HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
DE HEILIGE SCHRIFT - DE BIJBEL
II SAMUËL
De vindplaats van materiaal voor Bijbelstudie, geloofstudie, catechese, school, kring, persoonlijk geloof, studie thuis, kerk, club, nieuws, godsdienstonderwijs, zingeving en vooral heel veel mogelijkheden om je Bijbelkennis te vergroten. Blijf niet afhankelijk van anderen maar lees zelf de Bijbel. Investeer in geestelijke rijkdom.
De Studiebijbel is uitermate geschikt om de Bijbel te leren verstaan.
Je kunt een keus maken uit onderstaande tabel voor verdere studie
---- In de linkerkolom kies je een bijbelboek met uitleg
---- Er onder in de linkerkolom commentaren bij een bijbelboek
In de rechterkolom zie je het kommentaar
Terug naar de Inleiding van deze serie
BIJBELBOEKEN met UITLEG 1e lijst in deze kolom + DE COMMENTAREN 2e lijst in deze kolom |
COMMENTAAR op BIJBELBOEK |
Oude TestamentGenesis Exodus Leviticus Numeri Deuteronomium Jozua Richteren Ruth 1 Samuël 2 Samuël 1 Koningen 2 Koningen 1 Kronieken 2 Kronieken Ezra Nehemia Esther Job Psalmen Spreuken Prediker Hooglied Jesaja Jeremia Klaagliederen Ezechiël Daniël Hosea Joël Amos Obadja Jona Micha Nahum Habakuk Zefanja Haggaï Zacharia Maleachi |
II SAMUËLDe vertalers van de Septuaginta beschouwden de boeken van Samuel en Koningen als een geheel en noemden dit "de boeken van het koninkrijk". Deze indeling werd door de vertalers van de Vulgata overgenomen, maar onder de titel "De boeken van de koningen", maar erkenden ook de indeling van Samuel (Liber Primus Samuelis, quem nos Primum Regum dicimus). De twee boeken van Samuel noemde men dan de eerste twee boeken van Koningen, en niet, zoals in de protestantse versies, het eerste en tweede boek van Samuel. Het is onder rooms-Katholieke schrijvers gebruikelijk om met I en II Samuel de Hebreeuwse tekst aan te duiden, in andere gevallen gebruiken zij I en II Koningen. Vermoedelijk vormden de twee boeken oorspronkelijk één boek Samuel. De benaming van de boeken lijkt ongelukkig gekozen, want Samuël overlijdt reeds halverwege het eerste boek. Auteurschap In de klassieke rabbinale opvatting werden de eerste 24 hoofdstukken door Samuel geschreven. Als auteurs van de overige hoofdstukken worden de profeten Gad en Nathan gezien. Dit wordt ook ondersteund door I Kronieken 29:29: "De geschiedenissen van de koning David, de eerste en de laatste, zie, zijn die niet geschreven in de geschiedenissen van Samuel, de ziener, en in de geschiedenissen van Nathan, en in de geschiedenissen van Gad, de ziener". Gad zou dan ook degene zijn die het geheel gecompleteerd heeft in de huidige vorm. In de moderne tekst - kritische benadering vormen deze twee boeken een compilatie van verschillende oudere bronnen. De hofschrijver van David zou daar een van geweest kunnen zijn. Hoewel de bronnen volgens verschillende critici zeer eenvoudig te onderscheiden zouden zijn, kunnen critici het moeilijk over de exacte bronteksten eens worden. De Wellhausen-Budde theorie wordt echter op hoofdlijnen door de meeste critici aanvaard. Hierin worden de bronnen E (Elohim), J (Jahweh) en RD (deuteronomische school) onderscheiden. Tot kind van God aangenomen worden In het boek Samuël is koning David, de gezalfde van Jahweh, de centrale figuur. Hij is door de profeet Samuël tot koning gezalfd en heeft toen de Geest van God ontvangen. Tot hem sprak God: "Jij bent mijn zoon, vandaag heb Ik je verwekt." (Psalm 2:7). Zo adopteerde God David als zijn zoon. Die adoptie gold ook voor Davids zoon, zoals blijkt uit de centrale tekst van Samuël, waar God tegen David zegt: "Ik zal een vader voor hem zijn en hij zal mijn zoon zijn." (2 Samuël 7:14). Dit alles is gebeurd in het kader van het verbond met David, maar het heeft ook betekenis voor ons. Want een kenmerk van het verbond dat God met ons gesloten heeft, is dat God zijn Geest over ons heeft uitgestort. En zoals bij David de adoptie tot kind van God en het ontvangen van de Geest bij elkaar horen, zo is dat ook nu nog. Luister maar naar wat de apostel Paulus ons te zeggen heeft: "Allen die zich laten leiden door de Geest van God, zijn kinderen van God. De Geest die u ontvangen hebt, is er niet een van slaafsheid, die u opnieuw vrees zou aanjagen. U hebt een Geest van kindschap ontvangen, die ons doet uitroepen: Abba, Vader!" (Romeinen 8:14-15). De kern van Gods boodschap in het boek Samuël is dus: Ik zal je Vader zijn en jij zult mijn kind zijn. Inhoud Het