HOME | STUDIEBIJBEL | BIJBELSTUDIES | BIJBELATLAS | BIJBELSEGESCHIEDENIS | NIEUWS
DE HEILIGE SCHRIFT - DE BIJBEL
HEBREEËN
De vindplaats van materiaal voor Bijbelstudie, geloofstudie, catechese, school, kring, persoonlijk geloof, studie thuis, kerk, club, nieuws, godsdienstonderwijs, zingeving en vooral heel veel mogelijkheden om je Bijbelkennis te vergroten. Blijf niet afhankelijk van anderen maar lees zelf de Bijbel. Investeer in geestelijke rijkdom.
De Studiebijbel is uitermate geschikt om de Bijbel te leren verstaan.
Je kunt een keus maken uit onderstaande tabel voor verdere studie
---- In de linkerkolom kies je een bijbelboek met uitleg
---- Er onder in de linkerkolom commentaren bij een bijbelboek
In de rechterkolom zie je het kommentaar
Terug naar de Inleiding van deze serie
BIJBELBOEKEN met UITLEG 1e lijst in deze kolom + DE COMMENTAREN 2e lijst in deze kolom |
COMMENTAAR op BIJBELBOEK |
Oude TestamentGenesis Exodus Leviticus Numeri Deuteronomium Jozua Richteren Ruth 1 Samuël 2 Samuël 1 Koningen 2 Koningen 1 Kronieken 2 Kronieken Ezra Nehemia Esther Job Psalmen Spreuken Prediker Hooglied Jesaja Jeremia Klaagliederen Ezechiël Daniël Hosea Joël Amos Obadja Jona Micha Nahum Habakuk Zefanja Haggaï Zacharia Maleachi |
HEBREEËN
De Brief aan de Hebreeën (vaak kortweg Hebreeën genoemd) is een van de boeken in het Nieuwe Testament van de bijbel. Het Bijbelboek telt 13 hoofdstukken. Er is twijfel geweest, wie de schrijver van deze brief geweest zou zijn. Sommigen denken aan Barnabas, anderen aan Lucas of Clementus. Maar veel Latijnse, en alle oude Griekse schrijvers hebben deze brief eendrachtig als een brief van Paulus erkend. En ook Petrus verwijst in zijn tweede brief naar een brief, die Paulus aan de Hebreeën geschreven had. Daarom geliefden, beijvert u in deze verwachting, onbevlekt en onberispelijk te blijken voor Hem in vrede en houdt de lankmoedigheid van onze Here voor zaligheid, zoals ook onze geliefde broeder Paulus naar de hem gegeven wijsheid u geschreven heeft, evenals in alle brieven, wanneer hij over deze dingen spreekt. - 2 Petrus 3:14-16 - Dat kan toch alleen maar slaan op deze brief aan de Hebreeën? En als we Hebr. 13 vers 19 en 23 vergelijken met 2 Tim. 4 vers 16 en 17, dan valt daaruit op te maken, dat Paulus deze brief vanuit Rome heeft geschreven, nadat hij hoop heeft gekregen spoedig te worden vrijgelaten. Deze brief zou dan een voorbereiding zijn van zijn bezoek aan Jeruzalem, samen met Timotheüs. De apostel noemt de Joden Hebreeën, omdat zij van Abraham, die Hebreeër genoemd wordt, afstammen. En aan Sem, de vader van alle zonen van Heber1), de oudere broer van Jafeth, werden eveneens zonen geboren. - Gen. 10:21 - Toen kwam een vluchteling en deelde dit mede aan de Hebreeër Abram. - Gen. 14:13 - Die zullen Assur onderdrukken en Heber onderdrukken, maar ook hij zal ten onder gaan. - Num. 24:24 - Sommige uitleggers menen, dat Paulus hier de naam Hebreeën gebruikt, omdat hij voornamelijk aan de Joden te Jeruzalem en omgeving schrijft, die in het bijzonder Hebreeën worden genoemd, omdat zij de Hebreeuwse of Syrische taal nog gebruiken, in tegenstelling tot Joden, die onder Grieken wonen. En toen in die dagen de discipelen talrijker werden, ontstond er gemor bij de Grieks sprekenden tegen de Hebreeën. - Hand. 6:1 - Toen zij nu hoorden, dat hij hen in de Hebreeuwse taal toesprak, hielden zij zich te meer stil. - Hand. 22:2 - Men neemt wel aan, dat Paulus zijn naam aan het begin van deze brief niet noemt om te voorkomen, dat sommige Joden er bij voorbaat afstand van zouden nemen, omdat men de Joden had wijsgemaakt, dat Paulus een vijand van