Inleiding
God was in het begin voordat de tijd begon. Jezus Christus was in het begin bij God. Hij is gelijk aan God. Samen schiepen zij de hemelen en de aarde. Maar Jezus werd een man zoals wij en Hij leefde op aarde. Hij stierf zelfs als een man. Waarom deed Hij dit? Kijk naar de foto's van deze les en ik zal het je vertellen.

TIP: Gebruik desnoods voor vertaling van de

Google Vertaalmachine

1. Kijk nu naar afbeelding 58 Marcus 9:1-8; Matteüs 17:1-8

Jezus woonde ongeveer tweeduizend jaar geleden in het land Israël. Hij leerde de mensen over God en Hij verrichtte vele wonderen. Jezus koos twaalf mannen om Zijn speciale volgelingen te zijn. Ze wisten dat Jezus van God was gekomen. Ze dachten dat Hij hun koning zou worden. Maar Jezus zei tegen Zijn volgelingen dat Hij moest lijden en sterven. Ze konden het niet geloven. Op een dag nam Jezus drie van deze mannen mee naar een hoge berg. Daar zagen ze iets geweldigs. Kijk naar de foto. Jezus was veranderd. Zijn gezicht scheen als de zon en Zijn kleren werden zo wit als licht. Twee mannen verschenen met Hem. Het waren profeten die vele honderden jaren eerder op aarde hadden geleefd. Ze spraken met Jezus. Ze spraken over de manier waarop Hij zou sterven in Jeruzalem. Toen verdwenen de twee profeten.

2. Kijk nu naar beeld 90 Marcus 12:1-12

De religieuze leiders van Israël aanbaden God. Ze dachten dat ze alles over God wisten, maar ze geloofden niet dat Jezus van God was gekomen. Zij verwierpen Hem.
Jezus vertelde hen een verhaal over een man die een wijngaard plantte.
Hij verhuurde de wijngaard aan enkele boeren en ging weg. Tijdens de oogst stuurde de eigenaar een bediende om een deel van het fruit te verzamelen, maar de huurders sloegen de bediende en stuurden hem weg. De eigenaar van de wijngaard stuurde veel bedienden, maar de huurders sloegen ze allemaal en gaven ze niets. Uiteindelijk zond de landeigenaar zijn enige zoon en zei: "Zij zullen mijn zoon respecteren." Maar de pachters zeiden: "Laten we hem doden, en de wijngaard zal van ons zijn."
Jezus zei tegen de religieuze leiders: "Wat zal de eigenaar
doen? Hij zal komen en die huurders doden, en de wijngaard aan anderen geven." De leiders waren boos. Ze wisten dat Jezus dit verhaal tegen hen vertelde. In het verleden hadden de leiders van Israël veel van Gods profeten gedood. Nu wilden ze jezus ook doden.

3. Kijk naar afbeelding 97 Marcus 14:1-9; Johannes 12:1-8

Jezus wist dat Hij moest sterven. Een paar dagen voor Zijn dood at Jezus met enkele van Zijn vrienden. Er kwam een vrouw het huis binnen. Ze had een pot met dure parfums. Ze brak de pot en goot het parfum op Jezus' hoofd. Sommige mensen waren boos op de vrouw. Een judas Iskariot zei: "Waarom verkocht ze dit parfum niet en gaf ze het geld niet aan de armen?" Maar Jezus zei: "Laat haar met rust. Ze heeft me iets moois aangedaan. Ze goot parfum op mijn lichaam om me voor te bereiden op mijn begrafenis.

4. Now look at picture 98 Mark 14:10-11
Judas Iscariot was angry. He went to the religious leaders. He said he would help them so that they could arrest Jesus. They were delighted and gave him 30 pieces of silver. So Judas looked for an opportunity to hand Jesus over to His enemies. However, Jesus knew what Judas was doing.

5. Look at picture 100 Mark 14:22-25
In this picture you can see Jesus and His followers. They are celebrating the feast called 'The Passover'. Every year the people of Israel remembered the time when they were slaves in Egypt. God promised to deliver them. He told the Israelites to kill some lambs and to mark their houses with the blood. Then God passed through that land. He killed many of the Egyptians but He passed over the houses of the Israelite slaves. The Israelites were saved by the blood of the lambs. After this the Egyptians let the slaves go free. So every year the Israelites killed a lamb at Passover and they remembered how God had delivered them.
Jesus knew that He was going to die. At the feast He took some bread and He said, "This is my body which is given for you. Eat this as a way of remembering Me." Then he took a cup of wine and He said, "Drink this. This is My blood which is poured out for many people." Jesus was like that Passover lamb. He was sacrificed to save all people from sin and death. He is called 'The Lamb of God who takes way the sin of the world.' We should always remember this because He died to save us.

