HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS

                                                    
                     

Bijbelse begrippen en namen - J - met uitleg en tekstverwijzing 


Lees de Bijbel De Bijbel is niet een boek om zomaar even van kaft tot kaft te lezen. Het kan lastig zijn om je weg door de Bijbel te vinden, als je niet weet wat zich wanneer heeft afgespeeld. Deze site kan je helpen om de Bijbel beter te leren kennen. Ontdek de bron van vrede, het Woord van God.

A  B  C  D  E  F  G  H  I  J  K L  M 
N  O  P  
Q  R  S  T  U  V  W  X  Y  Z

Jaakan, noodzakelijkheid. 1Kr.1:42
 Jaakkoba, hielenlichtster, verdringster. 1Kr.4:36
 Jaala, wijfje van een kameel. Ezr.2:56
 Jaar, het woud. Ps.132:6
 Jaare-Oregim, tapijt of behangsel van de wevers. 2Sa.21:19
 Jaaresja, hij zal gevoed worden door Jehova. 1Kr.8:27
 Jaasai, gemaakt door Jehova. Ezr.10:37
 Jaasiel, gemaakt door Jehova. 1Kr.27:21
 Jaazanja, hij zal door Jehova gehoord (verhoord) worden.
 Jaazia, hij wordt door Jehova getroost.
 Jaaziel, hij wordt door God getroost.
 Jabal, leidende of vloeiende [schaapherder, of rivier]. Gen.4:20
 Jabbok, ledigend, uitdrogend.
 Jabes, droog, dor.
 Jabez, hij zal smart veroorzaken (aan zijn moeder bij zijn geboorte)
 Jabin, hij zal verstaan [verstandig zijn].
 Jabne, hij zal gebouwd worden [voorspoedig zijn]. 2Kr.26:6
 Jabneel, door God gebouwd.
 Jachan, hij zal aanzetten, aanporren. 1Kr.5:13
 Jachin, hij zal bevestigen.
 Jachmai, hij zal door Jehova bewaard, behoed worden. 1Kr.7:2
 Jada, hij weet.
 Jaddai, beminde van Jehova. Ezr.10:43
 Jaddua, beroemd, bekend (bij God).
 Jadon, dien God zal oordelen. Neh.3:7
 Jael, wijfje van een kameel.
 Jaela, wijfje van een kameel. Neh.7:58
 Jaelam, hij zal verborgen zijn, of hij zal verbergen.
 Jaenai, Jehova hoort (verhoort). 1Kr.5:12
 Jaera, Jehova zal (hem) versieren.
 Jaezer, dien Jehova helpt.
 Jafeth, uitbreiding; of schoon, aantrekkelijk.
 Jafia, beroemd.
 Jaflet, dien Jehova zal bevrijden.
 Jafleti, zal door Jehova bevrijd worden. Joz.16:3
 Jafo, schoon, schoonheid.
 Jagur, woonplaats. Joz.15:21
 Jahath, hij zal wegwerpen, of hij zal gebroken worden.
 Jahaz, een ronde, onderdrukte plaats.
 Jahaziel, hij zal van God gezien worden.
 Jahdiel, hij zal door God verblijd worden. 1Kr.5:24
 Jahdo, zijn vereniging. 1Kr.5:14
 Jahja, een ronde, onderdrukte plaat.
 Jahleel, hope Gods.
 Jahzeel, God bedeelt, verdeelt.
 Jahzera, hij zal moeten terugkeren. 1Kr.9:12
 Jahziel, hij zal door God bedeeld worden. 1Kr.7:13
 Jair, hij zal verlichten, of licht verspreiden, (Havvoth-Jaar) of hij zal borduren (J ar‚-Oregim).
 Jairus, hij zal verlichten, of licht verspreiden, (Havvoth-Jaar) of hij zal borduren (J ar‚-Oregim).
 Jake, vroom, godvrezend. Sp.30:1
 Jakim, Hij (God) zal hem oprichten, verheffen.
 Jakob, hij zal verdringen, hielvasthouder, voetlichter, een die verdringt.
 Jakobus, hij zal verdringen, hielvasthouder, voetlichter, een die verdringt.
 Jalon, woning, verblijf. 1Kr.4:17
 Jambres, tegenstander van de Waarheid. 2Ti.3:8 zie Ex.7:11
 Jamin, rechterhand.
 Jamlech, hij zal aan de regering gebracht worden. 1Kr.4:34
 Janna, betekenis onbekend Luk.3:24
 Jannes, tegenstander van de Waarheid. 2Ti.3:8 zie Ex. 7:11
 Janoah, in rust zijn.
 Janum, slaap. Joz.15:53
 Jarach, (maan)maand. Gen.10:26
 Jareb, hij zal pleiten, tegenstaan.
 Jared, nakomeling, nederdaling. Luk.3:37