de wet was. Gij ziet broeder, hoevele duizenden er onder de Joden gelovig zijn geworden en allen zijn zijn ijveraars voor de wet; nu heeft men hun van u verteld, dat gij alle Joden onder de heidenen afval van Mozes leert, door te zeggen, dat zij hun kinderen niet behoeven te besnijden, noch naar de gebruiken te leven. - Hand. 21:20-21 - Maar aan het eind van de brief laat Paulus duidelijk blijken, dat de brief van hem afkomstig is door gewag te maken van zijn gevangenschap in het negentiende vers van het laatste hoofdstuk. Ook noemt hij Timotheüs en de broeders uit Italië. Paulus beschrijft in deze brief de uitnemendheid van de persoon en de ambten van onze Heer Jezus Christus. In hoofdstuk 10 komt hij aan het tweede deel van de brief, waarin hij de Hebreeën maant tot gehoorzaamheid en standvastigheid in de leer. Deze brief bestaat uit twee delen: een leerstellig (1 - 10:18), en een praktisch deel (10:19 - 13). De brief bevat veel verwijzingen naar het Oude Testament. Het is beschouwd als een leerstellig aanhangsel aan de brief van Paulus aan de Romeinen en de brief van Paulus aan de Galaten, als een soort commentaar op het boek Leviticus en aanbidding in de tempel. De vele referenties aan de tempeldienst doen veronderstellen dat het voor de vernietiging van de tempel in 70 is geschreven, maar dit kan niet als bewijs hiervoor worden beschouwd. Auteurschap Er is vanouds een grote variëteit aan opvattingen hierover. Van 400 tot 1600 werd Paulus van Tarsus als schrijver beschouwd. Dit wordt echter nergens in de brief gesteld. Hoewel veel van de begrippen in de brief Paulinisch zijn, zijn er ook duidelijke verschillen in schrijfstijl met de brieven van Paulus. Naast Paulus zijn ook Paulus' reisgezel Silas, Paus Clemens I, Lucas de evangelist, en een onbekende Alexandrijnse christen genoemd. De twee voornaamste kandidaten zijn Barnabas, (voor het eerst als schrijver genoemd rond AD 300) en Apollos, voor het eerst als schrijver gesuggereerd door Maarten Luther. Ook in de 20e eeuw heeft veel analyse geen consensus hierover opgeleverd. De brief is echter altijd geaccepteerd als deel van de Bijbelse canon. Bedoeling De schrijver wilde de ware bedoeling van het systeem van de Mozaische wet laten zien, zijn symbolische en tijd overstijgende karakter. Hij legt uit dat het levitische priesterschap een voorafschaduwing is van de opdracht van Jezus Christus, en dat de offers uit het systeem van de wet de kruisdood van Jezus voorafschaduwden. Het evangelie was daarom niet bedoeld om de wet van Mozes te veranderen, maar om deze te vervullen. Dit werd geschreven om een tendens onder de joodse christenen om terug te keren naar het Judaisme een halt toe te roepen. Het boek is geschreven voor een groep gelovigen waarvan een deel het christelijk geloof de rug toe dreigde te keren. Ze kwamen niet langer naar de bijeenkomsten (10:25). Tussen de regels door kun je lezen dat die mensen interesse hadden voor het jodendom. De schrijver wil ze graag bij de kerk houden. Daarom is de vergelijking tussen het jodendom en het christendom hét thema van de brief. De schrijver stopt in zijn eigen boek heel wat teksten uit het Oude Testament. Dat doet hij om te laten zien dat Gods beloften uit de tijd van het Oude Testament met de komst van Jezus uitgekomen zijn. Jezus, de Hogepriester In het boek wordt Jezus steeds 'hogepriester' genoemd. Het gaat bij deze vergelijking om de manier waarop de zonden van mensen vergeven worden. Aan de hand van het Oude Testament laat de schrijver zien dat het jodendom een hogepriester heeft, die in de tempel van Jeruzalem elk jaar een ritueel moet uitvoeren om