6. Look at picture 102 Mark 14:32-42
After the feast, Jesus took some of His followers to a garden called Gethsemane. It was late at night. Jesus told three of his friends to keep watch. In the picture you can see Jesus praying. He was in great distress. Jesus did not want to suffer and die. He said to God, "Take this cup of suffering from me, yet do what you want, not what I want." But while Jesus prayed, His disciples fell asleep.

7. Picture 103 Mark 14:43-50
Judas Iscariot knew where Jesus had gone. He followed Him to Gethsemane. He took a crowd of men from the religious leaders. They were armed with clubs and swords. Judas told the men, "I will kiss one man. He is the one you want; arrest Him." Then Judas greeted Jesus and kissed Him. So the men seized Jesus and arrested him. His followers were terrified. They all left Jesus and fled.

8. Now look at picture 104 Mark 14:53-65
The men bound Jesus. They took Him away to the house of the chief priests. The priests and the leaders questioned Him. They found people to falsely accuse Him. They said that He had done many wrong things, but their statements did not agree. Then the high priest said, "Are you the Christ, the Son of God?" And Jesus said, "I am." The high priest said, "Why do we need any more witnesses? You heard him dishonour God." So they all agreed that Jesus must die.

9. Look at picture 106 Mark 15:1-15
The religious leaders had no power to kill Jesus, so they sent Him to the governor. His name was Pilate. He had the power to sentence men to death. Pilate questioned Jesus. Then Pilate said, "I cannot find any reason to kill Him." However, he let the soldiers beat Jesus. They made a crown out of thorns and put it on His head. They called Him, "The King of the Jews." They laughed at Him and insulted Him. Pilate wanted to let Jesus go, but the religious leaders stirred up the people. They all cried out, "Kill Him! Kill Him! Nail Him to a cross!" Pilate was afraid. He thought there might be a riot, so he did what the leaders wanted. He sentenced Jesus to death.

10. Look at picture 107 John 19:16-17; Luke 23:26-33
The soldiers took Jesus away to kill him. They made Him carry a big wooden cross. The women cried and wailed for Jesus as He passed by. You can see them in the picture. They came to a place outside the city. It was called Golgotha, which means "The place of the skull."

11. Now look at picture 108 Mark 15:25-39; Luke 23:42-43
The soldiers took Jesus' clothes. They nailed Him to the cross and hung Him up to die. Jesus was in terrible agony. He prayed to God and said, "Father, forgive these people, for they do not know what they are doing." Two criminals were nailed to crosses beside Him. People who passed by abused Jesus. One of the criminals abused Him too.

But the other one said to him, "Don't you fear God? We got the punishment we deserved, but this man has done nothing wrong." Then he said to Jesus, "Remember me when you come into your kingdom!" And Jesus replied, "I promise you that today you will be with Me in paradise."

A great darkness came over the land. After six hours on the cross, Jesus cried out, "It is finished!" He gave up His spirit and died. The soldier in charge saw what happened. He was amazed and said, "This man really was the Son of God!"

Conclusie
Waarom stierf Jezus? Waarom heeft God de mensen te laten vermoorden zijn zoon? Vrienden, Jezus, de Zoon van God voor ons gestorven is.

We hebben allemaal gezondigd en ontevreden God. De betaling voor onze zonde is de dood. Zonde scheidt ons van God voor eeuwig. Maar God houdt van alle mensen. Hij wil niet iemand verloren van Hem. Dus stuurde Hij Zijn Zoon om onze straf voor de zonde te nemen. God zond Jezus om te sterven in onze plaats.

Nu kan God uw zonden vergeven zonde en mijn zonde ook. Alle mensen die in Hem gelooft niet verloren gaat, maar zal stijgen van dood naar eeuwig leven met Hem. Dit is de reden waarom Jezus Christus naar de aarde kwam en dit is waarom Hij aan het kruis stierf.

(Als je een Bijbel, vindt u deze dingen in Rom. 3:23; rom. 6:23; 2 Petr. 3:9; Rom. 8:32; Matt. 26:28; Matt. 20:28; Johannes 3:16; en 1 Thess. 4: 16,17.)