 Jarha, wassende maan.
 Jarib, hij zal de zaak bepleiten.
 Jarmuth, hoog.
 Jaroah, maan. 1Kr.5:14
 Jasib, hij zal terugkeren. 1Kr.7:1
 Jasobam, hij zal in het midden van het volk terugkeren.
 Jason, betekenis onbekend.
 Jasub, hij zal terugkeren.
 Jasubilehem, mijn terugkeer naar het brood. 1Kr.4:22
 Jather, verheven, uitmuntend, groots. 1Sa.30:27
 Jathniel, hij zal van God gegeven zijn. 1Kr.26:2
 Jatthir, verheven, uitmuntend, groots.
 Jattir, verheven, uitmuntend, groots. 1Kr.6:57
 Javan, buigzaam, week.
 Jaza, een ronde, onderdrukte plaats. Ri.11:20
 Jazen, slapende.
 Jaziz, hij zal overvloed aanbrengen, hij zal schitteren. 1Kr.27:31
 Jearim, wouden, bossen. Joz.15:10
 Jeathrai, hij zal overvloeien van Jehova. 1Kr.6:21
 Jeberechja, hij zal door Jehova gezegend zijn. Jes.8:2
 Jebus, nedergetreden [een platgetreden plaats].
 Jebusi, inwoners van Jebus. Joz.18:28
 Jechdeja, hij zal door Jehova verblijd worden.
 Jecholia, sterk gemaakt door Jehova.
 Jechonia, hij zal door Jehova bevestigd worden.
 Jechonias, hij zal door Jehova bevestigd worden.
 Jedaja, roem van Jehova, of gekend van Jehova.
 Jedi, tijd van Hem (God). 2Kr.9:29
 Jediael, gekend van God.
 Jedid-jah, bemind van Jehova. 2Sa.12:25
 Jedida, bemind, beminde. 2Kon.22:1
 Jeduthun, lovende, belijdende.
 Jeftha, hij zal openen [vrijlaten].
 Jefunne, hij zal behouden worden [door God verzorgd worden].
 Jegar-Sahadutha, steenhoop der getuigenis. Gen.31:47
 Jehaleel, hij zal God loven. 2Kr.29:12
 Jehalelel, 1Kr.4:16 fout St.v. = Jeh le‰l.
 Jehazia, hij zal Jehova zien. Ezr.10:15
 Jehezkel, sterkte van God, of wien God wil sterken. 1Kr.24:16
 Jehia, hij leeft van Jehova [door Jehova's genade leeft hij]. 1Kr.15:24
 Jehiel, hij leeft van God [door Gods genade leeft hij].
 Jehieli, hij leeft van God [door Gods genade leeft hij].
 Jehizkia, sterkte van Jehova.
 Jehoadda, Jehova zal (hem) versieren.
 Jehojada, Jehova ken, zorgt voor hem. 1Kr.12:27
 Jehoram, Jehova verheft.
 Jehova, Jehovah, HEERE, de HEER.
 Jehova-Elohim, de Heere God Gen.2:4
 Jehova-Jireh, de Heere zal voorzien Gen.22:14
 Jehova-Nissi, de Heere mijne banier Ex.17:15
 Jehova-Sebaoth, de Heere der heerscharen Jak.5:4
 Jehova-Shalom, de Heere (is of zendt) vrede Ri.6:24
 Jehova-Shamma, de Heere is daar.
 Jehova-Tsidkenu, de Heere onze gerechtigheid Jer.23:6
 Jehu, Jehova (is) Hij.
 Jehubba, hij zal verborgen worden. 1Kr.7:34
 Jehud, lof, prijs, roem. Joz.19:45
 Jehudi, lof, roem van Jehova.
 Jehus, hij zal bijeenvergaderen.
 Jeiel, door God verborgen.
 Jekabzeel, God zal bijeenvergaderen (de inwoners). Neh.11:25
 Jekameam, Hij zal het volk bijeenvergaderen.
 Jekamja, hij zal door Jehova vergaderd worden.
 Jekuthiel, de vreze Gods. 1Kr.4:18
 Jemima, duif. Job 42:14
 Jemini, mijne rechterhand.
 Jemuel, de dag van God.
 Jerah, maan. 1Kr.1:20
 Jerahmeel, hij zal barmhartigheid van God verkrijgen.
 Jeramoth, hoge plaatsen, verhevenheden.
 Jered, afstammeling.
 Jeremai, hij zal door Jehova verhoogd worden. Ezr.10:33
 Jeremia, verhoogd, verheven door Jehova.
 Jeremoth, hoge plaatsen, verhevenheden. = Jeramoth = Jerimoth.
 Jeria, vreze des Heeren (Jehova).
 Jeribai, hij zal twisten. 1Kr.11:46
 Jericho, maanstad, of welriekende plaats.
 Jeriel, gegrondvest door God. 1Kr.7:2
 Jerija, hij zal Jehova zien.
 Jerimoth, hoge plaatsen, verhevenheden. = Jeramoth = Jeremoth.
