Inleiding
Nadat je Jezus hebt geaccepteerd als je Redder, moet je leren groeien in je christelijke leven. Jezus leerde ons veel dingen die deel zouden moeten uitmaken van ons christelijk leven Vind de afbeeldingen 33, 36, 69, 34, 35, 67, 84, 92, 117.

TIP: Gebruik desnoods voor vertaling van de

Google Vertaalmachine

Kijk naar foto 33. Matteüs 5:1-12

Jezus gaf een lang gesprek en leerde de mensen veel dingen. (Of - Jezus leerde de mensen veel dingen.) Hij zat op een berg, dus de leringen worden 'De bergrede' genoemd. In deze preek geeft Hij ons het patroon voor het christelijke leven. We zullen alleen het eerste deel van Zijn boodschap aannemen. Hij begint met ons te vertellen wie de gezegende en gelukkige mensen in deze wereld zijn. Sommige dingen waarvan we denken dat ze verdriet brengen, zijn echt voor onze zegen en geluk. Jezus zei: "Gezegend zijn zij die weten dat zij geestelijk arm zijn, want voor hen is het koninkrijk des hemels." Sommige mensen zijn trots en realiseren zich niet hoe arm ze echt zijn in hun spirituele leven. Zij die weten dat ze niet alle geboden kunnen onderhouden, komen tot Jezus in berouw. Ze vragen om vergeving en Zijn hulp. Door Hem zullen zij het koninkrijk des hemels erven. (2e, Jezus zei,)"Gezegend zijn zij die rouwen om hen zullen getroost worden". Dit is een troost die van God komt en niet kan worden weggenomen. (3.) "Gezegend zijn de zachtmoedigen, want zij zullen de aarde erven." We moeten voor God staan en beseffen dat Hij de Heer van allen is. (4.) "Gezegend zijn zij die hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen vervuld worden." (5.) "Gezegend zijn de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid verkrijgen." (6.) "Gezegend zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien". (7.) "Gezegend zijn de vredestichters, want zij zullen zonen van God genoemd worden." (8.) "Gezegend zijn zij die vervolgd worden wegens gerechtigheid, want zij zijn het koninkrijk des hemels". (9.) Gezegend zijt u wanneer mensen u beledigen, u vervolgen en door mij ten onrechte kwaad tegen u zeggen. Wees blij, want je beloning in de hemel zal geweldig zijn." In onszelf verheugen we ons niet als al deze dingen ons overkomen, maar God heeft ons vreugde in Zichzelf beloofd.

Kijk naar foto 36. Matteüs 6:5-15

Hier leert Jezus een les over gebed. Eerst zegt hij: "Wees niet als hypocrieten. Ze bidden op de hoeken van de straat zodat mensen ze zullen zien. Ze bidden niet echt tot God, maar alleen voor mensen om hen te prijzen. In plaats daarvan, ga naar je kamer en bid in het geheim. Herhaal en herhaal niet zoals de heidenen doen, want zij denken dat zij gehoord zullen worden vanwege hun vele woorden. Je Vader in de hemel weet wat je nodig hebt voordat je het Hem vraagt.' Dan geeft Jezus ons een patroongebed dat we moeten volgen. (Neem indien nodig het Onze Vader op.) Sommige mensen onthouden dat gebed en zeggen het keer op keer zonder na te denken over wat het betekent. Een deel van dat gebed is God vragen om onze zonden te vergeven op dezelfde manier als wij anderen vergeven. Denk daar eens over na. Als we anderen niet vergeven, zal God ons ook niet vergeven.

Kijk naar foto 69. Lukas 11:5-13

Jezus zet Zijn onderricht over gebed voort. Hij geeft een voorbeeld van een man die om middernacht naar zijn vriend gaat. Hij vraagt om drie broden om een reiziger te voeden die naar zijn huis kwam. De man in het huis zegt: "Val me niet lastig. Ik lig in bed. Maar de eerste man vraagt het moedig opnieuw. Jezus zei, dat de vriend eindelijk op zou staan en hem brood zou geven omdat hij bleef vragen. Jezus moedigt ons aan om het ook te blijven vragen. Hij zei: "Vraag en het zal aan jullie gegeven worden, zoek en jullie zullen vinden: Blijf kloppen en de deur zal voor jullie geopend worden. Je Vader in de hemel zal je goede geschenken geven.'

Look at picture 34. Matthew 5:14-16
Jesus said, "You are the light of the world. Let your light shine before men. Do not hide it. When people see your light they will praise God." In the picture we see one man trying to hide his light under a basket. What use is that light? The other man is holding his light up high for all to see. The true light is Jesus. When we do good works in Jesus' name we are letting the light of Jesus shine through us. Then people will praise Him. Many people will not listen to what we say, but they will see what we do. Our lives often show God's love more than our words do. We are not doing good works so that popel will praise us, but that God will be praised.

Look at picture 67. Luke 10:25-37
A man came to Jesus and asked Him, "What must I do to gain eternal life?" Jesus asked him what was written in the law. The man answered, "Love the Lord with all your soul, strength and mind. Love your neighbour as yourself." Jesus said, "You have answered correctly. The man asked, "Who is my neighbour?" Jesus tells a story that is an example of how God's love reaches out to everyone. A man was going from Jersusalem to Jericho. Thieves robbed him and beat him very badly. A priest saw him but passed by on the other side without helping him. A Levite (a priest's helper) also saw him but did nothing to help him. Then a Samaritan came. Samaritans are enemies of the Jews. This Samaritan felt sorry for the man and helped him. He took him to an inn and paid for someone to take care of him. Jesus asked, "Who was neighbour to the man who was wounded by thieves?" He answered, "The one who had mercy on him." Jesus told him, "Go and do the same." Our neighbour is anyone who needs help, no matter what tribe he is from. We should be ready to help anyone in need. This is possible when we know Jesus as our Saviour. It is His love showing through us.

Look at picture 92. Mark 12:41-44
Jesus watched the crowd putting their offering money into the temple treasure chest. The rich people put in much money. A poor widow woman put in two small coins. Jesus said to His disciples, "This poor widow put in more than all the others. They gave out of their wealth. She gave everything she had." God wants us to give money for His work. He looks, not on the amount we give, but on our hearts. If we love Him and give all we can, that is more in His eyes than thousands of dollars people may give to be seen of men.

Look at picture 84. Mark 10:17-27
A rich ruler came and asked Jesus, "What must I do to inherit eternal life?" He said he kept all the commandments. Jesus said, "Sell all you have. Come and follow me." The man went sadly away. His goods were more important to him than following Jesus. We should put Jesus first in our lives.

Look at picture 117. Matthew 28:16-20
Jesus was crucified, died and was buried. On the third day He rose again. He appeared to His disciples and many other people. After 40 days He went with His disciples to a mountain. He gave them his last command. He said, "I have all authority. Go and make disciples of all nations. Baptize them in the name of the Father, Son and Holy Spirit. Teach them to obey everything I have commanded you." He also gave them a promise. He said, "I will be with you always." That command is for all of us as believers. We should witness to others and teach them Christ's commandments. We have His promise; He will be with us. If His last command was to go and tell others, we can see how important that command is. Are you witnessing and teaching? Remember, he gives you the power to do as He says. In these lessons we have seen how Jesus taught us different ways in which we can grow as Christians. He talks about praying, forgiving, loving our enemies, being a light in the darkness before men, not taking revenge, returning good for evil, loving and helping others, giving for God's wok, and witnessing to others. We cannot do these things in our own strength. We must put Jesus first in our lives and let the Holy Spirit work through us to God's glory.