de zonden van het volk weg te nemen, te verzoenen. Deze hogepriester komt uit de familie van Aäron. Hij is dus een 'gewoon' mens. Bij Jezus is dat anders. Jezus is ook hogepriester, maar dan voor altijd. De schrijver gebruikt Psalm 110 om dat te bewijzen. De zonden van het volk hoeven niet meer jaarlijks weggenomen te worden. Met zijn dood heeft Jezus de zonden namelijk eens en voor altijd weggenomen. Hij is geen hogepriester op aarde, maar in de hemel, bij God. Hoofdstuk 1 De Zoon boven de engelen Hoofdstuk 2 Jezus beneden de engelen gesteld Hoofdstuk 3 Jezus boven Mozes verheven Gevaar van afval Hoofdstuk 4 De rust, die God geeft Jezus als Hogepriester Hoofdstuk 5 Jezus als Hogepriester Waarschuwing tegen verachtering Hoofdstuk 6 Waarschuwing tegen verachtering Volharding in de hoop Hoofdstuk 7 Christus en Melchizedek Christus hoger priester dan Aäron Hoofdstuk 8 De hogepriester van het nieuwe verbond Hoofdstuk 9 Het heiligdom op aarde en in de hemel De nieuwe ordening Hoofdstuk 10 Het volmaakte offer Standvastigheid Hoofdstuk 11 Geloofsgetuigen Hoofdstuk 12 Opwekking tot trouw Grote verantwoordelijkheid Hoofdstuk 13 Vermaningen en heilbede Hebreeën 1 De brief aan de Hebreeën kent geen briefhoofd, geen adres en geen afzender. Vragen genoeg rondom dit geschrift, dat misschien niet eens een brief is. Hoe dan ook, de schrijver valt met de deur in huis. De inzet is de inhoud: God heeft op veel verschillende manieren gesproken, maar Gods diepste woord vernemen we in zijn Zoon Jezus Christus, de afstraling van Gods heerlijkheid en de afdruk van zijn wezen. Hebreeën 2 Om Jezus Christus gaat het dus. Hem heeft de Vader gekroond met macht. Maar dat strijdt misschien met onze waarneming, want wat zien we daar nou van? Pastoraal is dan de toonzetting: we zien alleen nog een lijdende Heer Jezus. Maar de weg van God is: door lijden heen tot glorie. En Jezus is de Gids die ons voorgaat op deze weg. Door lijden heen brengt Hij vele zonen tot heerlijkheid. Hebreeën 3 Gidsen op weg naar het behoud zijn er meer geweest. Mozes was zo'n gids. Maar hij haalt het niet bij Jezus Christus, die immers de Zoon van het Huis is. Dus klinkt de aansporing: hou je vast aan Jezus Christus. Met andere woorden, herhaal niet de fouten van het verleden door als het volk Israël in de woestijn je hart te verharden en daardoor de beloofde rust te missen. Hebreeën 4: 1 - 5: 10 Je hebt sabbatsrust en sabbatsrust: eentje in de 'diepte' (rusten van je - boze - werken) en eentje 'aan de oppervlakte' (een dag rust). Het gaat natuurlijk om die 'diepe'. Het gaat erom dat je die rust bereikt, die het volk Israël nooit bereikt heeft. Dus moet je vasthouden aan de belijdenis dat Jezus onze Hogepriester is. Hij voelt mee met onze zwakheden en Hij kan brengen wat Aäron en zijn zonen niet konden brengen: eeuwig heil. Hebreeën 5: 11 - 6: 20 Gemakkelijk is het niet, wat de briefschrijver allemaal zegt. Dat geeft hij zelf toe. Maar zegt dat niet eerder dat zijn hoorders traag zijn geworden? Kennelijk is het mogelijk, dat geloven stilstaan wordt of zelfs achteruitgaan. Inzet is daarom vereist: blijf leergierig, blijf ijverig. En vooral: blijf hopen. Hoop is altijd gericht op iets dat vóór je ligt. Wie niet meer hoopt, staat stil of gaat achteruit. Hebreeën 7 Het thema 'Jezus Hogepriester' is al eens aangesneden. Nu wordt het uitgewerkt. Jezus is Hogepriester naar de ordening van Melchisedek (vgl. Gen. 14) en dus hoger hogepriester dan Aäron en zijn zonen. Zíj waren gebonden aan afkomst, aan zonde en aan dood. Jezus is Hogepriester krachtens onvernietigbaar leven: zonder afkomst, zonder zonde, zonder dood. Hij