tweede boek bevat de periode van Davids regering, en beslaat ongeveer 50 jaar. De regering van David over Juda (hoofdstuk 1-2) Burgeroorlog tussen Juda en de rest van Israël (hoofdstuk 3-4) David regeert over heel Israël, in diverse oorlogen worden de buurlanden verslagen (hoofdstuk 5-12) Diverse opstanden, vooral door zijn eigen kinderen (hoofdstuk 13-24) HET TWEEDE BOEK VAN SAMUËL In dit tweede boek van Samuël is de geschiedenis na Sauls dood, onder regering van koning David beschreven. Hierin wordt ons zeer duidelijk de grote genade en weldadigheid Gods, aan David bewezen, voor ogen gesteld. Niet alleen in het tijdelijke en lichamelijke, zoals zijn, door goddelijke bestiering, verheffing in het koninklijke ambt, eerst over Juda en later over geheel Israël, zijn rijke zegening met zonen, zijn verstandige oversten en dappere krijgshelden, die er voor zorgden, dat zijn koninkrijk werd bevestigd, vermeerderd en uitgebreid. Maar ook en vooral in het geestelijke en eeuwige, waardoor hij kon regeren in de geest des geloofs, der profetie, uitnemende godsdienstigheid en godvruchtigheid, wijsheid, rechtvaardigheid, goedertierenheid, nederigheid, lijdzaamheid en andere loffelijke deugden, die doorgaans in zijn daden en regering gebleken zijn, bovendien kreeg hij, toen hij God een huis wilde bouwen, de uitermate heerlijke beloften van het geestelijk, hemels en eeuwig koninkrijk van de Messias, onze Heer en Zaligmaker Jezus Christus, die uit zijn zaad, naar het vlees, zou voortkomen en tot wiens voorbeeld God hem bovendien zijn zoon en opvolger Salomo gesteld heeft. Ook kondigt de Here u aan: De Here zal u een huis bouwen25). - 2 Sam. 7:11 - Maar anderzijds worden ook de zware zonden van David niet verzwegen, die hij soms tegen zijn weldadige God heeft bedreven door de verleiding van satan en de zwakheid van het vlees. Integendeel, ze worden uitvoerig beschreven. Denk maar aan de zonde met Bathséba, de vrouw van Uria de Hethiet en aan de hoogmoedige volkstelling, waarvoor hij, hoewel door God begenadigd, met scherpe roeden, tot zijn eigen welzijn en dat der kerk, is getuchtigd. Toen zeide de koning tegen de legeroverste Joab, die bij hem was: Doorkruis al de stammen van Israël van Dan af tot Berseba toe; tel het volk26), opdat ik het getal van het volk wete27). - 2 Sam. 24:2 - Hij heeft ook veel verdriet moeten beleven door zijn kinderen, vrouwen en onderdanen, vooral door die gruwelijke en gevaarlijke opstand van zijn zoon Absalom, voor wie hij op zijn oude dag nog heeft moeten vluchten. Daarop sprak David tot al zijn dienaren, die te Jeruzalem bij hem waren: Staat op, laten wij vluchten, want anders zullen wij niet aan Absalom ontkomen. Gaat haastig heen, opdat hij ons niet ijlings inhale, onheil over ons brenge en de stad sla met de scherpte des zwaards! - 2 Sam. 15:14 - Maar de Heer heeft hem in al zijn noden nooit verlaten of verstoten, maar hem integendeel met een heilig vertrouwen en geduld gesterkt en altijd een goede uitkomst geboden. Een duidelijk bewijs, dat Hij de getrouwe en heilige God is, die niettegenstaande de vele gebreken en tekortkomingen zijner kinderen, zijn genadeverbond getrouw onderhoudt. Maar toch intussen hun zonden niet billijkt of goedkeurt. Dit tweede boek van Samuël omvat de geschiedenis van ongeveer veertig jaar, namelijk van het begin van het koningschap van David tot het einde daarvan. De laatste samenzwering van zijn zoon Adonia wordt niet in dit boek beschreven, maar in het volgende boek: 'Koningen'. Daarin wordt ook de dood van David beschreven. Dertig jaar was David oud, toen hij koning werd; veertig jaar heeft hij geregeerd. In Hebron heeft hij zeven jaar en zes maanden geregeerd over Juda en in Jeruzalem drieëndertig jaar over geheel Israël en Juda. - 2 Sam. 5:4-5 - Nog een korte toelichting 1) Ramathaim staat in het Hebreeuws in het meervoud, alsof men zei tweevoudig Rama. Omdat deze stad, zoals men meent in tweeën verdeeld geweest is. In Mattheüs 27:57 wordt de stad Arimathea genoemd. Zofim wil zeggen: van de Zofieten, inwoners van het land Zuf, waarvan in hoofdstuk 9:5 wordt gesproken. 2) Met de naam Efraïm wordt deze stad onderscheiden van andere steden met de naam Rama, zoals Rama in Benjamin en Rama in de stam van Nafthali. 3) In de oude Statenvertaling geschreven als E'lkana. 4) Hiermee wordt bedoeld, een profeet des Heren. Wie deze profeet geweest is, is ons niet bekend. 5) Namelijk Aäron, van wie Eli afstamde door Ithamar. 