 Jerioth, gordijnen, tenten. 1Kr.2:18
 Jerobeam, wiens volk talrijk is.
 Jerocham, 1Sa.1:1 fout St.v. = Jeroham.hij zal barmhartigheid verkrijgen.
 Jeroham, hij zal barmhartigheid verkrijgen.
 Jerubbaal, hij zal twisten met Ba"l, of laat Ba"l zich wreken.
 Jerubbeseth, hij zal twisten met de schande [de schandelijke afgod Baaal]. 2Kr.20:16
 Jeruel, door God gesticht. 2Kr.20:16
 Jerusa, bezeten, eigendom (van een echtgenoot).
 Jeruzalem, stichting van vrede.
 Jesaja, verlossing van Jehova.
 Jesana, oud. 2Kr.13:19
 Jesarela, oprecht tot God. 1Kr.25:14
 Jeschurun, oprechte, rechtvaardige.
 Jesebeab, woning van de vader. 1Kr.24:13
 Jeser, oprecht, rechtvaardig. 1Kr.2:18
 Jesibja, Jehova zal hem doen nederzitten [een stil gerust leven geven]. 1Kr.4:35
 Jesimeel, door God gemaakt. 1Kr.4:36
 Jesisai, oude van Jehova [een zeer oud, goed man]. 1Kr.5:14
 Jesohaja, nederdrukking, onderdrukking van Jehova. 1Kr.4:36
 Jesohaja, nederdrukking van Jehova. 1Kr.4:36
 Jessai, rijkdom, welvaart, voorspoed.
 Jesse, rijkdom, welvaart, voorspoed.
 Jesua, Jehova (is zijn) verlossing, of Heere der verlossing.
 Jesua-Joab, Jehova, vader der verlossing. Ezr.2:6
 Jether, voortreffelijkheid.
 Jetheth, versterker, een nagel of pen of staak (bij tenten gebruikt)
 Jethra, voortreffelijkheid. 2Sa.17:25
 Jethriet, nakomeling van Jethra of Jether.
 Jethro, voortreffelijkheid.
 Jethur, 1Kr.5:19 fout St.v. = Jetur, verdediging.
 Jetur, verdediging
 Jeuel, door God verborgen. 1Kr.9:6
 Jeus, hij zal bijeenvergaderen.
 Jeuz, raadgever. 1Kr.8:10
 Jezabel, zonder samenwoning [kuis]. Op.2:20
 Jezanja, hij zal door Jehova gehoord [verhoord] worden.
 Jezer, plan, vorm.
 Jezia, hij zal door Jehova besprengd [gereinigd] worden. Ezr.10:25
 Jeziel, verzameling of vergadering van God. 1Kr.12:3
 Jezohar, zie zoar 1Kr.4:7
 Jezus, Jehova de Verlosser, de Zaligmaker.
 Jibchar, dien Hij (God) verkiest.
 Jibleam, verslindende het volk.
 Jibneja, hij zal door Jehova gebouwd worden. 1Kr.9:8
 Jibnija, hij zal door Jehova gebouwd worden. 1Kr.9:8
 Jibsam, grote vermoeienis (van de moeder bij het baren). 1Kr.7:2
 Jidala, plaats der verfoeisels of der verloeking; of de plaats der godin (Venus). Joz.19:15
 Jiddo, liefde van Hem (God). 1Kr.27:21
 Jidlaf, hij zal treuren, wenen. Gen.22:22
 Jifdeja, Jehova zal verlossen. 1Kr.8:25
 Jiftah-El, Jiftha-El, fout St.v. het zal door God geopend worden.
 Jiftha, hij zal openen [vrijlaten]. Joz.15:43
 Jig-al, hij zal verlossen (God zijn volk). 2Sa.23:36
 Jigdalia, Jehova zal groot maken. Jer.35:4
 Jigeal, hij zal verlossen (God zijn volk).
 Jimla, bij zal aanvullen, vervullen.
 Jimna, hij zal ophouden, terughouden, tegenhouden.
 Jimra, Hij (de Heere) zal zichzelven verheffen. 1Kr.7:36
 Jirmeja, verhoogd, verheven door Jehova.
 Jiron, vroom, godvrezend. Joz.19:38
 Jirpeel, God zal herstellen. Joz.18:27
 Jisbak, hij zal overblijven. Gen.25:2
 Jisei, verlossing.
 Jisia, 1Kr.7:3 fout St.v. = Jissia, gift van Jehova.
 Jiska, hij zal uitzien (naar God), of zij zal zien. Gen.11:29
 Jismachja, hij zal Jehova horen. 2Kr.31:13
 Jismaja, hij zal Jehova horen.
 Jismerai, hij zal door Jehova behouden, bewaard worden. 1Kr.8:18
 Jispa, hij zal uitstekend zijn. 1Kr.8:16
 Jispan, hij zal u bergen, bedekken. 1Kr.8:22
 Jissia, gift van Jehova.
 Jissia, gift van Jehova.
 Jisva, hij zal gelijk zijn. vlak, waterpas.
 Jisvi, hij zal gelijk zijn. vlak, waterpas.