kan dus volkomen behouden. Hebreeën 8 De schrijver heeft een lange aanloop nodig naar zijn hoofdonderwerp, zou je kunnen conluderen uit vers 1. Maar het is het refrein dat tot nu toe al steeds tot klinken is gebracht. Ik zou zelfs zeggen: het is niet alleen het hoofdonderwerp van deze brief, maar van de hele Bijbel. Oude en Nieuwe Testament zijn één in Jezus Christus. Het Oude wijst vooruit en het Nieuwe vertelt, dat Hij het is: Jezus Messias, onze enige Hogepriester. Hebreeën 9 Dit hoofdstuk moet je eigenlijk lezen als één lange uitleg van het vorige. Het werk van de priesters in het Oude Testament in de aardse tabernakel had een onaf, voorlopig karakter vergeleken met wat Hogepriester Jezus heeft gedaan in de ware tabernakel, de hemel. Wat Jezus doet is volmaakt en definitief. Het is eens en voor altijd. Leesoefening: zet de verschillen die de schrijver noemt eens op een rij. Hebreeën 10: 1 - 18 Eén verschilpunt licht de schrijver van de brief er nog eens extra uit: het offer. De offers uit het Oude Testament kunnen niet verzoenen. Hoogstens herinneren ze je eraan, dat je zondig bent. Vandaar ook de herhaling: je blijft erbij bepaald worden dat de echte verzoening met God van de andere kant moet komen. En die komt er: het offer van Jezus, eens voor altijd gebracht, brengt volmaakte verzoening. Hebreeën 10: 19 - 39 Na de uitleg komt de toepassing, zou je kunnen zeggen. En die luidt: treed binnen in het heiligdom van God, zonder angst, maar vrijmoedig, in de volle zekerheid van het geloof, want Christus heeft voor jou het offer gebracht. De triomf van de genade! Vrijblijvend is het niet. Wie deze genade achteloos naast zich neerlegt of die met voeten treedt, moet zich klaarmaken voor een ontmoeting met de levende God. Hebreeën 11: 1 - 22 Nu gaat de schrijver van de brief dieper door op het thema 'geloof'. Geloof is altijd verder kijken dan de grenzen van je eigen werkelijkheid. Geloven is boven het hier en nu uitkijken. En dus is geloven een afscheid van het denken in 'what you see is what you get'. Nee dus: er is meer. Zo hebben veel heiligen geleefd. Ze waren zeker van dingen, die ze alleen nog konden hopen en die ze nog niet konden zien. Dit geloof hield hen gaande. Hebreeën 11: 23 - 40 We lezen verder in het bekende hoofdstuk met 'geloofsgetuigen'. Variaties op hetzelfde thema. Mensen geloofden en hoopten, terwijl niets in hun werkelijkheid erop wees dat ze het bij het rechte eind hadden. Alles wat ze deden was een keuze maken en daarbij blijven. De gevolgen namen ze voor lief, hoe die ook waren: goed of slecht. Indrukwekkend, nietwaar, de heiligen ons voorgegaan. Hebreeën 12: 1 - 13 De tribune zit dus volgepakt. Allemaal geloofsgetuigen die je mag zien als supporters. Gedragen door hun aanmoedigingen kun je de wedloop lopen. En hou je oog gericht op Jezus: moest Hij ook niet lijden en zit Hij nu niet aan Gods rechterhand? Het wordt dus afzien, die wedloop. Maar geef nooit op, vind eerder motivatie en stimulans in afzien en lijden: je zit op de goede weg (vgl. 1Petr. 4: 12-16). Hebreeën 12: 14 - 29 Een dringend appèl horen we nu. Blijf niet achter. Haal niet onverschillig je schouders op als Esau. Wijs Hem die spreekt niet af. Want we hebben niet over zomaar een way of life. Nee, we zijn genaderd tot God, de Rechter over allen. Als in het Oude Testament zijn verschijning zo ontzagwekkend was, hoeveel te meer nu. Weet wat je doet dus: onze God is een verterend vuur. Hebreeën 13: 1 - 16 Hebreeën 13 is een uitwerking - een concretisering - van het voorgaande. We moeten niet achter blijven, maar God vereren met eerbied en ontzag (Heb 12: 28). Wat dat inhoudt