6) Deze stad wordt in de oude Statenvertaling in Handelingen 8:40 Azote genoemd. In de nieuwe vertaling staat wel Asdod. 7) Gath was ook één der voornaamste steden der Filistijnen, gelegen op de berg Amma, niet ver van de zee. 8) Deze stad, ook één der voornaamste van de Filistijnen, is de stam van Juda ten erfdeel gevallen. 9) Beth-Sémes betekent 'huis der zon'. Dit was een stad in de stam van Juda, doch de stad was aan de Levieten tot woonplaats gegeven. Er lag ook een stad met deze naam in de stam van Issaschar. 10) Ook Kirjath-Baäl genoemd. De stad lag op een berg aan de uiterste grenzen van Juda en Dan in het noorden. 11) Dit betekent 'hulpsteen' of 'steen der hulp'. 12) Hiermee kan de stad Bethel, in de oude vertaling Beth-el, bedoeld zijn, maar het kan ook betekenen 'Huis Gods', want dat is de betekenis van het woord. En in dat geval wordt hier dus bedoeld Kirjath-Jeárim, waar toen destijds de ark des verbonds was. 13) Dit is de stad, die in 1 Samuël 1:1 'Ramathaim' genoemd wordt, zie hierover noot 1). 14) Joël wordt ook Vaschni genoemd. 15) Dat die ezelinnen waren weggelopen was geen toeval, maar bestiering Gods om zo Saul tot Samuël te doen komen en tot koning te doen zalven. 16) Jabes lag aan de overkant van de Jordaan, waar de rivier door het meer van Genésaret loopt, tegen het oosten. 17) Dat wil zeggen, dat Samuël Saul nadien nooit meer ontmoet heeft. 18) Zie mijn verhaal 'David', waarin het over het leven van David wordt verhaald vanaf zijn zalving tot aan zijn kroning tot koning. 19) Achis wordt in Psalm 34 Abimelech genoemd. Achis was zin eigen naam, maar Abimelech was een algemene naar voor alle koningen der Filistijnen. 20) Dit was een stad in het land Juda. Bij deze stad was een spelonk en daarin heeft David zich verborgen gehouden. Daar heeft hij ook Psalm 57 gemaakt. 21) Er zijn twee steden met de naam Zif geweest, de ene lag aan de uiterste grens van Juda, tegen het zuiden, waarvan in Jozua 15:24 gesproken wordt. De andere stad Zif lag meer binnen in het land, daarvan wordt in Jozua 15:55 gesproken. En deze stad Zif, gelegen op een berg, wordt hier bedoeld. 22) Zolang Samuël leefde, heeft David troost en raad bij hem gezocht. Daarom bleef hij zo dicht bij hem als mogelijk was. Maar nu Samuël niet meer leeft, vertrekt David naar de woestijn van Paran, gelegen tegen het zuiden van Kanaän. Paran was niet alleen de naam van een stad, maar ook van het gebergte en omringende land. 23) Deze stad behoorde eerst tot de stam van Juda, maar was door de Filistijnen veroverd. 24) Met inbegrip van de jaren, die Samuël voor en met Saul geregeerd heeft. 25) Versta dit aldus: In plaats van dat gij een huis voor God bouwt, laat Hij u weten, dat Hij u een huis wil bouwen, dat wil zeggen, uw koninkrijk bij uw nakomelingen onveranderlijk maken en, wat nog veel belangrijker is, uit uw zaad zal de Messias, de eeuwige Koning voortkomen. 26) Gij en uw mannen moeten alle tot de strijd bekwame mannen van twintig jaar en ouder tellen. Sommige uitleggers menen, dat David ook opdracht gaf mannen onder de twintig jaar te tellen en dat dat zijn grote zonden was. Daardoor zou volgens hen ook het verschil in aantallen zijn ontstaan, zoals hier vermeld en zoals in 1 Kronieken 21:5. Hier, in vers 9, worden achthonderdduizend mannen in Israël genoemd en vijfhonderdduizend in Juda. In Kronieken worden echter elfhonderdduizend mannen in Israël genoemd en vierhonderdzeventigduizend in Juda. Levi en Benjamin had Joab niet meegeteld, want het bevel des konings was hem een gruwel. 27) Hiermee toont David, dat hij alleen door nieuwsgierigheid en hoogmoed gedreven wordt. Joab en de andere oversten merkten dit en probeerden David op andere gedachten te brengen. Thema/boodschap Na Sauls dood wordt David door de stamoudsten van de stam Juda tot koning over Juda gekozen. In de slepende, passieve burgeroorlog die nu volgt, wint David aan invloed ten koste van Sauls familie. Sauls generaal Abner, een neef van Saul, is ten slotte bereid de macht aan David over te dragen. Joab, Davids generaal, vermoordt hem echter. Ook de andere stammen erkennen David nu als koning. De zo ontstane nieuwe staat wordt direct belaagd door oude en nieuwe vijanden: Filistijnen, Moabieten, Ammonieten, Syriërs. Naar buiten toe is Davids macht nu stevig gevestigd, de grens loopt tot aan de "grote rivier", de Eufraat. In Davids gezin rijzen echter grote problemen. David pleegt overspel met