 Jithla, God zal het verheffen, of opheffen. Joz.19:42
 Jithma, beroofdheid, eenzame, alleengelatene [wees]. 1Kr.11:46
 Jithnan, (plaatsnaam). in verwantschap met Jehova. Joz.15:23
 Jithran, verheven, zeer hoog.
 Jithream, verheven door het volk, of ruste des volks.
 Jithriet, inwoner van Jeter.
 Jitnan, standvastig, sterk. Joz.15:23
 Jizhar, gezalfd, olie, zalf.
 Jizhariet, hij zal blinken.
 Jizlia, hij zal door Jehova uitgerukt [bewaard, behoed] worden. 1Kr.8:18
 Jizrahja, in het licht gebracht door Jehova.
 Jizreel, hij zal door God gezaaid worden [een talrijke nakomelingschap hebben].
 Jizreela, hij zal door God gezaaid worden [een talrijke nakomelingschap hebben. Joz.19:18
 Jizri, de vorm, de gedaante (van zijn ouders). 1Kr.25:11
 Joab, Jehova vader.
 Joaddan, Heer (Jehova) van geneugte.
 Joah, Jehova broeder, metgezel van Jehova.
 Joahaz, dien Jehova vasthoudt.
 Joas, Jehova gaf.
 Joatham, Jehova is oprecht, of Heere der oprechtheid.
 Job, de vervolgde.
 Jobab, uitschreeuwende, klagende [woestijn].
 Jochdai, hij zal door Jehova bestierd worden. 1Kr.2:47
 Jochebed, Heere (Jehova) der heerlijkheid, of heerlijkheid van Jehova.
 Jod, hand van boven (stil).
 Joed, Jehova de getuigenis, of getuigenis van Jehova. Neh.11:7
 Joel, Jehova-God, of Jehova (is) God
 Joela, verplaatsing van eikebomen. 1Kr.12:7
 Joezer, Heer der hulpe, of hulp van Jehova. 1Kr.12:6
 Jogbeha, verheven.
 Jogli, in ballingschap geleid. Nu.34:22
 Joha, haast, of Jehova broeder, metgezel van Jehova.
 Johanan, Jehova gaf genadiglijk, of genadegift van Jehova.
 Johanna, Jehova gaf genadiglijk, of genadegift van Jehova.
 Johannes, Jehova gaf genadiglijk, of genadegift van Jehova.
 Jojachin, Jehova zal bevestigen.
 Jojada, Jehova ken, zorgt voor hem.
 Jojakim, Jehova zal oprichten (uitstekend maken onder zijn volk).
 Jojarib, Jehova zal twisten [hem verdedigen].
 Jokdeam, bezeten [eidgendom] van het volk. Joz.15:56
 Jokim, Jehova zal oprichten (uitstekend maken onder zijn volk). 1Kr.4:22
 Jokmeam, verzameld door het volk.
 Jokneam, bezeten [eigendom] van het volk.
 Joksan, liefhebber van de jacht.
 Joktan, hij zal klein zijn.
 Jokteel, ten onder gebracht door God.
 Jona, duif.
 Jonadab, Jehova gaf vrijwillig (uit eigen beweging hem aan zijn
 ouders).
 Jonan, duif. Luk.3:30
 Jonas, duif.
 Jonath Elem Rechokim, de stomme duif in den vreemde. Ps.56:1
 Jonathan, Jehova gaf, of gift van Jehova
 Joppe, schoon, schoonheid.
 Jora, herfstregen. Ezr.2:18
 Jorai, hij zal door Jehova gebouwd worden. 1Kr.5:13
 Joram, Jehova verheft.
 Jordaan, afdalend, snel afvlietende.
 Jorim, betekenis onbekend. Luk.3:29
 Jorkeam, bleekheid van het volk. 1Kr.2:44
 Josa, hulp. 1Kr.4:34
 Josafat, Jehova oordeelt (wreekt hem).
 Josafath, fout St.v. = Josafat. Jehova oordeelt (wreekt hem).
 Josavia, door Jehova opgericht. 1Kr.11:46
 Josbekasa, een zetel in een harde plaats.
 Joscheb Baschebeth, die in den zetel geplaatst is [die in de vreemde woont]. 2Sa.23:8
 Joseba, Jehova's eed, Jehova (is haar) eed. 2Kon.11:2
 Joses, toeneming, aanwas.
 Josia, door Jehova gegeven.
 Josias, door Jehova gegeven.
 Josifja, bij- of toegevoegd door Jehova Ezr.8:10
 Josua, Jehova (is zijn) verlossing, of Heere der verlossing.
 Jota, Griekse letter, de Jod der Hebre‰rs. Mat.5:18
 Jotba, aangenaam. 2Kon.21:19
 Jotbath, Deu.10:7 fout St.v. = Jothbatha. goedheid, goedigheid.