lezen we nu. Je kunt er dus mee aan de slag in het hier en nu. Tip: zet de 'vermaningen' eens op een rij en probeer er voor jezelf actiepunten van te maken voor je dagelijks bezig zijn of gebedspunten voor de dag van vandaag. Hebreeën 13: 17 - 25 In vers 20-21 trekt de schrijver nog even in een paar streken de hele brief samen. Hij vat samen in een zin die als een zegen gelezen wil worden. Dit is dus het laatste woord, het hart onder de riem voor al de lezers: dat God u maar mag bevestigen. Hoe afhankelijk voel jij je van Gods zegen? Hoe dan ook: ik wil jou persoonlijk het laatste vers van de brief meegeven en ik hoop dat je de inhoud ervan zult ervaren: de genade zij met u allen! Lees hieronder nog eens verder : Over de adressering van de Hebreeën-brief behoeft weinig twijfel te bestaan. Dat blijkt niet zozeer uit de later toegevoegde titel, als wel uit de vele aanwijzingen binnen de brief zelf. Direct in de opening blijkt reeds wie "de vaderen" van hen waren. Het gaat over "de vaderen" van hen, tot wie de Heer vroeger sprak door de profeten. Het betreft onmiskenbaar Israëlieten ("hunner zijn de vaderen", Romeinen 9:5). Hebreeën zijn Hebreeuws-sprekenden. Uit Handelingen 6:1,9 blijkt dat zij staan tegenover "de Grieks-sprekenden". Dat is overigens meer dan een taalverschil. Het is een cultuurverschil. Vanuit de grondtekst gaat het eigenlijk ook niet over Grieks-sprekenden maar over 'hellenisten'. Dat zijn geen Grieken maar Grieksen. Mensen die sterk beïnvloed zijn door de Griekse taal en cultuur. In Handelingen 6 staan zij tegenover degenen die vasthielden aan de Hebreeuwse taal en cultuur. Het spreekt voor zich dat de Hebreeën met name gevonden werden in het centrum van de Hebreeuwse cultuur: Jeruzalem. Over het aantal (Christus-)gelovigen in het land Israël in de eerste eeuw moeten we niet gering denken. Jakobus sprak ooit tot Paulus over "hoevele duizenden er onder de Joden gelovig geworden zijn" (Handelingen 21:20). In werkelijkheid blijkt het echter een tienvoud daarvan te zijn. De Griekse grondstekst gebruikt het woord 'myriaden' en dat betekent zonder enige twijfel 'tienduizenden'. Dus vele tienduizenden gelovige Joden in het land Israël! De Hebreeën, aan wie de brief gericht is, blijken reeds de tweede generatie christenen te zijn. Zij waren geen ooggetuigen, maar het Woord was hen overgeleverd door degenen aan wie het als eerste verkondigd was (2:3). Naar de tijd gerekend, behoorden zij reeds leraren te zijn (5:12). Volgens de schrijver slaat het profetenwoord "de Here zal Zijn volk oordelen" op de Hebreeën (10:30). De Here zou daar niet lang meer op wachten. Integendeel, er is nog sprake van "een korte, korte tijd" (10:37). De Hebreeën-brief moet ergens in de jaren 60 van de eerste eeuw zijn geschreven. Vlak vóór de verwoesting van de stad Jeruzalem in 70AD. De eredienst van het oude verbond was, sinds de officiële aanvang van het nieuwe verbond (vergl. 13:20), uiteraard verouderd en verjaard. "En dus", voegt de schrijver van de Hebreeën-brief er aan toe: "nabij de verdwijning" (8:13). De tempel zou binnen zeer afzienbare tijd verdwijnen. Naarmate de Hebreeën "de dag" konden zien naderen, zouden zij hun "onderlinge bijeenkomsten" met steeds meer ijver moeten bijwonen (10:25). In het Grieks staat hier een woord (epi-synagoge) dat zoiets als 'opper-bijeenkomsten' betekent. Het gaat hier niet over de reguliere bijeenkomsten in de synagogen, maar over de samenkomsten die qua betekenis daar bovenuit gingen. Bijeenkomsten die men als Messias-belijders bezocht. De gelovige Hebreeën dreigden te zwichten onder druk van hun Joodse volksgenoten. Die wilden