Batseba, de vrouw van een van zijn moedigste soldaten. Een zoon (Amnon) randt zijn halfzus Tamar aan, en wordt hiervoor door zijn halfbroer Absalom vermoord. David verbant Absalom naar het buitenland, maar laat zich door zijn generaal Joab overhalen hem terug te laten komen. Absalom komt in opstand, en David moet uit Jeruzalem vluchten. Joab weet Absalom te verslaan, en dood Absalom bij zijn gevangenname. Hierna volgen nog verscheidene kleinere opstanden. Zowel I als II Samuel verschaffen veel achtergrondinformatie over zijn liederen in het Bijbelboek Psalmen. Avshalom wil de koning worden, en dus zegt hij naar zijn vader David dat hij naar Gevron gaat . en dus gaat Avshalom met 50 andere paardrijders achter hem samen naar Gevron, en elke man die voor hem op het knieën stond Avshalom liet hem opstaan en kuste zijn hand ! ... en Avshalom zei :wanneer iedereen de Tkiat Shofar hoort dan wil het zeggen dat ik de koning ben! en het gebeurde echt en Avshalom had beslist om zijn vader te doden, en tot David het heeft gehoord ging hij weg van Jerusalem maar liet 10 vrouwen in zijn kasteel (want als hij terugkeert dan zal hij weten dat Avshalom daar was)! Avshalom had een aanrader Ahitofel Hagiloni, hij was de aanrader van zijn vader maar nu dat Avshalom de koning is, is hij Avshaloms aanrader ! hij raadt hem verschillende dingens aan zoals :,,hoe David te doden! enzovoort ..! Maar toch houden een paar mensen nog van David en ze zeiden dat ze met hem tot de dood gaan ! en tijdens het weg zag David en zijn volk Tsiva . Het is zijn werker maar niet per se een werker (die helpt hem met vanalles) en had 2 ezels, 200 brood, en 1 fles druiven zich bij ! en tot dan gaf David naar Tsiva een taak te doen voor hem ! hij zei naar hem :ga naar Avshalom en zeg naar hem dat je mijn werker was maar dat je nu voor hem wilt werken omdat hij de koning is! en wat is zijn doel ? Tsiva moet alle radingen van Ahitofel hagiloni die tegen mij zijn weigeren en andere radingen geven die er niks mee te maken hebben ! en dus ging Tsiva en alles ging goed ! ..... De boeken Samuël zijn in vier grote delen gecomponeerd (voor de delen 1 en 2 zie I samuël) Deel 3 begint met elf verhalen die in II Sam.2-8 staan. Juda maakt David tot koning. Onder leiding van de generaal Abner verzet de rompstaat die het huis-Saul rest zich korte tijd (hst.2-3) tegen Davids groeiende macht, maar tenslotte sluit Abner een pact en brengt zo de noordelijke stammen onder Davids gezag. David verovert Jeruzalem en maakt er zowel de nieuwe hoofdstad als het centrum van eredienst van (hst.5-6). God belooft hem een duurzame dynastie in een groot heilsorakel (hst.7). Vooruitlopend op latere successen van David op het slagveld, zet de verteller zijn veroveringen op een rij in hst.8, zodat hij de handen vrij heeft om zich tenslotte aan een onthullende hofgeschiedenis (de vierde sectie) te wijden. De overgeleverde tekst brengt in II Sam.21-24 een aanhangsel dat grotendeels over de tijd van Davids opkomst gaat (vier proza-eenheden) en ook twee gedichten van hem bevat. Deel 4 is het pronkstuk van de bijbelse vertelkunst, staat in II Sam.9-20 + I Kon.1-2 en omvat 32 verhaaleenheden. Zij behandelt de morele val van David tijdens de oorlog met Ammon (zijn oosterburen), en de perikelen met zijn zonen die hem een spiegel voorhouden. Het portret van David wordt hier bijzonder indringend. Overzicht 2 Samuël 1: 1 - 16 Saul is dood! Wat zal David opgelucht zijn met dat bericht: eindelijk wordt hij niet meer opgejaagd door zijn tegenstander! Toch lees je hier dat David en zijn mannen een dag lang treuren, huilen en vasten (vrs.12). Waarom doet hij dat? Doet het denken aan het verdriet dat de Here Jezus later toonde over de ongehoorzaamheid van Jeruzalem? 2 Samuël 1: 17 - 2: 7 Hoe moet het nu verder. Israël is door de strijd zo ernstig verzwakt, dat David hoopt dat het hun vijanden niet ter ore komt (vs. 20). David vraagt de Here naar Zijn wil. Stap voor stap laat hij zich leiden. Voor hem begint het koningschap in Hebron, waar hij door de leiders van Juda gezalfd wordt. 2 Samuël 2: 8 - 3: 1 David is koning, maar het duurt nog lang voordat hij algemeen als koning wordt aanvaard. Wat zijn er veel mensen in de weer na Sauls dood. Abner kroont een zoon van Saul over Israël. De geschiedenis die volgt is er een van krachtmetingen en vechtpartijen. Dit werpt een schaduw over de vreugde van David. Hij tracht het gebruik van geweld te ontmoedigen. Problemen moeten echt anders worden opgelost! Stelling: het Koningsschap van Christus gaat niet samen met een machtsstrijd tussen zijn onderdanen. 