Geest.
Het uiterlijke bewijs, zichtbaar voor de mensen, is een leven van
gerechtigheid en ware heiligheid.
Rom. 8:16: “De Geest zelf verzekert onze geest dat wij Gods kinderen zijn”.
Ef. 4:22-24: “Door Jezus wordt duidelijk dat u uw vroegere levenswandel moet opgeven en de oude mens, die te gronde gaat aan bedrieglijke begeerten, moet afleggen, dat uw geest en uw denken voortdurend vernieuwd moeten worden en dat u de nieuwe mens moet aantrekken., die naar Gods wil geschapen is in waarachtige rechtvaardigheid en heiligheid”.
Nog enkele Bijbelteksten
Joh. 19:30: “Nadat
Jezus ervan gedronken had zei hij: “Het is
volbracht”. Hij boog zijn hoofd en gaf de geest”.
Col. 1:13, 14:
“Hij heeft ons gered uit de macht van de duisternis en ons
overgebracht naar het rijk van zijn geliefde Zoon, die ons de
verlossing heeft gebracht, de vergeving van onze zonden”.
Joh. 3:36: “Wie
in de Zoon gelooft heeft eeuwig leven, wie de Zoon niet wil gehoorzamen
zal dat leven niet kennen: integendeel, Gods toorn blijft om hem
rusten”.
Jes. 53:5:
“Om onze zonden werd hij doorboord, om onze wandaden
gebroken. Voor ons welzijn werd hij getuchtigd, zijn striemen brachten
ons genezing”.
Ef. 2:14-22:
“Want Hij is onze vrede...”
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)