hebben dat zij "de Zoon van God met voeten" zouden treden (10:29). Het verzuimen van de "onderlinge bijeenkomsten" was de eerste stap tot deze "opzettelijke zonde" (10:26). Vandaar ook de felle taal in verband met het verzuimen van de onderlinge bijeenkomsten. Er was direct en concreet levensgevaar in het spel. De Hebreeën worden (keer op keer) een vreselijk oordeel in het vooruitzicht gesteld. "Een vreselijk uitzicht op het oordeel en de felheid van een vuur, dat de weerspannigen zal verteren" (10:27). Dat gaat niet over 'de hel' o.i.d., maar over de verschrikkelijke verbranding van Jeruzalem in 70AD. Heel de stad is toen, de tempel incluis, in vlammen op gegaan en met de grond gelijk gemaakt. Onder leiding van de Romeinse veldheer Titus is in Jeruzalem een bloedbad aangericht, dan haar weerga in de geschiedenis niet kent. Wanneer gelovige Hebreeën zouden terugkeren naar het Jodendom en Jezus als de Christus zouden afzweren bleef "er geen offer voor de zonden meer over" (10:26). Logisch. Het grote, eenmalige Offer waardoor men geheiligd was (10:29) had men bewust afgewezen. En de offerdienst in Jeruzalem stond op het punt te verdwijnen. De Hebreeën waren eens verlicht geweest en ze hadden "de krachten van de toekomende eeuw" gesmaakt". Door terug te vallen in het Jodendom en zo "de Zoon van God opnieuw" te kruisigen, was men bezig opzettelijk te zondigen. Kennelijk werden zij bij terugkeer verplicht, de Zoon van God te bespotten en te smaden (6:6; 10:29). Hoe zou men zulke mensen opnieuw tot bekering kunnen brengen? Ook in Hebreeën 6 de aankondiging van "verbranding" (Hebreeën 6:4-8). In Lucas 21:20 e.v. voorzegt Jezus de verwoesting van Jeruzalem. De stad zou door legerkampen worden omsingeld. "Laten dan die in Judea zijn, vluchten naar de bergen, en die binnen de stad zijn, de wijk nemen...". Jezus noemt het "de dagen van vergelding". Ook de Hebreeën-brief spreekt van aanstaande wraak en vergelding (10:30). Ook zijn oproep om "buiten de legerplaats" te gaan, d.w.z. Jeruzalem te verlaten, sluit hier naadloos op aan. De velen die aan deze oproep gehoor hebben gegeven, door o.a. naar Pella te vluchten, zijn aan het drama van het jaar 70 ontkomen. Men leze de bekende verslagen van Flavius Josefus daaromtrent. De grote heilsfeiten van kruis en opstanding vonden plaats in het jaar 30AD. Daarna volgt een periode van 40 jaar, tot aan de verwoesting van Jeruzalem. Een veertig jarige periode die gekenmerkt wordt door ongeloof... Waar kennen we dat nog meer van? Inderdaad, het doet regelrecht denken aan de woestijnreis van het volk Israël. Het hoeft dan ook niet te verbazen dat deze periode de rode draad vormt van de Hebreeën-brief. We zien dit niet alleen in de uitgebreide uitleg over de tabernakel (de tent die Israël tijdens de woestijnreis meenam) maar ook door het herhaaldelijk wijzen op figuren als Aäron, Mozes en Jozua. Let vooral ook op de dubbelzinnigheid in 3:9 "...hoewel zij Mijn werken zagen, veertig jaren lang, heb Ik een afkeer gekregen van dit geslacht". Gedurende één geslacht (veertig jaar) is de verwachting van een spoedig zichtbaar wordend Koninkrijk van God op aarde, heel sterk geweest. Men proefde reeds "de krachten van de toekomende eeuw" (6:5). Nu echter worden de Hebreeën er op voorbereid dat ze zouden sterven, zonder de vervulling van de belofte van het zichtbare Koninkrijk in hun leven te zien. Om die reden worden hen in het bekende hoofdstuk 11, de aartsvaders ten voorbeeld gesteld. "Ook deze allen zijn gestorven zonder de belofte verkregen te hebben" (11:13). Niet een zichtbare Koning maar een verborgen Hogepriester in het heiligdom, wordt de Hebreeën voor ogen geschilderd (6:20; 9:24). Voorlopig zou gelden: "thans zien wij nog niet" (2:8). Niet langer moesten zij vasthouden aan zichtbare wondertekenen, een concrete stad, tastbare offers en rituelen maar als ooit Mozes, zien op "de Onzienlijke" (11:27). |