2 Samuël 3: 2 - 21 We kijken er vreemd van op als we lezen dat David maar liefst zes vrouwen blijkt te hebben. Als ze met name worden genoemd, wordt dit door de bijbelschrijver echter niet in een negatief daglicht geplaatst. Dat komt omdat het hem hier gaat om de uitwerking die het heeft bij vriend en vijand in die tijd: Davids aanzien is groot! Type van de Messiaanse koning! 2 Samuël 3: 22 - 39 Joab treedt op. Een vechtersbaas die er niet voor terugdeinst een moord te plegen. ‘Hebt u de zaak niet door? Abner is een spion’. Moordenaars hebben meestal een motief en in dit geval is het een politiek motief. Dat rechtvaardigt zijn daad helemaal niet. David neemt afstand van deze moord en overtuigt het volk ervan dat verootmoediging op zijn plaats is. Is David daarin oprecht geweest? Maar waarom heeft hij Joab dan niet terechtgesteld? 2 Samuël 4 Er zijn belangrijke zetten gedaan op het politieke schaakbord. Na de moord op Abner ziet bijna niemand er nog heil in om Isboseth, uit het huis van Saul, de troon te gunnen. David is onaangenaam verrast als hij het hoofd van deze koning aangeboden krijgt. Opnieuw is verkeerd ingeschat hoe David koning wil worden over het hele volk. Welke verklaring zou hiervoor te geven zijn? 2 Samuël 5 Ruim zeven jaar heeft het huis van Saul zich nog staande gehouden na Sauls dood. Dit hoofdstuk mag gezien worden als de onderwerping van alle stammen van Israël aan David. David gaat wonen in de burcht Sion, een plaats met een gunstige centrale ligging in het rijk. Het is in de stad die bekend wordt als Salem en Jeruzalem. Vraag: Wat betekent het dat de plaats waar God woont (het nieuwe) Jeruzalem wordt genoemd? (vgl. Openbaring 22:3). 2 Samuël 6 Bij het sterven van Uzza lijk je een duistere kant van God tegen te komen. Toen de runderen uitgleden wilde hij alleen maar voorkomen dat de ark zou gaan schuiven…. David parkeert de ark niet voor niets bij een immigrant. Obed-Edom is een in Juda woonachtige ex-Filistijn uit de stad Gat. Zijn naam betekent “vereerder van (de Egyptische godin) Edom”. Men weet geen raad met de ark en is bang voor God. Pas als de zegen van de HERE tastbaar aanwezig is in het huis van Obed-Edom waagt David een nieuwe poging. Dan heeft hij zijn huiswerk beter gedaan. De ark hoort niet op een wagen. Zeker niet op die Filistijnse: 1 Sam. 6! Al heb je de ark in “huis” gehad zoals Uzza, om de ark te “hanteren” zul je op God gericht moeten zijn. De HERE is bepaald niet duister en grillig. Hij is wél heilig en laat echt niet met Zich sollen. 2 Samuël 7 Prachtig is die toewijding van David aan de HERE. Hij wil uit eerbied, liefde en dankbaarheid een tempel bouwen voor zijn God. Wellicht liet David zich daarbij ook nog leiden door bepaalde uitspraken van Mozes over de dienst van God in het beloofde land. Geen wonder dat de profeet Nathan enthousiast zegt: “Koning, doe wat uw hart u ingeeft!” Maar Nathan moet terug naar de koning. God wijst het idee van David af. De HERE zal voor David een huis bouwen! God maakt duidelijk dat Hij uiteindelijk helemaal geen tempel nodig heeft. En Hij is ook niet afhankelijk van de inzet van David. Ook wij willen nogal eens iets voor God doen. Vaak moeten ook wij leren om alleen maar te ontvangen. Dan komt er de juiste ruimte om ons steentje bij te dragen en wat mee te werken! 2 Samuël 8 - 9 David was een briljant strateeg maar ook een keihard militair. Meedogenloos voor het volk dat het waagde zich tegen hem te verzetten. Voor ons zijn het schokkende berichten. En dan lees je ook nog dat God achter David stond. Het is en blijft moeilijk. Toch dienen we wel te bedenken dat David in een compleet andere tijd en situatie leefde dan wij. Zijn optreden was in vergelijking met andere oud-oosterse vorsten echt niet buitensporig. David is gestempeld door de cultuur van zijn tijd. En het is zeer de vraag of hij in staat was geweest op een andere wijze zijn doelen te bereiken. Wat hem vooral kenmerkte was recht en gerechtigheid, in buitenlandse en binnenlandse aangelegenheden. Zo zien we ook dat David zijn beloften aan Jonathan houdt, ondanks zijn persoonlijke moeite met het gehandicapte leven (2 Samuël 5: 8). 