 Jotbatha, goedheid, goedigheid.
 Jotham, Jehova is oprecht, of Heere der oprechtheid.
 Jozabad, dien Jehova gaf.
 Jozabath, Jehova's eed, Jehova (is haar) eed.
 Jozacar, Jehova wordt herdacht, of Heere der gedachtenis.
 Jozadak, Jehova heeft rechtvaardig gemaakt.
 Jozef, Hij zal bijvoegen, of toeneming, aanwas.
 Jozua, fout St.v. = Josua. Jehova (is zijn) verlossing, of Heere der verlossing.
 Jubal, aangename klank, muziek, jubil‚; ook stroom. Gen.4:21
 Juchal, hij zal bekwaam gemaakt worden [door de Heere gesterkt worden].
 Juda, geprezen, geloofd; of lof.
 Judas, geprezen, geloofd; of lof.
 Judea, land van Juda.
 Judith, geprezen, geloofd; of lof; of wel joods.Gen.26:34
 Julia, jong, jeugdig Rom.16:15
 Julius, jong, jeugdig.
 Junias, jong, jeugdig. Rom.16:7
 Jupiter, Zeus.
 Jusabhesed, hij zal liefde terugbewijzen. 1Kr.3:20
 Justus, rechtvaardig, de rechtvaardige
 Juta, het zal uitgestrekt of uitgebreid worden. Joz.15:55
 Jutta, (uit)strekken. Joz.21:16
 Raadpleeg ook eens: Het katholieke ABC
 Raadpleeg ook eens: Kerkelijke Begrippen
 Raadpleeg ook eens: Verzameling Bijbelse Begrippen
 Raadpleeg ook eens: Niet-alledaagse begrippen
 Raadpleeg ook eens: Betekenis van Bijbelse woorden en begrippen (pdf)

Heer, wees mijn Gids

                                

INFO: DE WEG - DE WAARHEID HET LEVEN FILM

Handige Bijbel

Remember all victims of violence worldwide   

GEBED  LEEFREGEL  BELIJDENIS  

DE WEG | DE WAARHEID HET LEVEN | FILM | AUDIO

CREATOR

HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS

Waard om te weten :

Een hartelijk welkom op de site
Deze pagina printen
Sitemap

Wie zoekt zal vinden

FAQ - HELP

Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
 
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen


Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden"Lees eens: Het zwijgen van God

God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft.
Lees eens:  God's Liefde

Schat onder handbereik


Bemoediging en troost

Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible -
 great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps

Read more for Study  
Apocrypha, Historic Works
 GELOOF EN LEVEN een
          KLEINE HULP VOOR  ONDERWEG
 

Wie zoekt zal vinden           


www Holyhome.nl

Boeiende Series :

Bijbelvertalingen
Bijbel en Kunst

Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten

De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard

De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus

Goede Vruchten
Geestesgaven

Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid

Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen

De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen

Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels

Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
 
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!  

Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels

Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron

Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels

Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken

Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
 Luisterbijbel

Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst   -1-   -2-

Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk opOnline-bijbel.nl
         
  (
What's good, use it)