READ THE BOOK - THE BIBLE CHANGE YOUR LIFE
INFO: DE WEG - DE WAARHEID - HET LEVEN - FILM
Remember all victims of violence worldwide
DE WEG | DE WAARHEID | HET LEVEN | FILM | AUDIO
HOLYHOME.NL USE NO COOKIES - REPORT DEAD LINKS
Waard om te weten :
Een hartelijk welkom op de siteDeze pagina printen
Sitemap
Wie zoekt zal vinden
FAQ - HELP
Kerk
Zondag
Advent
Kerstfeest
Driekoningen
Vastentijd
Goede Vrijdag
Aswoensdag
Palmzondag
Palmpasen
De stille week
Witte donderdag
Stille zaterdag
Paaswake
Pasen - Paasfeest
Hemelvaartsdag
Pinksteren
Biddag
Dankdag
Avondmaal
Doop
Belijdenis
Oudjaarsdag
Nieuwjaarsdag
Sint Maarten
Sint Nicolaas
Halloween
Hervormingsdag
Dodenherdenking
Bevrijdingsdag
Koningsdag / Koninginnedag
Gebedsweek
Huwelijk
Begrafenis
Vakantie
Recreatie
Feest- en Gedenkdagen
Symbolen van herkenning
Leerzame antwoorden op levens- en geloofsvragen
Hebreeën 4:12 zegt: "Want levend en krachtig is het woord van God, en scherper dan een tweesnijdend zwaard: het dringt diep door tot waar ziel en geest, been en merg elkaar raken, en het is in staat de opvattingen en gedachten van het hart te ontleden". Lees eens: Het zwijgen van God
God heeft zoveel liefde voor de wereld, dat Hij Zijn enige Zoon heeft gegeven; zodat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft. Lees eens: God's Liefde
Schat onder handbereik
Bemoediging en troost
Bible-people - stories of famous men and women in the Bible
Bible-archaeology - archaeological evidence and the Bible
Bible-art - paintings and artworks of Bible events
Bible-top ten - ways to hell, films, heroes, villains, murders....
Bible-architecture - houses, palaces, fortresses
Women in the Bible - great women of the Bible
The Life of Jesus Christ - story, paintings, maps
Read more for Study Apocrypha, Historic Works
GELOOF EN LEVEN een
KLEINE HULP VOOR ONDERWEG
Wie zoekt zal vinden
Boeiende Series :
BijbelvertalingenBijbel en Kunst
Bijbels Prentenboek
Biblische Bildern
Encyclopedie
E-books en Pdf
Prachtige Bijbelse Schoolplaten
De Heilige Schrift
Het levende Woord van God
Aan de voeten van Jezus
Onder de Terebint
In de Wijngaard
De Bergrede
Gelijkenissen van Jezus
Oude Schoolplaten
De Zaligsprekingen van Jezus
Goede Vruchten
Geestesgaven
Tijd met Jezus
Film over Jezus
Barmhartigheid
Catechese lessen
Het Onze Vader
De Tien Geboden
Hoop en Verwachting
Bijzondere gebeurtenissen
De Bijbel is boeiend
Bijbelverhalen in beeld
Presentaties en Powerpoints
Bijbelse Onderwerpen
Vrede van God voor jou
Oude bijbel tegels
Informatie over alle kerken in Nederland: Kerkzoeker
Bible Study: The Bible alone!
L'étude biblique: Rien que la Bible!
Bibelstudium: Allein die Bibel!
Materiaal voor het Digibord
Werkbladen Bijbelverhalen Bijbellessen
OT Hebreeuws-Engels
NT Grieks-Engels
Naslagwerken
Belijdenissen
Een rijke bron
Missale Romanum + Afbeeldingen
Stripboek over Jezus
Christelijke Symbolen
Plaatjes Afbeeldingen Clipart
Evangelie op Postzegels
Harmonium Huisorgel
Godsdiensten en Religies
Herinnering aan Kerken
Christian Country Music
Muzikale ontspanning
Software voor Bijbelstudie
Hartverwarmende Klanken
Read and Hear the Holy Bible
Luisterbijbel
Bijbel voor Slechtzienden Begrippenlijst -1- -2-
Meer weten over de Psalmen, gezangen, liturgieën, belijdenisgeschriften: Catechismus, Dordtse Leerregels en veel andere informatie? . Kijk op: Online-bijbel.nl(What's good, use it)