2 Samuël 10 Dit hoofdstuk laat de menselijke kracht van David zien. Hij onderhoudt vriendschappelijke relaties met andere vorsten. Een troonopvolging was in die tijd een spannend gebeuren. Dan komen er allerlei ondergrondse en bovengrondse krachten los. David zorgt dat hij Chanun zijn deelneming betoond vanwege het sterven van diens vader. Er is echter een beweging onder de Ammorieten, die niets voor die vriendschappelijke relatie voelt. Er ontstaat een conflict, waarbij Chanun zich wapent door zich te verzekeren van uitgebreide militaire steun van de Arameërs. Zo ontstaat er een gevaarlijke coalitie. Dan grijpt David meteen en radicaal in. De generaals Joab en Abisaï gaan de strijd in met een stuk overgave aan Israël’s God: “De HERE doe wat goed is in zijn ogen”. Biddend en strijdend wordt de overwinning behaald. 2 Samuël 11 Wat is de Bijbel ontnuchterend eerlijk! Want hier gaat die vrome held wel vreselijk onderuit. Overspel, intriges en leugens om te proberen alles te verbergen, een “perfecte” moord en een overdosis schijnheiligheid. Wat steekt de eenvoudige trouw en toewijding van die niet-joodse beroepsmilitair daar schril tegen af. Uria is met het belang van het land bezig. David is aan het feesten. Vers 1 kon wel eens meer zeggen dan op het eerste gezicht lijkt. David krijgt trekken van collega-despoten. Dit hoofdstuk stelt ons de vraag: waar houd jij je mee bezig? Zijn wij bezig met het Koninkrijk van God? Of draait alles om de “leuke” dingen van het leven? 2 Samuël 12 David doet echt zijn best om overal in zijn land recht en gerechtigheid te bevorderen. Dat betekent dat hij zich ook nu oprecht druk maakt om die arme man in dat beeldverhaal van Nathan. Ondertussen heeft hij zelf op een vreselijke manier het recht verbogen. Door zijn overspel had David de doodstraf verdiend, maar hij had de onschuldige Uria gedood. Zo vreselijk dubbel kan een mens in elkaar zitten. David is daarin bepaald niet de enige. Herkent u het bij uzelf? We zeggen zo gemakkelijk “dat had ik van hém nooit verwacht!” De Bijbel leert ons om alleen iets goeds te verwachten van de heilige Geest. Laten we leven uit Hem! 2 Samuël 13: 1 - 22 Het komt in de “beste” families voor: incest. Je wilt het niet weten en je houdt het stil, maar het is verwoestend aanwezig. Absalom zegt tegen zijn zus: “trek het je niet te zeer aan”. Maar ondertussen woekert bij hem zelf het vuur van de haat tegen Amnon. Het stempelt ook z’n houding ten opzichte van zijn vader, die wel boos is maar “niks” doet. Het kostbare geschenk van de seksualiteit is door de zondeval een groot gevaar geworden. Wie seksuele gevoelens niet laat kanaliseren door Gods heilzame regels en dus ook door het belang van die ander, die richt veel meer verwoesting aan, dan hij/zij zelf in de gaten heeft of wil hebben…… 2 Samuël 13: 23 - 39 Uit berekening had Absalom zich altijd “normaal” gedragen tegenover Amnon. Berekenend rekent hij ook met hem af. Opvallend is de rol van Jonadab, de zoon van Sima, de bedenker van de list waarmee Amnon zijn zus kon grijpen. Uit het gedrag van Absalom had hij afgelezen dat zoiets gebeuren zou. Het verdriet in de koninklijke familie is groot. Er zal vooral veel door David heen zijn gegaan. Want het heeft ook alles met zijn eigen zonde te maken. Het oordeel dat Natan namens God heeft uitgesproken (2 Samuël 12: 10-14) voltrekt zich. Niemand zondigt goedkoop. God neemt het hoog op. Vergeving zet geen streep door het recht en maakt straf niet overbodig….. 2 Samuël 14: 1 - 24 Joab ziet zijn neef en vriend de koning lijden vanwege die lege plaats van Absalom. David weet niet goed wat hij er mee aan moet. Amnon had meer straf verdiend dan hij hem gegeven had. Maar Absalom heeft het recht in zijn eigen handen genomen en zijn broer gedood. Dat roept om bloedwraak. Ook heeft hij het gezag van zijn vader ondermijnd. David zit in de knoop maar de liefde tot Absalom is daarbij het meest venijnig. De nuchtere Joab, die zelf net zo gehandeld zou hebben als Absalom, ziet geen enkele reden om zo moeilijk te doen. Maar om David te overtuigen heb je meer nodig. Opnieuw wordt David getrakteerd op een voorbeeld-verhaal. David herkent zich erin en beluistert die roep tot genade en vergeving. Maar hij herkent ook de echo van Joab’s stem. Toch roept hij Absalom naar Jeruzalem terug. 2 Samuël 14: 25 - 15: 12 Veelzeggend is de naam die Absalom kiest voor zijn dochter. De strijdbijl is nog niet begraven. Zijn vader had Amnon moeten straffen, maar door de dingen op z’n beloop te laten trof hij Tamar én Absalom. Dat gaat zelfs door als hij terug is in Jeruzalem. Absalom neemt het niet en provocerend dwingt hij Joab én David tot handelen. Voor Absalom heeft het gezag van zijn vader afgedaan. Hij voelt dat hij de ruimte heeft zijn eigen positie op te vijzelen ten koste van die van zijn vader. Handig speelt hij erop in. Hij heeft alles mee. Zijn verschijning en charme, maar ook zijn moed en inzicht. Absalom is met recht een zoon van zijn vader. Op één ding na. David erkende Gods gezag en kwam niet in opstand tegen de gezalfde des Heren….. 2 Samuël 15: 13 - 37 Opnieuw is David een vluchteling. In dit gedeelte herken je hem weer als de man naar Gods hart. In vers 26 lees je hoe David het recht op de troon in handen geeft van de Here. David erkent zijn zonden tegenover God en zijn falen als gelovige, vader en koning. Als hij wenend en barrevoets Jeruzalem verlaat dan is dat geen paniekreactie of radeloosheid. Het is een belijdenis van schuld én geloof. David verlaat de stad die zo goed te verdedigen is om mensenlevens te sparen. David adviseert een Filistijns vreemdelingenlegioen om de kant van de nieuwe koning te kiezen, daar ligt een betere toekomst. De ark en de priesters moeten in Jeruzalem blijven. Indrukwekkend! In de meeste conflicten zoeken mensen juist krampachtig steun. David steunt op God. Hij bidt én handelt. Hij vlucht én organiseert het verzet….. 2 Samuël 16 David ontvangt hulp van Siba. Een geweldig geschenk. Alleen er zit een addertje onder het gras. David doorziet niet dat het gedrag van Siba leugenachtig eigen belang is (zie 19: 24-30) ten koste van Mefiboseth. Het vervolg plaatst deze vergissing van David in het juiste perspectief. Nog steeds zijn er lieden die het niet kunnen uitstaan dat David koning is geworden ten koste van het huis van Saul. David geeft ook de vervloekingen van Simi in Gods hand. In Jeruzalem neemt Absalom op grove wijze de plaats van zijn vader in. In het raam van die tijd bij revoluties niet ongebruikelijk, maar lijnrecht in strijd met Gods Woord. Naast de scherpzinnige maar goddeloze Achitofel weet Chusai echter zijn plaats te krijgen. 2 Samuël 17 Achitofel weet wat hem te doen staat. De revolutie is bijna compleet. Er is maar één gevaar: de oude koning zelf. Zo lang David in leven is, zal er dreiging blijven. Achitofel wil gebruik maken van de verwarring van het moment. Voordat David zich kan organiseren moet hij toeslaan. Aanvankelijk is ieder dan ook enthousiast over zijn plannen. Maar op listige wijze weet Chusai deze plannen te doorkruisen. Hij zaait angst voor David en diens mannen. De overwinningsroes maakt plaats voor bedachtzaamheid. Men kent David. En het is waar dat diegenen die met David mee zijn getrokken voor het grootste deel geharde beroepsmilitairen zijn. De keurtroepen van Israël. Het is inderdaad niet te verwachten dat David zich zomaar gewonnen geeft. Angst is een slechte raadgever. Voor Achitofel staat de ondergang nu vast…. 2 Samuël 18: 1 - 32 Joab speelt hier een dubieuze rol. Hij is een vertrouweling van David, maar negeert toch Davids hartekreet om zijn zoon Absalom ‘met zachtheid te behandelen’ (vers 5) en laat Absalom doden (om de schuld af te kunnen wentelen?). Aan de andere kant kun je je ook afvragen, of David zich er wel voldoende van bewust was dat Absalom een gevaar betekende voor Gods plannen met Israël en Davids koningshuis. In ieder geval: Absaloms hoogmoed komt voor de val (NB vers 18!). Verzet tegen God en zijn gezalfde koning is gedoemd om te mislukken (vgl. Ps. 2). En God had beschikt dat Hij Absalom te gronde wilde richten (2Sam. 17:14). 2 Samuël 19: 1 - 24 Natuurlijk leef je mee met deze vader, huilend om het verlies van zijn zoon, die wegdreef, onbereikbaar werd en zich tegen zijn eigen vader keerde. Je blíjft toch van die jongen houden! Joab trekt David uit zijn verlies, waarin hij zich dreigde te verliezen. David heeft – zoals ook blijken mag uit vers 22 (GNB: vers 23) – in zijn leven genoeg te stellen gehad met de zonen van Seruja (Abisaï en Joab waren broers). David is een stuk verzoenlijker dan Abisaï is. Eens komt het moment waarop je zeggen moet: en nu houden we op met elkaar het licht in de ogen niet meer te gunnen! 2 Samuël 19: 25 - 44 Vreemde geschiedenis, die van Mefiboset en zijn knecht Siba. Wie spreekt de waarheid (vgl. 2Sam. 16:3)? Tijd voor een onderzoek is er niet. Vertrouwt Davids Mefibosets verhaal toch niet helemaal? Het land van Mefiboset dat hij eerst in z’n geheel aan Siba had gegeven, moet nu tussen de twee gedeeld worden. Een Salomo’s oordeel avant la lettre. Verder: in nood leer je je vrienden kennen. Neem nu Barzillai, de Gileadiet. Tenslotte: flinterdun is de eenheid in het Israël onder David. Is die er wel ooit geweest en zal die er wel ooit komen? Hoe weinig is ervoor nodig om broeders van hetzelfde volk tegen elkaar op te zetten! Daarin is nog maar weinig veranderd... 2 Samuël 20 2 Samuël 20 beschrijft de strijd tussen broeders van hetzelfde huis. Er is weinig voor nodig om ‘noord’ en ‘zuid’ tegenover elkaar te laten staan. Helaas is dit beeld vaak herhaald in de kerkgeschiedenis: de ene interne strijd is nog maar net over of de volgende dient zich alweer aan. Tegelijk woedt er een andere strijd. Er is iets kapot gegaan tussen David en Joab sinds de dood van Absalom. David passeert Joab als legeraanvoerder ten gunste van Amasa. Vandaar de laffe moord op Amasa, waar Joab zijn straf niet voor zal ontlopen. Joabs bedwinging van de opstand van Seba heeft wél als resultaat dat hij als legeraanvoerder in het zadel blijft (vers 23). 2 Samuël 21 Staat u er wel eens bij stil, dat onopgeloste schuld uit het verleden (letterlijk) door blijft zieken in het heden? Saul had Jozua’s belofte aan de Gibeonieten gebroken in zijn – onterechte – ijveren voor de Israëlieten. En dan nu, zoveel jaren later, hongersnood. De schuld wordt teniet gedaan. Er is de afschrikwekkende executie van zonen en kleinzonen van Saul. God bezoekt de ongerechtigheid van de vaderen aan de kinderen. Er is ook iets van een zorgvuldige afsluiting van Sauls geschiedenis. De lichamen en beenderen van Saul zelf, zijn zoons en kleinkinderen worden in het familiegraf bijgezet. Nu kan het boek ‘Saul’ echt dicht! 2 Samuël 22: 1 - 30 Het danklied van David in 2 Samuël 22:1-30 is nagenoeg gelijk aan Psalm 18. Er zijn wel degelijk ook verschillen, die misschien ermee te maken hebben dat Psalm 18 voor liturgisch gebruik klaar moest worden gemaakt. De overeenkomst maakt in ieder geval duidelijk, dat de psalmen van het Oude Testament geen liederen waren die boven de werkelijkheid zweefden, maar liederen uit het leven gegrepen. David bezingt op indrukwekkende manier de macht van God die in alles blijkt, en die in Davids leven vooral naar voren is gekomen in de steun die hij van God ontving. Met mijn God spring ik over een muur! 2 Samuël 22: 31 - 23: 7 Aan de ene kant is het natuurlijk jammer om dat prachtige lied van 2 Samuël 22 zomaar in tweeën te knippen. Aan de andere kant lezen we het nu samen met 2 Samuël 23:1-7. En dan ontvouwt zich een boeiend panorama: Davids levenslied (2 Samuël 22) en zijn stervenslied (2 Samuël 23:1-7). In zijn levenslied kijkt hij terug in zijn leven en brengt God zijn dank. In zijn stervenslied kijkt hij ver vooruit (als een profeet, vgl. 2 Samuël 23:1-2) naar de toekomst van zijn koningshuis, Israël en de hele wereld. Want voorvader David ziet hier de contouren van zijn latere afstammeling Jezus die echt en helemaal is ‘een heerser in de vreze Gods’. 2 Samuël 23: 8 - 39 Een overzicht van Davids helden, mannen die hem ‘krachtig terzijde hadden gestaan bij de verwerving van zijn koningschap’ (1Kronieken 11:10). God stond aan Davids kant, maar ook deze mannen. De Gezalfde heeft de steun nodig van God én van mensen. Vertrouwelingen die voor hem door het vuur gaan. Neem bijvoorbeeld Abisaï en twee anderen die dwars door vijandelijke linies heen breken om water te halen voor David. Nog steeds heeft de Messias vertrouwelingen nodig die Hem terzijde staan en voor Hem door het vuur gaan. Om een held te zijn, hoef je niet pas eigenhandig een leeuw te doden. Een trouw en herkenbaar volgeling van Jezus zijn is genoeg. 2 Samuël 24 David de held valt van zijn voetstuk. Toch nog. Alweer. Hij is niet de Messias op Wie het wachten is. Rust en welvaart hebben zo hun eigen risico’s. Omringd door vijanden wist David zich van God afhankelijk. Nu er rust is, slaat de overmoed toe. Toch is het einde van de boeken Samuël echt evangelie. God laat zijn oordeel voelen, maar laat zich ook verbidden. Op die plek mag David vredeoffers brengen. Dan zie je de contouren van Golgota, dé plek van oordeel en barmhartigheid ineen. Op die plek ook zal Salomo de tempel bouwen. Zet daar dan eens het begin van de boeken Samuël naast: de armzaligheid van het heiligdom in Silo. We komen echt verder |
READ THE BOOK - THE BIBLE CHANGE YOUR LIFE
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)